Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
De Vlaamse Gids. Jaargang 60

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre
sec - letterkunde

Subgenre
tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

De Vlaamse Gids. Jaargang 60

(1976)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De

Vorige Volgende
[p. 4]

[Nummer 6]

Waar is de avant-garde nu?

Het thema van deze Dagen van De Vlaamse Gids, ‘Waar is de avantgarde nu?’ is eigenlijk gegroeid uit de discussies, die vorig jaar op de Dagen werden gevoerd over ‘De Crisis van de Kritiek’. Toen bleek inderdaad dat de avant-garde literatuur door de critici nagenoeg niet meer behandeld wordt en dat de progressieve auteurs nog nauwelijks een publikatiemogelijkheid vinden.

Meteen dringt zich een vergelijking op met de jaren vijftig, die gekenmerkt werden door een hoge bloei van de avant-garde. In de literatuur kende men de luidruchtige opkomst van de experimentele dichters. Enkele jaren later waren er ook enkele prozavernieuwers. De bekendste onder hen is ongetwijfeld Ivo Michiels. In diezelfde periode zag men ook overal zolder- en keldertheaters ontstaan en kende het absurde toneel een merkwaardige boei. Ook was er heel wat beweging in de wereld van de schilderkunst, waar vooral de Jonge Belgische Schilderkunst van zich deed spreken, terwijl de uitgeverijen er ook niet voor terugschrikten om hermetische en dus moeilijk verkoopbare boeken op de markt te brengen.

Van deze drukke activiteiten, die toen ons literair en artistiek klimaat beheersten, is thans nog maar bitter weinig terug te vinden. De kleine toneelgezelschappen zijn een na een verdwenen, de schilderkunst beleeft geen luidruchtige manifestaties meer, de avant-garde literatuur wordt blijkbaar nog wel door enkelingen beoefend, maar zij krijgt nauwelijks nog gelegenheid zich te manifesteren. De grote uitgeverijen hebben de progressieve auteurs uit hun fonds gestoten om meer oppervlakkige lectuur, die echter gemakkelijker verkoopbaar blijkt, op de markt te brengen.

Intussen is de avant-garde uit de jaren 50 ingelijfd in het officiële literaire en artistieke leven. De experimentelen worden nu algemeen erkend en zien een na een hun verzameld werk uitgegeven worden. Zij krijgen nu de Staatsprijs en dit wordt algemeen aanvaard. De tijd dat Lucebert het gedicht ‘Regen’ voordroeg en hierbij een glas water over zijn hoofd leeggoot, waardoor de hele zaal in rep en roer kwam, is lang voorbij.

Maar het is hier niet de bedoeling een romantische terugblik op de jaren 50 te brengen en vol heimwee te ver-

[p. 5]

klaren hoe goed die oude tijd wel was. Integendeel is het onze bedoeling een nuchtere vergelijking te maken tussen de toestand in de jaren 50 en de huidige toestand en te onderzoeken welke de oorzaken zijn, die hebben geleid tot deze ontwikkeling.

Ongetwijfeld heeft de economische crisis er mee toe bijgedragen dat de avant-garde letterlijk en figuurlijk van het toneel is verdwenen. Noch uitgevers, noch theaterdirecteurs willen nog risico's nemen. Men grijpt liever naar de zekerheid van een kassucces. Vooral in de literatuur blijkt thans ook een moedeloosheid en alleszins een gebrek aan combativiteit.

In het panel dat dit thema behandelde, gaf Karel Geirlandt een overzicht van de internationale en nationale avant-garde in de plastische kunsten, sprak Lucien Goethals over de moeilijkheden in de muziekwereld en reageerde Paul Snoek op enkele verklaringen van Geirlandt, Ivo Michiels tekende de ontwikkeling van de avant-garde in de literatuur en Paul De Vree sprak over toneel en film. Ten slotte werd nog een tekst opgenomen van Jo Verbrugghen, een samenvatting van zijn talrijke constructieve tussenkomsten vanuit de zaal. Willem M. Roggeman publiceert een gesprek met Roland Jooris, die tijdens deze Dagen de tweejaarlijkse poëzieprijs van De Vlaamse Gids in ontvangst nam.

De redactie.



illustratie


Vorige Volgende