nis en oudheidkunde; c) tooneel-, zangkunde en boekhandel.
Het spreekt van zelve dat alle verhandelingen van godsdienstigen of staatkundigen aard buiten de werkzaamheden van een taal- en letterkundig congres vallen.
Eveneens hebben wij de eer u te herinneren:
1o Dat er geene geschrevene redevoeringen worden toegelaten, waarvan de voordracht meer dan een vierde uurs zou vorderen;
2o Dat er geene beraadslagingen over wetenschappelijke vraagpunten gehouden worden, dan in zooverre zij tot het doel van het congres leiden en van een practisch belang zijn;
3o Dat geene ontwerpen zullen besproken, geene besluiten genomen worden dan die het belang van beide deelen van Nederland in 't bijzonder en der Neêrduitschsprekenden in 't algemeen betreffen.
Het XIe congres zal gehouden worden tijdens de kermis, den Zondag, Maandag, Dinsdag en Woensdag, 5, 6, 7 en 8 September 1869.
Voor althans, mijnheer, mag de regelingscommissie u reeds de verzekering geven dat den congresleden alhier het gulste onthaal zal voorbereid worden, dank aan de krachtige ondersteuning zoowel van het achtbaar stadsbestuur als van 't geleerde korps der hoogeschool, dank aan de bereidwillige medehulp der burgerij.
Het zou ons aagenaam wezen, mijnheer, zoo gij het lidmaatschap van het XIe congres, 't zij als hoorder of als spreker, wildet aanvaarden en, in dit geval, ons met een antwoord geliefdet te vereeren voor 1 Juni eerstkomende.
Zoo gij als spreker verlangt op te treden, zouden wij u verzoeken, insgelijks voor het bepaalde tijdstip, den aard van het door u te verhandelen onderwerp te doen kennen aan het adres van den heer J. Brouwers, Z, 1n secretaris, Ridderstraat, 171, te Leuven.
Aanvaard, mijnheer, de verzekering onzer oprechte hoogachting.
Het bureel: H. Peemans, burgemeester van Leuven, eerevoorzitter; J.-P. vander Auwera, stads-rentmeester, voorzitter der maatschappij Roos en Eikel, voorzitter; P. Willems, hoogleeraar, voorzitter van het taal- en letterlievend studentengenootschap Met tijd en vlijt, eerste ondervoorzitter; E. van Even, archivarius der stad; eerw. heer L.-W. Schuermans; A. de Pooter, student in de rechten; F. Lints, nijveraar; A.-J. Bosmans, ondervoorzitter bij de rechtbank van eersten aanleg; L.-J. Pallemaerts, bestuurder der stadsschool; J. van Linthout, drukker der katholieke hoogeschool, penningmeester; J. Brouwers, Z, schoolopziener van het lager onderwijs, eerste secretaris; J.-A. Torfs, gemeente-onderwijzer, tweede secretaris.