De Vlaamsche School. Jaargang 19
(1873)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– AuteursrechtvrijKroniek.Antwerpen. - In St-.Josephskerk gaat onder andere een kruisweg geschilderd worden door L. Hendricx, terwijl Stalins en Cie in al de ramen van dezen tempel glasschilderingen gaan zetten. - O.-L.-Vrouwekerk. In 1872, bladz. 63, hebben wij de inhuldiging vermeld der Sint-Josephskapel. Aan het altaar, uitgevoerd door de beeldhouwers De Bock en Van Wint, bleven de vleugeldeuren onvoltooid; zij zijn thans geplaatst. Deze tafereelen, uitgevoerd door L. Hendricx, waarin men geloof en godsdienstige overtuiging voelt, zijn gelukkig samengesteld, goed geteekend en breed geschilderd; te bejammeren is't, dat een nieuw Parijzisch glasraam, geleverd door den heer Didron en onlangs geplaatst, gedeeltelijk het licht beneemt dat op Hendricx' schoone schildering moest vallen. Links is afgebeeld Philips IV, koning van Spanje, die België onder de bescherming van den H. Joseph stelde; achter den neergeknielden vorst, de H. Maternus, een der eerste geloofsverkondigers onzes lands. Rechts, de biddende Pius IX, die den H. Joseph als patroon der kerk uitroept, en achter hem de prins der apostelen. Onder beide tafereelen prijken de afbeeldingen der heiligen die door eene bijzondere godsvrucht tot den H. Joseph hebben uitgemunt; rechts de HH. Hieronymus, Augustinus, Joannes-Chrisostomus, Piernardus, Thomas van Aquinen, Bernardus van Senen; links de HH. Brigitta, Theresia, Ignatius, Franciscus van Sales, Vintentius a Paula en Alphonsius. In zitting van 16 December riep de heer J. Nauts de aandacht van het gemeentebesuur in, op een in de stad verspreid gerucht, volgens welk de meesterstukken van Rubens in de O.-L.-Vrouwekerk, zich in staat van verval bevinden. De heer burgemeester deed opmerken dat volgens de door hem ingewonnen inlichtingen de geruchten ongegrond waren. Op aandringen der heeren J. Nauts, J.L. De Winter en A. Van den Nest werd er besloten desaangaande te schrijven aan den heer minister van binnenlandsche zaken. Onlangs is in de hoofdkerk wederom een geschilderd glasraam geplaatst, geschonken door den heer A. Havenith en geleverd door den heer Didron van Parijs, namelijk in O.-L.-Vrouwekapel, in vervanging van het glasraam, door ons vroeger vermeld als hersteld geworden grootendeels voor rekening van wijlen den heer Michiels-Loos. Het nieuw geplaatste raam is zou erbarmelijk slecht dat men er reeds het grootste deel heeft uitgenomen. Hadde men nu maar het goed gedacht, het geheel terug naar Parijs te zenden! Want het is eene schande voor het kunstrijke Antwerpen, zoo den schoonsten tempel des lands te laten bederven. - De heer Jan Swerts heeft een tafereel voltooid dat, ofschoon eenvoudig als opvatting, vol dichterlijk gevoel is; het is getiteld: De feestdag. Twee meisjes van 15 en 18 jaren staan met bloemtuilen in de hand, naast de meid des huizes, welke eene groote overdekte lijst draagt; de jonge juffers zetten elkander aan, om het eerst binnen te treden; wellicht zal men denken, dat de lijst het portret moet bevatten van hem wiens verjaardag wordt gevierd. Helaas neen! de dochters en de meid zijn nog in rouw gekleed; het portret is dit van den overleden vader der meisjes; zij gaan het hunne moeder aanbieden. Dit goed geteekend en aangenaam geschilderd tafereel is een der beste werken van den heer Swerts; het is voor Engeland verkocht en reeds verzonden. Er is spraak, dat de heer J. Swerts Antwerpen zou verlaten; dit zou een nieuw verlies zijn voor de Antwerpsche school, welke reeds het vertrek van den heer Godfried Guffens te betreuren heeft. - Verbond voor kunsten, letteren en wetenschappen. Op 10 December, ten 8 1/2 ure, hield de heer P. Wijnen-Bierque eene verhandeling over het realisme in Duitschland, die met zeer veel belangstelling gevolgd en aanhoord werd. Op 15 December, sprak de heer Delisse, bestuurder der Namensche volksbank, over de: Samenwerking. Op 25 en volgende dagen had er eene tentoonstelling plaats van kunstwerken, van: J. Van Luppen, een uitmuntend schoon landschap, te Houx (Dinant). - C. Webb, een geestig tafereeltje, Oudheidskundigen voorstellende. - R. Mols, Gezicht op Franckfort; de lucht scheen ons wat zwaar en te groot voor de schilderij, overigens zeer verdienstelijk. - R. Montgomery, twee landschappen in Ierland. - F. Moermans' Lezeres, rooker en drinker lieten te wenschen. - A. De Braekeleers Goede geburen schenen ons wel wat eentoonig van kleur en al te conventioneel. - J. Meyers, Labberkoelte. - P. Nicolie's Wild konijn (met bijwerk) vormt een zeer fraai kabinetstuk, schoon van kleur en flink naar de natuur geschilderd, - J. Janssens, een landschap, zuiver en schoon van toon. - E. Leemans, De Maas nabij Dordrecht, een uitmuntend maanlicht. - A. De Keyser, een voortreffelijk gezicht op het Hessenplein te Antwerpen, zeer getrouw. - A. Wust, Zomermorgen, een verdienstelijk tafereel, benevens twee puike waterverfschilderingen. - J. Wagner munt uit in