| |
| |
| |
Langs de Boorden van de Baltische Zee
I.
Wanneer men, van Finland naar West-Europa weerkeerend, de terugreis overweegt, is die, welke voert door de Baltische landen en langs de kusten der Baltische Zee, niet de kortste. Uit toeristisch oogpunt wellicht zelfs niet de meest aantrekkelijke, aangezien op de andere zijde die terugreis gaat via Zweden en Denemarken, twee landen met oude en beroemde cultuur, met hoofdsteden, waarin het verblijf niet lang genoeg kan worden gerekt. Maar deze Baltische landen vormen, gelegen als zij zijn tegen het Russische Rijk aan, een politiek en economisch voor Europa belangrijker geheel dan ons werelddeel wellicht beseft. En zij zijn ver genoeg uit de gewone reisroute gelegen, dat slechts diegenen er heen gaan, die door toevallige omstandigheden in die richting worden geleid. Vandaar, dat het begrijpelijk is, dat men, uit Finland weerkeerende, de geboden gelegenheid aangrijpt, en zich via Estland, Letland en Lithauen, en zoo mogelijk over Koningsbergen en Danzig, naar huis begeeft.
Op den Baltischen grond was tot voor den oorlog zelfbestemmingsrecht der volken, dat wij thans als een axioma in de internationale gemeenschap, zij het voorloopig slechts een theoretisch axioma, aanvaarden, nauwelijks een woord, laat staan dus een gedachte. De bodem van deze drie Baltische landen is gedrenkt met het bloed der eeuwen, dat slechts zeer gedeeltelijk voor de eigen belangen der bevolking werd gestort. Andere namen hebben er in de moderne geschiedenis geheerscht, want wij kennen er Lijfland en Koerland beter. De oorspronkelijke Esten, in het Noorden van het Baltische gebied met een uitgestrekte grens tegen Rusland, verkeerden in de dertiende eeuw onder de heerschappij der Denen, die hen aan de Duitsche Orde verkochten, welke het gebied weer aan Zweden moest afstaan, dat het behield, totdat
| |
| |
aan het einde van den Noordelijken oorlog in 1721 Rusland er voor goed bezit van nam. Niet veel later dan Riga ontstond Reval of Tallinn, waarvan de Denen den eersten steen legden. Beide werden belangrijke handelssteden, behoorden tot de Hanze, stonden onder de macht van de Duitsche Orde, ook nadat deze haar direct contact met Pruisen had verloren. Maar Lijfland met Riga ging uit handen der Zweden in die der Polen over; de Zweden daarentegen maakten veroveringen in Riga totdat in den Noordelijken oorlog hun Koning alles verloor. De Baltische landen werden uitgestrekte Russische provinciën; Koerland, dat een onafhankelijk hertogdom was geweest, waarin de latere Lodewijk XVIII na zijn vlucht uit Frankrijk verblijf hield, werd in 1795 ingelijfd, en toen in datzelfde jaar de derde en laatste Poolsche deeling werd voltrokken, was ook het eens machtige Lithauensche rijk, dat sedert 1569 een geheel vormde met Polen, door den Russischen kolos opgeslikt.
Economisch en politiek waren de omstandigheden in de Baltische landen uiterst bedenkelijk. De slavernij was er afgeschaft, althans in naam, maar de toestand van een groot deel der bevolking verschilde niet veel met dien van slaven. Want zij waren in dienst van en leefden op de eigendommen van de zgn. Baltische baronnen, voor het meerendeel van Duitsche herkomst, die zich daar in den loop der eeuwen hadden nedergezet en zich groote goederen hadden toegeëigend. Letland, dat toch ruim anderhalf maal de grootte van Nederland heeft, behoorde vóór den oorlog voor twee derden aan niet veel meer dan 130 groot-grondbezitters, de steden en dorpen uitgezonderd, en in Estland was een gelijk deel van den grond eigendom van slechts 200 familiën. De oorlog bracht in dien toestand weinig of geen verbetering; integendeel, nadat oorspronkelijk de Russische mobilisatie het land had platgetreden, kwamen de Duitschers, die de Russen terugdreven. Zij begonnen met Lithauen te overstroomen, legden het groote lasten op en drongen door tot aan de Duna. Toen het nieuwe communistische bewind in Rusland einde 1917 te Brest-Litowsk met Duiutschland vrede sloot, moesten de Baltische provinciën worden afgestaan. Zelfs de Baltische baronnen, wier zonen tot officieren der Russische garde hadden behoord en die hun winterpaleizen hadden in Petersburg, herinnerden zich plotseling hunne Duitsche afkomst.
| |
| |
Dit te meer, toen de revolutie ook in de Baltische landen voortgang bleek te vinden, en de boeren alles op die landgoederen kort en klein sloegen. Bermont, de bekende avonturier, heeft er aan het hoofd van troepen, die er gelaten waren, geheerscht en van der Goltz is hem later te hulp gekomen. Maar dat heeft niets geholpen, want de nieuw gevormde Staten bleken de kracht in zich te bezitten om zich, zoowel naar Duitschen als naar Russischen kant, vrij te maken. Zoo is reeds in den aanvang van 1918 in Estland de onafhankelijkheid uitgeroepen, hetgeen in November van dat jaar door Letland en Lithauen werd gevolgd. En al hadden deze landen daarna aanvallen van het bolsjewistisch Rusland te weerstaan, zij sloegen deze zegevierend af. Waarom zij drie Staten vormen en niet een? Het antwoord op die vraag ligt in hun geheel verschillende afkomst opgesloten.
