Met andere woorden, met andere ogen
De Vlaamse Gids wordt (opnieuw) hoofdzakelijk een literair tijdschrift, vooral gericht op de Nederlandstalige literatuur. De redactie onderschrijft geen programma; ze wil open blijven staan voor de diversiteit in de hedendaagse literatuur. Ze neemt zich voor om, in het verlengde van het oorspronkelijke opzet van het blad een ‘gids’ te zijn, als een ‘verkenner’ voor de lezer rond te waren in wat er vandaag geschreven wordt. Niet om het te weerspiegelen, maar om erin te participeren, en waar het kan een nieuw perspectief te openen. Het blad wil een forum bieden voor wie zich aandient, maar zit daarom niet geduldig op inzendingen te wachten. De Vlaamse Gids zal een actieve rol trachten te spelen in het cultuurlandschap door in te gaan op wat er leeft onder schrijvers en lezers, door discussies te openen of gespreksonderwerpen uit te diepen, door meningen te confronteren of gesprekspartners ertoe aan te zetten hun overtuigingen te systematiseren.
Essays en uiteenzettingen zullen dus een vooraanstaande plaats krijgen. Maar omdat een tweemaandelijks tijdschrift een andere functie heeft dan de literaire rubrieken van dag- en weekbladen, zal u in dit blad geen recensies, primeurs of toptiens vinden. De Vlaamse Gids wil, weg van de opwinding over nieuwigheden, verschijnselen aanwijzen, structuren blootleggen, ontwikkelingen becommentariëren, interessante auteurs in de kijker zetten of bijzondere lezers confronteren met werk dat hen op een aparte manier aanspreekt. Daarnaast wordt er beslist ruimte gereserveerd voor nieuw proza en nieuwe poëzie, opdat de lezer het leven in de werkkamers van de literatuur van nabij kan volgen. Ten slotte heeft de redactie een aantal vaste rubrieken gepland, waaronder Babel, een verzameling korte lectuurverslagen, ergernissen, oprispingen en commentaren. In de rubriek Archief worden oude of vergeten, maar nog altijd interessante teksten weer opgediept.
De belangrijkste optie van de vernieuwing is echter dat De Vlaamse Gids door een zakelijk verantwoorde opstelling en een gedegen aanpak een bijdrage wil leveren tot de professionalisering van de literaire bedrijvigheid. Ook Vlaanderen moet zich mengen in het literaire discours, ook hier moeten gesprekken over literatuur (en niet louter over de publiciteit errond) op verschillende niveaus een onderdeel worden van een culturele traditie (zo die al bestaat), en aansluiten bij de creativiteit, het collectieve geheugen en het zelfbewustzijn van een taalgemeenschap.
Eens per jaar zal de redactie een themanummer samenstellen over een onderwerp dat aan de orde van de dag is. Het leek ons gepast deze nieuwe jaargang te beginnen met een themanummer over ‘mediatisering’, om de vastgelopen discussie hierover te heropenen. Het debat over de mediatisering bestaat onderhand al tien jaar, en toch staat het nog nergens. Veelal blijft het beperkt tot het bekende welles-nietespatroon, pro of contra. ‘Met je kop op t.v. of niet met je kop op t.v.?’ Een debat met oogkleppen. Alsof we met z'n allen aan staar lijden. Uiteindelijk