| |
| |
| |
Boekbeschouwing
Dr. G. Schamelhout. - Herkomst en ethnische samenstelling van het Vlaamsche volk. - Die Poorte, Oude God-Antwerpen; 210 blz.
Wij mogen den geleerden historicus Dr. G. Schamelhout dankbaar zijn, dat hij, na zijn standaardwerk over ‘De Volkeren van Europa en de Strijd der Nationaliteiten’, dezen belangrijken arbeid heeft gepubliceerd, die het bestudeerde probleem alzijdig beschouwt, en zoodoende van buitengewone beteekenis blijkt te wezen. Dit wetenschappelijk boek is zeer rijk aan inhoud en met de meest stelselmatige methode uitgebouwd. (Eerste deel: Herkomst van het Vlaamsche Volk. I. De oudste bewoners. A. De oudere steentijd. B. De jongere steentijd. C. De bronstijd. II. Europeesche rassen en Indo-Germanen. III. De ijzertijd. A. De Kelten. B. Belgen en Germanen. IV. Franken, Friezen en Saksen. V. Kerstening, Hervorming en Gevolgen der Scheuring (tusschen Noord en Zuid). Tweede Deel: Ethnische samenstelling. I. De Schedelvorm. II. Oog- en haarkleur. III. De lichaamslengte als raskenmerk in verband met hygiënische en ekonomische toestanden. Ethnische en ethische verhoudingen en tegenstellingen voor den Wereldoorlog. IV. De Wereldoorlog en zijn gevolgen. V. Talenstatistiek en Taalgrenzen. VI. Bloedgroepen. VII. De Vlaamsche volksaard); elk hoofdstuk is het interessant product van geestelijke uitdieping, van schitterende documentatie; het geheel schudt ziel en hart wakker van allen, die zich bekommeren om de toekomst van het Vlaamsche land. Dit bereikte de heilige ernst van den schrijver, die hier een haast onafzienbare taak aandurfde.
| |
Das deutsche Volk klagt an. - Editions du Carrefour, Parijs; 320 blz.
De naamlooze schrijvers willen met dit werk, waarin ontzaglijk veel materiaal verarbeid werd, den vrede dienen. Daarom is het niet overbodig, maar dringt zich in deze dagen op. Als Emile Zola zijn onsterfelijk ‘J'accuse’ schreef, ging het om het lot van een enkeling. Toen was gansch Frankrijk in de branding, de openbare meening in Europa ongerust, de wereld volgde koortsachtig den strijd om de redding van éen onschuldige. Nu gaat het om het leven van honderdduizenden, om de toekomst van een volk van vijf en zestig millioen menschen, de veiligheid van Europa, den vrede in de wereld. Deze uitvoerige studie is zoo objectief, als vereischt door een feitenrelaas en zoo onverbiddelijk als de waarheid gebiedt.
| |
S. Erckner. - Die grosse Lüge. - Editions du Carrefour, Parijs; 260 blz.
Deze groote leugen, schrijft Erckner, is de Duitsche officieele bewering, dat het Derde Rijk den vrede wil. Hij wijst op de onverzoenlijke houding tegenover den Volkenbond, de reusachtige bewapening, het optreden tegen de ‘Kollektivmanie’, tegen alle pacifisten, het opleven van den revanchegeest, het onverminderd gelden van de gedachten uit ‘Mein Kampf’, den afkeer voor Locarno, de overheersching van de Junkers, het plan von Epp, de bedreigingen tegenover
| |
| |
Tsjecho Slowakije, de koloniale eischen, het verbond met Mussolini, den haat jegens Frankrijk, de Ruimte-legende, de uitbreiding van de vloot, de overeenkomst met Japan, de inmenging in Spanje...
| |
François Mauriac. - Het Leven van Jezus. - A. Manteau, Montoyerstraat 49, Brussel; 300 blz., ing. 35 fr., geb. 50 fr.
