De rederykkamer ‘Den groeijenden boom’
te Lier.
De rederykkamer
den Groeijenden Boom, onder zinspreuk '
t Dor wordt groeijende, werd omtrent 1479, te Lier, ingericht, en meermaels ziet men haer op landjuweelen verscheidene pryzen weghalen, byzonderlyk in den kampstryd, den 30 april 1496 gehouden, alwaer haer drie pryzen werden toegekend, te
gedenkteeken van johan ferreulx in st. jakobskerk, te antwerpen.
weten:
1o Voor het voorspel of prologue: deze bestond uit eenen zilveren os;
2o Voor het triomphantst inkomen: eene zilveren schael;
En 3o er werd haer nog een roozenhoed geschonken.
In 1561 vindt men deze rederykkamer op het vermaerd landjuweel te Antwerpen door de Violieren opgehangen. Hare stoet bestond uit:
‘2 boden;
2 heraulten;
3 trompetten;
14 paer te peerd over ander met tortsen en met vaenkens;
1 Waghen met 3 peerden, daerop Liefde, Trouwe, Vrede;
8 paer te peerd wt synde;
1 waghen met dry peerden, daerop Waerheid, Gherechticheyd en Vrede;
Eenen Mercurius te peerd;
1 blasoen;
Noch 2 paer als voer te peerd;
1 waghen met dry peerden, met 4 musicq singende meyskens, en Rhetorica boven sittende, en Eloquentia en Memoria;
Item noch 18 paer te peerde;
Vier stadsspeellie te voet;
Seven cnechten te peerd, sonder cleedingen;
Acht lacqueyen;
Den sot visschendeGa naar voetnoot(1).
De waeghenen gedeckt met groen laken gespreyt over de huyven; 2 tortsen, 2 vierpannen, 3 met dry peerden en twee persoenen, 1 waghen met twee peerden, 1 met dry peerden, 2 persoonen, 3 wt synde, 2 waghens elck met 2 peerden, elck met dry persoonen; noch vyff wagens elck met peerden en twee persoonen.’
Het kleedzel der Rederykers bestond uit: ‘witte cousen, witte wambeysen, swerte broskens, groen rocken met wit gheboort, groen hoeyen, roy sluyers, witte pluymen, sonder rappierenGa naar voetnoot(1).’
Het bovengemeld blazoen hetwelk wy hier nevens geven, behelsde een beeldspreuk welke wy denken aldus te mogen uit leggen:
Goddelyke schatten wilt vergaeren
End door Rhetorica gelyk Rederykers eeren
Schouwt nyd wilt ryne liefde baeren
Met Groeyende Boomken vrouwen en heeren
Rechtsziet men het wapen van Gaspar Schets, prins, en links hetgene van Florens Van Mechelen, hoofdman der Rederykkamer.
Den Groeijenden Boom behaelde op deze schitterende feest de volgende pryzen:
1o Den eersten prys voor het triomphants inkomen der mindere steden, bestaende in eene zilveren schael wegende vier oncen.
2o Den hoogsten prys voor den plechtigsten kerkgang, wezende een zilveren beeld van den Zaligmaker, wegende drie oncen en een beeld van Maria, wegende twee oncen.
3o Den tweeden prys van het Spel van Sinnen, wegende 8 oncen zilver.
4o Den tweeden prys van het beste persoonaedjen bestaende in eene zilver vergulde tonge, wegende eene once.
G.J.J. van Melckebeke.