De Vlaamse Gids. Jaargang 38(1954)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 555] [p. 555] Onvergetelijk door Remco Campert Op die ochtend liepen veel dichters door de darmen van de afgematte stad met dwaze ogen en kleren als natte vlaggen dronken van brillen en vrouwen als landelijke kerken onvermoeibaar stappend langs koperen agenten verbaasde fietsers en vroege harmonica-spelers tot waar boven de haven aan blauwe balken de zon werd gemonteerd. Met ogen van bladgoud met open mond van geweldig voorjaar staarde de lucht hen aan. Klokken bonsden een ziekte in nun oor. De wind wrong zich groen in hun handen De straat ontblootte het bot van hun voet De huizen van Hameln gaven kinderen aan hen weg. Op die ochtend liepen de dichters hun ribben mateloos zingend hun lichaam van sofa's en steen één groot hotel, hotel Terminus met open ramen en water als wijn in elke kamer een dier methodisch denkend aan mensen en manen. [pagina 556] [p. 556] Onder plaveisel en asphalt Weende de stad zijn tranen van morgen en vergane mist van rook en bloed van lawaai en liefde en lucht gloeiend van mensen. Liepen op die ochtend vroeger dan vogels later dan trams door de stad de dichters die leven maar eens onvergetelijk en soms voorgoed onder de donkere vleugels van de poëzie: praters in veren, vliegers in dons levend en vechtend in woorden die ademen doen Vorige Volgende