Kronijk.
Antwerpen. - Er zijn onlangs belangrijke werken uitgevoerd in de St-Caroluskerk alhier. Eenige derzelve, zooals het reinigen der marmeren en houten sieraden, zijn met goeden uitslag geschied. Wij zouden wel wenschen zulks ook te kunnen zeggen van de herstellingen die aan de schilderijen zijn toegebracht. Doch wij moeten, tot ons groot spijt, bestatigen dat deze menigmaal op eene zeer onbehendige wijze hebben plaats gehad, en dat meer dan een schoon tafereel niet ongeschonden is gebleven in de handen van dengene, welke niet heeft geaarzeld zich met het kuischen dezer kunststukken te gelasten. Dat ten minste deze ongelukkige les niet verloren zij voor de overblijvende schilderijen, waaraan nog niet is geraakt. Wij kunnen niet nalaten hierbij te doen bemerken, dat gemelde kuischer, over een drietal jaren, twee schoone triptieken van twee onzer groote meesters, toebehoorende aan de kerk van een geestelijk gesticht dezer stad, zeer onbehendig heeft gekuischt. Hij heeft nu andermaal bewezen dat hem de noodige bekwaamheid tot werken van zulk belang ontbreekt.
- Jos. Geefs is commandeur, en professor Rigelé is ridder van de Leopoldsorde benoemd.
- In de eerste dagen van Augustus was in het Verbond voor kunsten, letteren en wetenschappen eene onder vele opzichten merkwaardige tentoonstelling geopend. Van den baron G. Wappers was tentoongesteld een rond 1848 geschilderd stuk, de Goede vrienden, twee jonge kinderen met eenen hond voorstellende. Verders: De eerste pijp (een knaap die misselijk geworden is van te rooken), door Verlat, een lief stukje; twee puike landschappen van Lamorinière (een maanlicht en de eerste aprildagen); twee fraaie natuurgezichten op Noorwegen, van Jacobs-Jacobs; twee stukken van Bource, Kudde van rendieren en de Bloemenverkoopster; Jonge vrouw in een huisvertrek, van Alma Tadema; het Bezoek van het Engelsche koningspaar in de St-Jacobskerk te Antwerpen, in 1843, door van Regemortel; de Rekening en eene Keuken in eene afspanning, door A. de Braekeleer; Jonge vrouw, die met beide handen een korfje boven het hoofd houdt, door Wittkamp; de Mislukte kus, een geestig stukje van Cap; de Terugkeer uit het veld, van Wagner; twee landschappen (uit Noorwegen en Jersey), van Wüst; Grootmoeders gift, van van den Daele; Zijt gij het? van Marschouw; de Schildwacht, van Vinck; Goede vondst, van Roskell, alsmede twee schilderijen en eenige waterverfschilderingen van Verhoeven-Ball en bloemen en vruchten van Dauriac en Mersseman.
- Het Nieuw-Yorksche Sonntagsblatt gewaagt met veel lof over de schilderij, door Hendrik Schaefels verkocht aan den heer d'Huyvetter van Nieuw-York. Zij stelt voor: de Afreis van Philips II uit Vlissingen, eene episode uit den Nederlandschen krijg tegen Spanje. Het voornoemde blad zegt van de schilderij van Schaefels: ‘zij is vol schoone en natuurlijk gegroepeerde figuren; zij is in al hare bijzonderheden met zooveel fijnheid en netheid uitgevoerd, dat ze op den toeschouwer meer den indruk maakt van een voortreffelijk genre-stuk, dan van eene doorslaande historie-schildering. Hare dramatische werking is gering, maar zij betoovert het oog, door den glans en de harmonie harer kleuren.’
- De maatschappij der Antwerpsche bouwmeesters, waarvan de heer J.-A. Hompus, voorzitter en de heer B. de Proost, secretaris is, heeft zich vervoegd tot het stadsbestuur, om te vragen, dat de hoofdgevel der Borgerhoutschepoort, waarvan de steenen, sedert de afbraak, bewaard zijn geworden, herbouwd zou worden op de Victorieplaats, met twee vleugels, welke benuttigd zouden worden als lokalen voor openbare diensten.
- In zitting des gemeenteraads van 5 September zijn de plans van den nieuwen Vlaamschen stadsschouwburg voor uitvoering goedgekeurd.
- De opening van het museum Nottebohm, samengesteld uit de verzameling hedendaagsche schilderijen, nagelaten door den heer Nottebohm, van Rotterdam, wordt aangekondigd als zullende plaats hebben tegen nieuwjaar. Evenals het museum van oude meesters, zal het museum Nottebohm Donderdags en Zondags open zijn voor het publiek.
Brussel. - Alhier zijn tentoongesteld 12 van de 40 of 50 schilderijen van Wiertz, welke zich bij den heer Disière en andere bloedverwanten des befaamden meesters te Dinant bevinden en waarvan in het Wiertz-album geene lichtteekeningen voorkomen. Meest al deze stukken werden door Wiertz in zijne jeugd geschilderd. Onder de beste noemt men de Kamer van Wiertz te Parijs, geschilderd in 1834, en bewerkt in den trant van Rembrandt; een Italiaansch struikroover; eene wapenschouwing te Parijs, gehouden door Lodewijk-Philips; een Sater; een Landpartijtje; de Mijn werksters, enz.
Volgens wordt gemeld, moet zekere heer Lion, te Dinant, in het bezit zijn van eene goede schilderij van Wiertz, gekend onder de benaming: het Meisje met den stroohoed.
- Het uitstekend muziekcorps der Fransche keizerlijke lijfwacht zal binnen kort hier eene reeks muziek uitvoeringen geven.
- Het Vlaamsch kunstverbond zal, te beginnen van den 27n September aanstaande, elken Zondag, Maandag en Donderdag van het tooneeljaar, in den Prado-Schouwburg, te St-Jans-Molenbeek, Vlaamsche vertooningen geven. Zij zullen bestaan