Portret van de middeleeuwse maatschappij (980-1420)
In het begin van de zestiger jaren schreef Georges Duby de tekst voor drie als luxe-editie uitgewerkte boeken over hoogtepunten in de kunst van de middeleeuwen. Ze verschenen bij Skira te Genève. Slechts een beperkt publiek kon zich de aanschaf van deze dure kijkboeken veroorloven. Een normale, d.w.z. goedkopere editie verscheen te Parijs in 1976. In 1984 verscheen van deze in één boekdeel samengebrachte teksten ook een Nederlandse vertaling. Dat er zopas een vijfde druk nodig was bewijst de aantrekkingskracht van dit boek. De auteur is intussen bekend geworden als een van de boeiendste geschiedschrijvers van onze tijd en de naam Duby is zeker een gedeeltelijke verklaring van het succes. Anderzijds is en blijft de middeleeuwse maatschappij nog altijd een fascinerend segment uit de wereldgeschiedenis. Umberto Eco's verfilmde roman De naam van de roos heeft bewezen hoe spannend het tijdsgebeuren toen was. De bezwerende taal van het middeleeuwse toneel, de processies van flagellanten, de mystiek van de heremieten, de kleine dictatuur van de dorpspastoor en de mensonterende jacht op ketters en op van hekserij verdachte vrouwen, de oprichting van clandestiene sekten als de Fraticelli, de Katharen en de Waldenzen, de vaak met dubbelzinnige bedoelingen gesausde pelgrimstochten, de door pest en andere rampen vertroebelde sociale structuren, de riddercultuur waarin mannelijkheid aan oorlogsgeweld gekoppeld wordt, de liefdesliederen van de troubadours, de onder patersrokken gekoesterde pogingen om erotiek op een mystiek dwaalspoor te zetten, een door religieuze fascinatie bezielde kunst met de populaire imagerie (bv. de Armenbijbel) voor de lagere klasse van ongeletterden, een af en toe zeer verrassende literatuur waarin tussen droom en werkelijkheid wordt gezweefd met zowel heerlijke allegorieën als vrolijkondeugend schelmse anecdotiek. En kathedralen. En de bouwers van deze kathedralen. Dat alles en nog veel meer maakt deel
uit van dat boeiende geheel dat we middeleeuwen noemen. Uiteraard is veel in het boek op Franse toestanden geënt, maar het stoort niet. De Vlaamse aanwezigheid is niet onbelangrijk, want tijdens de middeleeuwen evolueerde de Vlaamse kunst van een provinciaal niveau naar wereldklasse (Jan Van Eyck).
De naam Duby staat borg voor een met zwier en verbeelding geschreven tekst waarin niet alleen koningen en kunstenaars, de kathedralenbouwers, maar ook de gewone mens de nodige aandacht krijgt.
J.Y.
DUBY, Georges: De Kathedraalbouwers. Portret van de middeleeuwse maatschappij/980-1420. Uit het Frans vertaald door Ger Groot. Vijfde druk. Amsterdam, Agon, 1989, 359 p., ill. Prijs: 960 BF., gebonden. (In België verspreid door Standaard Uitgeverij te Antwerpen).