De Vlaamsche School. Jaargang 10

[p. 101]

[p. 102]

De Antwerpsche clavecimbelmakers.

Voorgaande plaat stelt eene clavecimbel voor, ten jare 1630, te Antwerpen, door den vermaarden Jan Ruckers verveerdigd; dit kunstwerk bevindt zich thans te Parijs, en werd ten jare 1858, door den heer F. Pigeory hersteld.

Eene oudere clavecimbel, van Andries Ruckers, bevindt zich in het Museum van Oudheidkunde van Antwerpen; zij dagteekent van het jaar 1615, en bevat naast verscheidene versieringen en bloemen, het volgende opschrift:

De geleerde heer Ridder de Burbure heeft in 1863, in de koninklijke Akademie van België, eene belangrijke verhandeling over de antwerpsche clavecimbelmakers gelezen; wij nemen uit het opstel des gekenden toondichters, de naamlijst over der meesters die zich te Antwerpen in dit kunstvak even als in dat van instrumentmaker, hebben onderscheiden:

1523.	Joost Carest of Karest, kwam in Sint Lukasgilde in 1523.
1537.	Goosen Karest, van Keulen, Jans zoon, werd als poorter van Antwerpen aangenomen, den 9 Maart 1536.
1542.	Albert Van Neeren of van Neer, zoon van Willem, geboortig van Nijel bij Gulik werd als poorter aangenomen den 18 Junij 1542.
1542.	Petrus Vorenborch of Vornenberch, zoon van Petrus, geboortig van Keulen, werd lid der Sint Lukasgilde, den 23 Junij 1542.
1552.	Simon Moyns of Moens, kwam in Sint Lukasgilde in 1552.
1558.	Martinus Blommesteyn werd de tweede genoemd in eene ordonnantie van 28 Maart 1558 betrekkelijk de clavercimbelmakers.
1558.	Jacobus Theeuwes, of Theeus werd de derde in dezelfde ordonnantie genoemd.
1543.	Hans, orgelmaker, werd de vijfde genoemd in het reglement van 1558.
1550.	Christoffel Blommesteyn trad in Sint Lukasgilde in 1550.
1558.	Jacobus Aelbrechts kwam in de gilde den 28 Meert 1558.
1558.	Martinus Vander Biest. kwam in de gilde den 28 Meert 1558.
1558.	Lodewyk Theeuwes, kwam in de gilde den 28 Meert 1558.
1558.	Jan Diericxen, kwam in de gilde den in 1558.
1558.	Jan of Hans Van Peborg, kwam in de gilde den id.
1558.	Gisbertus Van den Bogaerde werd in Sint Lukasgilde aanvaard in 1558.
1560.	Willem Gompaerts werd in de gilde aangenomen in 1560.
1561.	Willem Leest, zoon van Godschalk, geboortig van 't land van Gulik, werd poorter, den 5 X^ber 1561.
1568.	Jan Jaspers, zoon van Joos, geboortig van Coesvelt, werd als Poorter ingeschreven, den 28 Januarij 1568.
1570.	Hans of Jan Moermans werd in Sint Lukasgilde aangenomen in 1570.
1576.	Aert of Arnoldus Van der Elst trad in Sint Lukasgilde in 1576.
1579.	Hans of Jan Ruckers, genoemd de oude, werd lid van Sint Lukasgilde in 1579.
1579.	Artus of Arnoldus Borlon, Burlon, Porlon, (cyetermaker) werd als lid der Sint Lukasgilde aangenomen in 1579.
1579.	Hans of Jan Growuels, zoon eens gildebroers, werd meester in 1579.
1583.	Jan Van Eesbroeck werd poorter den 9 X^ber 1583.
1584.	Jan Muelevoets (cyetermaker) woonde te Antwerpen in 1584.
1585.	Lodewyk van Diepenryck was in 1585 onder de leden der Sint Lukasgilde begrepen.
1588.	Eewout of Eduardus Wolfaert, was in 1588 onder de leden der Sint Lukasgilde geteld.
1588.	Lukas Aelbrechts, zoon van Jacobus Aelbrechts, voornoemd, werd in de gilde, als meesterszoon, aangenomen in 1588.
1610.	Daniel Bader, een Duitscher, werd in 1600, als orgelmaker, en in 1607 als clavercimbelmaker ingeschreven.
1606.	Fransciscus van Uffel, werd aangenomen in 1606.
1610.	Michiel Immenraet, zoon van Lukas, geboortig van Keulen, werd poorter, den 5 Maart 1610.
1610.	Reyner Leums was van het getal der meesters van Sint Lukas in 1610.
1611.	Een zoon van Hans Ruckers, de oude, waarschijnlijk Andreas, werd, in 1611, in Sint Lukasgilde als meesterszoon aangenomen.
1613.	Georgius Britsen werd als meester der gilde aangenomen, waarschijnlijk na 1613.
1614.	De clavercimbelmaker, Leonardus, werd gerekend onder het getal der overledene gildemeesters in 1614 en 1615.
1627.	Antonius Joannes werd in den register der kas van onderlingen bijstand der gilde opgeteekend in 1627.
1627.	Cornelius Haghens, insgelijks.
1628.	Dirck De Vries werd onder de overledene gildebroers van 1628 gerekend.
1629.	Jan Vandervoort, trompetmaker, woonde te Antwerpen in 1629.
1631.	Michiel Colyns clavercimbelstelder, werd lid der Sint Lukasgilde als meesterszoon 1631-32.
1636.	Een.... Ruckers, clavercimbelmaker, werd meester van Sint Lukas in 1636; hy is geheeten meesterszoon.
1636.	Meester Daniel, instrumentmaker, vervaardigde een contra-basso voor Venerabel-Kapel der Kathedraal van Antwerpen in 1636.
1641-42.	Simon Haghens werd als meesterszoon in de gilde aangenomen in 1641-42.
1641.	Theodorus Verbrugghen maakte een contra-basso voor de groote hoogzaal der Kathedraal in 1641.
1641-42.	Jan Couchet trad in Sint Lukasgilde in 1641-42.
1647.	Petrus Porlon of Borlon, maakte een contra-basso voor de hoogzaal der Hoofdkerk in 1647.
1647.	Jan Borlon.
1647.	Fransciscus Borlon.
1654-55	Georgius Britsen werd in Sint Lukasgilde aangenomen in 1654-55.

[p. 103]

1658-59	Georgius Britsen, genaamd de jonge, kwam in de gilde als meesterszoon in 1658-59.
1658-59	Christiaan Pelle werd in de gilde aangenomen 1658-1659.
1658-59	Thomas Watson, werd in de gilde aangenomen 1658-1859.
1665.	Josephus Couchet werd lid van de gilde in 1665.
1666.	Abraham Couchet werd in de gilde aangenomen in 1666. Hij is geheeten ‘meesterszoon.’
1696.	Jan Couchet werd in de gilde aangenomen in 1696.
1717.	Jacobus Van den Elsche, alias Van Elsen, kwam in de gilde in 1717.
1717.	Alexander Britsen werd in de gilde aangenomen in 1717.
1793.	N. Bul, } niet ingeschreven in de boeken der gilde.
	Jan Heineman, } niet ingeschreven in de boeken der gilde.