Wij zijn gewoon aan Rusland en de Russische keizers te denken als heele of halve barbaren, die slechts onderdrukten en verwoestten. Wij hebben reeds in Finland geleerd hoe dit lang niet overal het geval was, en wanneer wij Estland en Letland, in het bijzonder Reval en Riga bezoeken, bemerken wij er, dat de zorgen van Peter den Groote en zijn opvolgers zich tot deze beide hoofdsteden hebben uitgestrekt. De ligging van Reval is schilderachtiger dan die van Riga, en Reval heeft meer van het oude, ietwat Slavische en romantische karakter behouden dan Riga. De middenstad van Reval, dat thans Tallinn wordt geheeten naar den burcht der Denen, die de oorsprong van deze stad is, bestaat uit vrij nauwe, kronkelend in elkander loopende straten met typische gebouwen als daar zijn de verschillende kerken, het Raadhuis en andere. Maar onmiddellijk aan deze middenstad grenst de buitenstad van Reval, die wijd uit elkander gebouwd is en enkele goed onderhouden parken en prachtige lanen heeft. Als ge van een der punten, die daartoe in Reval zoo alleszins aanleiding geven, een blik werpt op de stad, die zich voor een groot deel onder uwe voeten uitbreidt, dan ziet ge den loop van de oude versterkingswallen nog terug. Reval telt vele en velerlei kerken; Reval telt vele openbare gebouwen. Maar deze laatste zijn voor het meerendeel samengepropt bij den Burcht, dien men van uit de middenstad bereikt langs enkele steil opgaande wegen. Met den auto kruipt men als het ware onder de sombere poorten omhoog en dan
| |
| |
staat men plotseling op het ruime plein, dat de vroegere Russische kerk bevat, in welker onmiddellijke nabijheid het Parlement en de verschillende ministeriën zich bevinden. Estland heeft dit eigenaardige, dat het geen Staatspresident heeft, d.w.z. de President van den Ministerraad is er tevens Staatspresident. Hij woont in een vrij kleurlooze, maar goed onderhouden ambtelijke woning, en dicht er bij is het Ministerie van Buitenlandsche Zaken, gevestigd in een voormalig Russische paleis, waar prachtige zalen ter beschikking van de bezoekers staan. Ja, dat is het eigenaardige van deze kleine en kleinere Staten, dat zij, ondanks de moeilijkheden, die zij op financieel gebied hebben, beschikken over Regeeringsgebouwen zooals wij in Nederland en in andere kleine landen van Europa ze ternauwernood kennen.
Wij spoorden gansch een nacht van Reval naar Narva. Den ganschen nacht over het platte vlakke land van Estland, waar, toen eenmaal de morgen begon te dagen, de arbeiders op de velden zichtbaar werden. Den geheelen dag hebben wij voor ons gehad om Narva te bezoeken, en wij hebben ons dien dag niet berouwd. Want Narva maakte vóór den oorlog deel uit van het Gouvernement St. Petersburg, en voor ieder, die hier den trein neemt, is de voormalige Russische hoofdstad slechts twee uren verwijderd. Van Narva naar de Russische grens is niet meer dan 10 Km. Oudtijds staarden in Narva Zweedsche en Russische vestingen elkander aan; men kan ze nog beide onderkennen, gescheiden door de snelvlietende rivier, de Russische veel beter intact dan de Zweedsche, die reeds vóór den oorlog als kazerne dienst deed en ook thans nog dienst doet. Bij deze kazerne is de hooge uitkijktoren, een geweldige klim naar boven, die beloond wordt door een prachtig uitzicht tot ver in Rusland. Aan den voet van dien toren schijnt de rechte weg naar St. Petersburg te gaan; daar gaat hij ook inderdaad, maar verder dan de Russische grens komt men niet, omdat hier alles met hekken en prikkeldraad is afgezet. Slechts eenmaal in deze tien jaren opende zich deze weg, toen een der Zweedsche lucifersmagnaten, die zoowel voor Estland als voor Rusland een aantrekkelijke persoonlijkheid is, met zijn auto dien weg wenschte te berijden. En de spoorweg wordt slechts enkele honderden meters van de grens door een automatisch te leggen en te verwijderen dwarsbalk versperd: het middel om een inval van
| |
| |
Russische gepantserde treinen te weren. Daar werden wij door de vriendelijke soldaten van de Estlandsche grenswacht naar het punt gebracht, waar het in de zwart-witte Estlandsche kleuren geschilderde hek zich verheft. Onmiddellijk daarachter is het schildwachthuisje van den Russischen soldaat, een vriendelijken blonden bolsjewiek! En daarchter de typische poort, vorm van eerepoort, die zich bijkans overal verheft, waar Rusland van de verdere wereld wordt afgesloten en die in Russische letters het opschrift draagt: ‘Arbeiders uit het Westen, weest welkom!’ Zoo op het oog gezien, staat het tegenwoordig stelsel in Rusland stevig overeind, maar leek dat den willekeurigen bezoeker niet evenzoo, toen hij in het begin van 1917 het Czaristisch regime inspecteerde?