zijn gewoon genre; Het ontbijt is een zorgvuldig bewerkt stuk, een museum waardig. - E. Quittons Liefhebber van begonias is goed geschilderd, maar scheen ons wat hard van kleur. - C. Van den Daele's Gedienstigheid is vol goede hoedanigheden als kleur, maar samenstelling en teekening laten te wenschen. - Carpentiers Wederkomst is een gevoelvol tafereel, goed geteekend en geschilderd. - A. Struys is gelast geweest met eene moeielijke taak, eene van de moeielijkste die eenen schilder kunnen opgedragen worden, namelijk het uitvoeren van eene groep familieportretten, waarbij dan de keus der moeders voor de kleeding der kinderen gewoonlijk nog de moeielijkheid komt vergrooten; hier droegen moeder en kinderen meestal witte of lichtgekleurde kleeren; de jeugdige schilder heeft zich meesterlijk uit den slag getrokken; de moeder staat met hare kinderen in een balkon. - C. Cap leverde ons in Volzet! weer een geestig spoorwegstukje: een heer, die in een spoorwegrijtuig 1e klasse wil stappen, ziet zich met voormelden uitroep den toegang afsnijden door eene juffer, die daar binnen reeds plaats genomen heeft; aangekocht door onzen beroemden schilder H. Bource. - J. Schutz, zeestukje, en de landschappen van Van den Burghe en Wolters, zijn niet zonder verdiensten. - J. Nauwens munt al meer en meer in zijne stillevens uit; hoe keurig zijn die vogelen geschilderd, hoe goed zit geheel dit stuk ineen, met welks aankoop wij den heer De Pauw geluk wenschen. - J. Crabeels, twee zeer schoone schetsen, getiteld: Voormiddag in de heide en In het veld. - J. De Braekeleer, drie zeer verdienstelijke borstbeelden en een standbeeldje in gebakken aarde. - Huberti stelde een stukje ten toon, getiteld: In de renbaan. | |
[pagina 192]
| |
Op Dinsdag 30 December, hield de heer J. Ten Brinck, van Leiden, eene voordracht over de drie volksliederen: Het Wilhelmus-lied, La Marseillaise en Die wacht am Rhein. Dezelfde voordracht had hij eenige dagen te voren te Gent gehouden, waar hij, evenals hier, veel bijval mocht genieten. - Verschenen bij J.P. Van Dieren en Cie, een nieuw boekdeel van onzen onvermoeibaren en beroemden Hendrik Conscience, getiteld: De keus des harten, een geschiedkundig verhaal uit de xve eeuw; de handeling heeft plaats in de schoone en destijds nog boschrijke streken van West-Vlaanderen. Brussel. - Op 22 December is alhier eene tentoonstelling geopend door de Nederlandsche maatschappij van liefdadigheid. Zij bevat 363 kunstwerken, zijnde de verzameling van den heer de Suermondt. Het schijnt dat deze kunstliefhebber zich voor goed te Brussel komt vestigen en hij een museum gaat bouwen, welk toegankelijk voor het publiek zal zijn. - Verschenen bij Coomans, zoon, het tweede deel van het werk l'Académie des fous, door den heer Coomans, volksvertegenwoordiger. Het eerste deel heeft eene algemeene beroemdheid bekomen; men zegt dat het tweede niet voor het vorige moet onderdoen. Gent. - De maatschappij ter bevordering van nijverheid en wetenschappen heeft haren almanak voor 1874 laten verschijnen; deze uitgaaf beleeft hiermede haar 10de jaar. Het is een aanbevelingswaardig boekje, bevattende: Een nieuwjaarswensch; de kalender, afgewisseld met zeer lezenswaardige korte levensschetsen van beroemde Belgische vrouwen en een zeer belangrijk verslag over den zakentoestand der maatschappij; verder: Het leven eens werkmans, eene kleine zedenschts, welke wij in 't bezit van iederen werkman zouden wenschen; een geschiedkundig opstel over de Gentsche Vrijdagmarkt; Iets over den maatschappelijken toestand der vrouwen, door P. Allaert; Vervaardiging van het papier, door W. Crappé; Dronkaaards afbeeldsel, door D. Vrancx; gedichten van Em. Hiel, J. De Bast, F.R.K. Bogaert en J. Wytynck. Wetenschappelijke bijdragen: Gebakken Amerikanen; De vochtwegers, door L. Bruyneel; Riemschijven; Steendrukkunst, door P. Allaert. - Op 22 December werden ingehuldigd de muurschilderingen, in de Sinte-Annakerk uitgevoerd door den heer Th. Canneel. Graafde T'Serclaes, gouverneur van Oost-Vlaanderen, en verdere wereldlijke overheidspersonen, hooge geestelijken, kunstbeoefenaren enz. woonden de plechtigheid bij. Kanunnik de Battice hield met welsprekendheid eene redevoering in de Nederlandsche taal over de kunstversiering der kerken. Brugge. - Verschenen en verkrijgbaar bij de voornaamste boekhandelaren: De martelie van Sinte Ursula en hare elf duist maagden, door den eerw. heer G. Beetemé. Prijs: fr. 1.25. Voor tien exemplaren, te zamen genomen, 10 fr. Luik. - De heer C. Jehotte heeft een grooten gedenkpenning vervaardigd, waarop is afgebeeld het gedenkteeken van Karel-den-Groote, uitgevoerd door den heer L. JehotteGa naar voetnoot(1), dat wij in 1868, bladz. 121, in plaat hebben gegeven. Op de keerzijde staat het afbeeldsel van Z.M. Leopold II, onder wiens regeering het gedenkteeken werd ingehuldigd. Volgens het schijnt, werd het eenigen tijd na de oprichting beschadigd door kwaaddoeners zonder dat de noodige herstelling tot hiertoe gedaan is. |
|