De Vlaamsche School. Jaargang 12
(1866)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Auteursrechtvrij
[pagina 37]
| |
[pagina 38]
| |
De Maagd Maria, in gezelschap van Sint-Joseph, reikt eene peer toe aan het kind Jezus, dat zij tusschen de armen houdt. Dat is het onderwerp der plaat die wij op de vorenstaande bladz. 37 mededeelen. Zij werd oorspronkelijk door Bartholomeus Spranger geteekend en door Goltzius op koper gesneden. De afbeelding die onze lezers hier beschouwen, is eene kopij, naar de beschrevene plaat vervaardigd door Hendrik de Grox, een leerling der koninklijke Academie van Antwerpen en, zoo als, onder andere, uit zijn hier medegedeeld werk blijkt, een veelbelovend plaatsnijder. Hij werd te Antwerpen geboren, in het jaar 1835. Hendrik de Grox overleed in den jeugdigen ouderdom van 30 jaren, op 19 April 1865, zonder dus de vruchten van zijne veeljarige moeizame studiën te hebben mogen genieten. Wij zijn gelukkig, door het mededeelen der vorenstaande plaat, in de gelegenheid gesteld te zijn geweest, het publiek te kunnen bekend maken met een gansch niet onverdienstelijk voortbrengsel van den jongen kunstenaar. Hij had de laatste hand gelegd aan nog eene plaat, het kind Jezus voorstellende, naar eene in het Antwerpsche kindergasthuis bestaande schilderij van G. Guffens. Bij het overlijden van de Grox was deze plaat nog niet uitgegeven. De heer Guffens maakte zich gereed, met eene hem tot eere strekkende edelmoedige bereidwilligheid, deze uitgave te bewerkstelligen, ten behoeve van des jongen kunstenaars moeder, toen ook deze, eenige weken geleden, het tijdelijke met het eeuwige verwisselde. Het bijzonderste werk van de Grox is eene, voor de Maatschappij ter aanmoediging van schoone kunsten bestemde plaat, naar den Camoëns van Wappers. Aangenaam is het ons, naar aanleiding van wat voorgaat, hier te kunnen aanstippen, ter eere der nagedachtenis van Hendrik de Grox, dat hij een edelaardig jongeling was, eenvoudig van zeden, trouw en hoû in zijnen handel en gansch overgegeven aan de beoefening der kunst, die hij, voor zijne krachten, helaas! te veel heeft bemind. Geenen van 's jongelings talrijke vrienden is het een geheim, dat de te groote inspanning waarmede hij zich aan den kunstarbeid wijdde, veel bijgedragen heeft om zijne reeds zwakke gezondheid nog meer te knakken en ondermijnen. Mogen eenigen van hen die de Grox niet gekend hebben en deze regels lezen, er zijne nagedachtenis om lief krijgen! De brave te vroeg ontslapene jongeling is zulks waard, in den vollen zin des woords. |
|