Verschillende wegen.
Men kan de waarheid beschouwen als een lichtgevend middelpunt van een oneindig grooten cirkel; de stralen of radii welke dit licht afwerpt als verschillende wegen naar hetzelfde middelpunt gericht, dat te helderder wordt, naarmate wij er dichterbij komen. Waarom zouden wij met onze naburen twisten, zoo zij niet denzelfden weg inslaan, dien wij betreden? Moeten wij ons niet veel meer verheugen, dat er nog andere wegen zijn, zelfs in geheel tegenovergestelde richting dan de onze, om tot hetzelfde doel te geraken?