Deze ‘Vie de Jésus’ zal François Mauriac's naam vereeuwigen. In deze troebele dagen hebben de menschen aan het begrijpen van dit Leven groote behoefte, want Erasmus' woord blijkt meer dan ooit waarheid: Slechts bij naam zijn zij Christenen, alleen de lippen belijden Jezus. De Fransche Académicien teekende het meest typische karakterbeeld van Christus, wiens symboliek hier door een groote artistenziel aangevoeld, in een uitzonderlijken stijl vertolkt, doorlicht en doorwarmd wordt met heerlijke beschouwingen. Zonder waterachtige kleuren. Christus is een temperamentvol veroveraar, die vastberaden zijn ideaal nastreeft. Er heerscht een wonderbaar evenwicht en een goddelijke harmonie in zijn ziel. Mauriac heeft hier zich zelf overtroffen door zijn hoogst-eigenaardige kunst om de vrucht van een levenslange wetenschappelijke studie zoo ‘romantisch’ te vermunten, dat de moderne geest niet alleen in zijn intellect, maar in zjin diepste gemoed ontroerd wordt, inniger dan weleer Renan en voor enkele jaren Barbusse het vermochten. - De puike vertaling van Franz van Oldenburg Ermke, de verhelderende aanteekeningen van Prof. Dr. N. Sanders, de meesterlijke prenten door den bekenden graveur, teekenaar en schilder H. Levigne zijn den bekeerde uit ‘Le Noeud de Vipères’ en zijn haast volmaakt gewrocht waardig, waarin hij, naast Papini, De Grandmaison, Pluz, Bardy en Tricot, Leclercq, Lagrange, Cooper en Foerster, bewijst, dat men over Christus nooit zal uitgepraat zijn...
| |
Jan Hell. - Het Huis. - Contact, Amsterdam; 210 blz.; ing. fl. 2,25; geb. fl. 2,90.
Deze psychologische roman getuigt van het oorspronkelijk vertellerstalent van een schrijver, die ons in het volle leven stort en voortdurend de spanning in menschen en dingen weet gaande te houden: Een jong architect krijgt opdracht een buitenhuis te bouwen voor een kinderdokter, wiens vrouw hij na hun gemeenschappelijken schooltijd niet meer ontmoet had. Terwijl de arbeid vordert, voltrekt zich in hem een verwarrende genegenheid voor die vrouw. Als hij echter haar jongere zuster leert kennen, begrijpt hij, dat hij in haar slechts het vroegere schoolmeisje had liefgekregen... Toch blijft steeds ‘Het Huis’ de centrale figuur, de kern van het gebeurende, en beheerscht omzeggens de tragische - want echte - lotgevallen van de levenden. Dit frissche, bekoorlijke boek met zijn nochtans diepen achtergrond, is het werk van een fijn analyst.
| |
Vincenz Brun. - Alkibiades. - Allert de Lange, Amsterdam; 490 blz.
Vincenz Brun, de jonge Oostenrijksche auteur, wordt een der meest vooraanstaande historische romanschrijvers van onzen tijd. Dit bewijst ten overvloede deze ‘Alkibiades’, dit wonderschoon heldendicht in proza over de Grieksche apogeum-periode, waarin zoo aantrekkelijk en toch zoo artistiek (wat staan we reeds ver van Hamerling af!) de klassieke figuren van Perikles en Aspasia, van Euripides en Aristophanes, van Phidias en Sokrates en bovenal deze van Alkibiades, de eigenaardigste gestalte van toen, den lieveling van goden en menschen, geschilderd zijn. In onvergetelijke tooneelen wordt dezes veelzijdigheid belicht; meesterlijk het zielsleven van den Griekschen opperbevelhebber ontleed, den veroveraar van Byzantium, den Atheenschen Napoleon, die het lot van Griekenland afhankelijk van zijn persoon maakte. Wat ieder treffen zal, is de
| |
| |
onmiddellijkheid van het contact met het oude Hellas. Met een ongemeene trefzekerheid worden o.m. in ‘Das Fest der Jungfrauen’, ‘Olympia’, ‘Der Hermensturz’, ‘Die Ausfahrt der Flotte’, ‘Sparta’, ‘Asien’, ‘Admiral Antiochos’, ‘Die Niederlage’ de typische slagaders van het vroegere Grieksche organisme blootgelegd, en de beelden en de woorden van den kunstenaar zijn zoo raak en zoo pakkend, dat men waarlijk zelf den polsslag dier vervlogen eeuwen voelt, en gedompeld blijft in de grootsche en toch zoo in-tragische atmosfeer van den Atheenschen Gouden Tijd. Bij elke bladzijde voelt men hoe de geest verheldert en opengaat en men beseft weldra, dat de lezing van dergelijke gewrochten een historische vorming geeft, gelijk weinig beroepsgeschiedkundigen vermogen te schenken.
