en de heeren H. Warnots en J. Moreel (deze laatste bij ontstentenis van den heer Rypens).
- Zooals wij op blz. 186 (jaarg. 1866) hebben gemeld, zal de groote zaal van het Verbond met geschilderde paneelen versierd worden. Wij hebben reeds zes tot dat einde bestemde tafereelen gezien. Het eerste dezer tafereelen, Jordaens voorstellende, is prachtig van kleur en echt grootsch van samenstelling. Hetzelve is het werk van den te recht befaamden echt Vlaamschen schilder Antoni van Ysendyck. Naast Jordaens, heeft de heer J.B. Huysmans Plantyn afgemaald; daaronder komt de reeds door ons vermelde schilderij van den heer Verhoeven-Bal voor, en nevens dezelve prijkt een lief genrestuk van den heer Plateel. Wat verder bevindt zich de beeltenis van David Teniers, door P. Kremer en daaronder een landschap van Jufv. Roza Venneman.
Wij hopen dat de andere kunstenaren, met denzelfden iever als de bovengemelde, het zoo goed en schoon ondernomen werk zullen helpen voltooien.
- Het Verbond voor kunsten, letteren en wetenschappen heeft de voordrachten, door den heer Montigny heden winter gehouden, in een boekdeel van 200 blz. vereenigd, uitgegeven. Het is getiteld: Conférences sur les fluides impondérables.
- Den 16n April sprak de heer K. Ommeganck in de Wetenschappelijke vereeniging: 1o over de galvanische verkopering der positieve metalen, 2o het voortbrengen der mengsels van koper met andere metalen.
- Op 28, 29 en 30 April waren de stukken der mededingers van den voorloopigen prijskamp in de schilderkunde gezegd van Rome tentoongesteld in de koninklijke academie. De beoordeeling had plaats Zaturdag 27 en heeft den volgenden uitslag opgeleverd, welke reeds eene groote eer voor de hedendaagsche school van Antwerpen is.
Er waren niet minder dan negen-en-twintig mededingers en de jury heeft de punten en plaatsen als volgt aangeduid:
1o | De heer Karel Ooms, van Desschel. |
2o | De heer Leo Le Brun, van Gent. |
3o | De heer Frans de Wilde, van St-Nicolaas. |
4o | De heer Ernest van den Kerchove, van Brussel. |
5o | De heer Kar. A. Mellery, van Laeken. |
6o | De heer Willem Geets, van Mechelen. |
Gelijktijdig had ook de tentoonstelling plaats, in de zalen der academie, Venusstraat, van de talrijke prijskampen tusschen de leerlingen in de verschillende vakken welke men onderwijst.
Wij zullen in eene volgende aflevering daarop terugkomen.
- De driejarige kunsttentoonstelling wordt den 11n Augustus te Antwerpen geopend.
- De heer Jos. de Cuyper heeft een heiligenbeeld vervaardigd, dat in de St-Antoniuskerk geplaatst is, als gedenkteeken zijner familie.
- Van onzen medewerker, den heer Ed. Gregoir, zijn twee compositiën voor piano verschenen, getiteld: Echo du rossignol en Chant du coeur.
- Verschenen in de Bibliotheek van oorspronkelijke tooneelstukken: de Zenuwen van Madam, tooneelspel in een bedrijf, door G.-J. Dodd. Prijs: 75 c.
- Van den heer A. Janssens zijn verschenen twee nieuwe liedjes, getiteld: Te oud van jaren en Baas Pekdraad, woorden van de heeren de Weerdt en Paschael.
Mechelen. - Door het comiteit van het katholiek congres is den heer van den Eeden de toonzetting opgedragen van een oratorio het laatste Oordeel, voor te dragen op het a.e. congres.
Brussel. - De heer L. Gallait, wien opgedragen is eene reeks levensgroote portretten in de vergaderzaal van den Senaat te schilderen, heeft reeds een van dezelve voltooid.
- Het standbeeld van den eersten Belgischen spoorwegbestuurder, de heer Masui, is in de noorderstatie geplaatst.
- De geneeskundige academie van België heeft de volgende prijsvraag uitgeschreven: Welke zijn de voorteekens, de oorzaken, de ontleedkundige aanvallingen en den aard van de besmettelijke veeziekte, bij al de dieren die deze ziekte zouden kunnen krijgen, en de verschillige karakters van de andere typhoïde aandoeningen waarmede zij zou kunnen worden verward? De prijs is 1200 fr. De prijskamp zal tot 1 Januari 1869 open blijven. De werken mogen in het Latijn, Fransch of Vlaamsch geschreven zijn en moeten vrachtvrij aan den secretaris der academie, Museumplaats, nr 4, te Brussel gezonden worden.
- In den wedstrijd van kantaten voor den grooten prijs van toonzetting van 1867, zijn ingezonden 18 Vlaamsche en 55 Fransche stukken. De heeren Fetis, Daussoigne-Mehul en Hanssens zijn benoemd tot leden van de bestendige jury van dezen prijskamp. Tot rechters van de Fransche dichtstukken zijn aangesteld de heeren Aloin, F. Fetis, Daussoigne-Mehul, Ed. Fetis en Ad. Siret; voor de Vlaamsche kantaten, de heeren ridder Leo de Burbure, van Hasselt, Blommaert en baron Julius de Saint-Genois.
St-Joost-ten-Noode. - De nieuwe kerk is verrijkt met het schoone hoogaltaar afkomstig uit de kerk van O.-L.-Vrouw-der-Kapel en in 1618, volgens de teekeningen van Rubens, opgericht.
St-Nicolaas. - Den 21n April hield de welsprekende redenaar, de heer Pieter de Baets, in den Vlaamschen kring eene meesterlijke voordracht, ten betooge dat het allen Vlamingen tot plicht is gesteld krachtdadig mede te werken tot het verspreiden en verheerlijken hunner taal.