Evenwicht der lichamen die in den dampkring vlotten.
Ten opzichte van dit evenwicht, gebeurt hier alles niet op denzelfden voet als opzichtens een lichaam dat in een vocht gedompeld is, aangezien het betrekkelijk gewicht der vochten bijna hetzelfde blijft voor de gansche diepte, daar, integendeel, het betrekkelijk gewicht van den dampkring naarmate de hoogte grootelijks vermindert. Daaruit volgt dat een lichaam, welks betrekkelijk gewicht minder is dan dit van de lucht in de nabijheid van de vlakte der aarde, natuurlijk zal moeten klimmen tot dat het betrekkelijk gewicht van beiden gelijk zij. De wolken geven ons dagelijks een sprekend voorbeeld van dit evenwicht. Deze zijn samengesteld uit waterdamp, wiens betrekkelijk gewicht minder is dan dit der lucht op de vlakte der aarde, maar gelijk is aan dit van het gedeelte des dampkrings waarin ze zich bevinden.
Wij gelooven het hier niet misplaatst, eene korte verhandedeling over de luchtreizen bij middel van luchtballen mede te deelen.
Menigmaal heeft de mensch het zich voorgesteld een middel te vinden om de lucht te kunnen doorreizen, en wat hem het eerst in de gedachte moest komen om dit stoutmoedig doel te bereiken, is voorzeker geweest het gebruik van vleugels, denkende hij daardoor zijne lichaamsgesteltenis zooveel mogelijk gelijkvormig te maken aan die der vogelen. Zelfs mag men met eenigen grond of reden veronderstellen, dat de geschiedenis van Dedalus en Ikarus haren oorsprong neemt uit eenige pogingen, gedaan om met de luchtdieren te wedijveren. Het gebruik van vleugels is nogtans niet berekend om het aangeduide doel te laten bereiken, en wel inzonderheid uit hoofde dat het betrekkelijk gewicht van 's menschen lichaam veel te groot is in vergelijking met dit der lucht, dan dat men zou kunnen verhopen met de enkele kracht der spieren, die de aangebondene vleugels in beweging moeten brengen, deze zwaarte grootendeels te mogen vernietigen. De vogels kunnen niet slechts vliegen, omdat zij vleugels hebben, maar ook nog omdat het overige hunner gesteltenis tot het bereiken van hetzelfde doel geschikt is. Vooreerst is hun lichaam met lichte pluimen overdekt, iets wat deszelfs omvang vergroot, zonder het daardoor veel meer gewicht bij te zetten; ten tweede zijn de meeste hunner beenderen hol, zoodat het geraamte veel lichter is dan dit van andere gewervelde dieren; ten derde vervullen hunne longen, niet alleen de ruimte der borst, maar ook nog een gedeelte der buikholte, en loopt het celachtig weefsel dezer longen bij middel van kleine openingen met de holten der beenderen ineen, zoodat de lucht, die de vogels inademen, nagenoeg hun gansch lichaam vervult, en deze lucht, door de ademhaling verwarmd, voor eenen gelijken omvang in zwaarte vermindert. Wat eindelijk nog in aanmerking dient genomen te worden, is dat het spiergestel der vleugels van pluimdieren in evenredigheid zeer sterk is. Dusdanig is de gesteltenis van den mensch niet; en daarom ook is het den mensch nog niet gelukt te kunnen
vliegen; want onzes inziens mag men het niet vliegen noemen wat in de XVe eeuw door den wiskundige J.-B. Dante, te Peruzza, gedaan werd. Deze had vleugels gemaakt, waarmede hij zich van eenen hoogen toren stortte, en er in den beginne in slagen mocht eenigen tijd in de lucht te blijven hangen; maar, gevallen zijnde, brak hij zijnen bil en zag voorts van zijne gevaarlijke proefnemingen af. De vleugels van Dante moeten veeleer aanzien worden als eene soort van valscherm, dan wel als een werktuig om zich in de lucht te verheffen en te richten.
Een ander middel om de lucht te doorreizen, en dat meermaals met eenen goeden uitslag is bekroond geworden, bestaat in het gebruik van luchtballen. Men weet, volgens het grondstelsel van Archimedes, dat de lichamen die met lucht omringd zijn, een gedeelte van hun gewicht verliezen in hoeveelheid