Christus in den dag der opstanding.
Bovenstaande plaat, ontleend aan de Italiaansche school, stelt voor Christus in den dag der opstanding, naar eene samenstelling van Michel-Angelo. Dit onderwerp werd door den dichter Edm. Van Herendael behandeld in een oratorio, waaraan wij de volgende verzen ontleenen:
En aan het zwart gewelf des hemels,
Waar zon, noch maan, noch starre gloort,
Verschijnt een licht dat door de diepte
Tot op 't gebeent der dooden boort.
En God almachtig, die op aarde
Een geest, een wil den menschen gaf,
Troont nu ten hemel als een rechter;
Hij daagt de dooden uit hun graf.
En eensklaps gaan de graven open;
De dooden worden levend weer,
Zij zien den Zoon, met bloed en wonden,
Aan 't kruis, en schrikken voor den Heer.
En 't koor der hemelingen
Weergalmt in hoogre kringen:
Eeuwig, eeuwig lof en eer
Zij den Schepper, onzen Heer!
De afgrond scheurt en dondert,
Brieschende vlammen, stinkende dampen.
Gelijk voorheen de blauwe mistwolk,
Van zwerven moede in 's aardrijks gistkolk,
Zacht walmend op ten hemel vaarde,
Wen zij den gloed der zon ontwaarde,
Zoo klimt nu, langs een zee van stroomen
Rein tintlend licht, het heir der vroomen