| |
H. Elen, prof. dr. Ir. Stan Leurs, E. de Ridder, dr. Rob. Van Roosbroeck, G. Schmook, E.M. Thiery. - Gids voor België. - De Sikkel, Antwerpen; 260 blz.; geïll.; ing. 28 fr.
Wie aan toerisme (watertoerisme inbegrepen) doet, wie belang stelt in onze aardkunde, aardrijkskunde, geschiedenis en kunst, zij allen moeten dit handig werk kennen, geschreven door zes specialisten, volkomen meester op hun respectievelijk terrein. Geen bladzijde of ze interesseert geweldig. Meer dan ooit erkennen we, dat deze uitgave aan een volstrekte noodwendigheid beantwoordt, nu nog zooveel Fransche gidsen geraadpleegd worden. Ze kan dan ook niet anders dan een verdienden bijval genieten, niet in 't minst b.v. bij onze studenten van het middelbaar en het normaal onderwijs, die in dezen bundel een gansche reeks uitstekende handleidingen aantreffen, voor hen van ongemeen nut bij de nadere bestudeering van onze gesteltenis op velerlei gebied. Wij prijzen dus dezen onmisbaren reiskameraad ten zeerste aan. Hulde verdient eens te meer de baanbrekende uitgeverij ‘De Sikkel’ om deze uitmuntende publicatie met haar fraaie typografische verzorging, haar vele duidelijke foto's, afbeeldingen en plans.
| |
Dr. Emil Franzel. - Abendländische Revolution. Eugen Prager Verlag Bratislava. 280 blz.
Voor alles dient gezegd, dat de auteur den vinger heeft gelegd op de kankerplek van de moderne wereld. Hij toont afdoende aan, dat de Europeesche geschiedenis aan een keerpunt gekomen is en dat wij, Europeanen, niet meer de meesters van de wereld zijn en onze historie niet meer de wereldgeschiedenis vormt. Onze waren vinden geen markten meer; onze menschen geen werk. Wij zijn oneindig arm. Wij hebben enkel schulden en ellende. Wij zijn ziek: wij hebben de fascistische koorts op het lijf. - De meest actueele vragen worden aangeraakt en ingeschakeld rondom een centrale gedachte: wij behoeven een Europeesche ordenende Revolutie, die in de diepte dringt. Deze Omwenteling moet, in tegenstelling met de gedachten van het Marxisme, een conservatieve zijn. Zij heeft traditie noodig. Zij beoogt de samenwerking van alle naties. Wij moeten terug avondlandsche menschen worden. Daarom vreezen we niet onzen dreigenden ondergang onder het oog te zien; want slechts op die wijze kunnen wij hem afwenden. De materie van onzen tijd moet door den geest van het Avondland bevrucht: dan alleen zal rust, stabiliteit, cultuur heerschen...
Pakkende visie, suggestieve vergelijkingen, klare verwoording, rake critiek der huidige politieke ketterijen en een heldere belichting der oeroude Europeesche levensbeschouwing, dit maakt van dit boek een wijs doordacht, geestdriftig doorvoeld en suggestief geschreven geheel.
Dr. Jozef Peeters.
|
|