Narva heeft hier en daar een uitgesproken karakter. Het ligt over geheel de stad, die in de geschiedenis bekend is om den grooten strijd, die er tusschen Zweden en Russen werd gestreden. Hier is de grootste textielfabriek, die Europa kent, al is deze voor meer dan twee derde deel buiten werking met het oog op den slechten economischen toestand. In de onmiddellijke nabijheid van die fabriek zijn de geweldige stroomversnellingen, die de bezoeker met meer dan gewone belangstelling gadeslaat, en die de geheele omgeving en het land teekenen. Hier is ook het huis, waarin Czaar Peter de Groote heeft gewoond, en de onmiddellijke omgeving der stad verraadt een verleden van groote bewogenheid. Narva heeft een strand, dat zoowel per auto als per boot te bereiken is. Per boot een aangename vaartocht van ongeveer een uur. Het strand is aantrekkelijk; hier is een aardig Kurhaus, waar veel badgasten zijn; hier zijn mooie parken, en hier strekken zich vlak achter de duinen en het strand de houten villa's uit, die in groen en loover zijn gevat. Men heeft hier zoodoende het uiterste punt van het Oostzeestrand, dat men straks bij Riga, bij Koningsbergen en bij Danzig in geheel anderen vorm zal terugzien. Het was er zonnig en het was er mooi, en de kinderen speelden er in het water alsof er geen nabijzijnd Rusland bestaat!
Weer voerde de trein ons gedurende den nacht verder en des morgens vroeg reeds waren wij in Dorpat, bekende, roemruchte Universiteitsstad. Estland heeft een bevolking van ongeveer 2 millioen zielen, en aan de Hoogeschool te Dorpat studeeren 7000 aankomende intellectuellen, voorwaar een verhouding, die niet in
| |
| |
alle opzichten evenredig is aan de eischen, die het practisch leven stelt. Ook over Dorpat, ja zelfs over zijn Universiteit ligt iets van Oostersche kleur en glans, en in de straten zijn het steeds bijkans Oostersche tafereelen, die men meent te zien. Slechts het geenszins Slavische type der bewoners is daarmede ten eenenmale in strijd. Wij hebben in Dorpat het mooie Universiteitsgebouw met de groote ruime zalen der feestelijkheden bewonderd; wij hebben er den tot ruïne geworden Dom, de nieuw opgebouwde Universiteitsbibliotheek en verschillende andere openbare gebouwen gezien. Wij hebben er geloopen door de parken, waarin enkele standbeelden herinneren aan corypheeën der Universiteit, En zoo gewoon was dit alles op het laatst, dat wij ons afvroegen of wij werkelijk vertoefden in een plaats die twee eeuwen lang deel heeft uitgemaakt van het groote Russische Rijk! Er is sedert den oorlog wel veel veranderd, maar hoezeer beseft men dit eerst recht wanneer men landen als deze bezoekt. Wij spoorden anderhalven dag door Estland en Lithauen, en wij spoorden enkele uren van Kaunas naar Koningsbergen, en eerst toen hadden wij verlaten de vroegere Baltische provinciën van het Russische Rijk, die daarvan toch slechts een klein gedeelte vormden. En overal, hier in Dorpat, gelijk in Narva, kan men nog een gedeelte der stadswijk zien, dat ten gevolge van den strijd met de bolsjewieken is platgeschoten; in Dorpat zijn de sporen van den oorlog niet minder merkbaar. Maar overal is de wil om te werken, het land welvarend te maken, al ontveinst men zich zeker niet de moeilijkheden, die daarbij zijn te overwinnen. Men wenscht eenvoudig het eigen nationale leven te leven men verlangt geen bezit van anderen, maar verlangt ook het eigene te behouden!
| |
II.
Heeft men Dorpat verlaten met bestemming naar Riga, dan is men vrij spoedig aan de grens. En het is alsof er iets in het landschap verandert. Want Estland heeft bosschen gelijk Letland, maar nemen deze in Estland een vierde van den bodem in, in Letland is dit bijkans de helft. Die bosschen schenken aan Letland de welvaart, die uit het land spreekt. Letland kreeg ook als hoofdstad het welvarende, handeldrijvende en ontwikkelde Riga, een
| |
| |
echt Europeesche stad met hier en daar prachtige breede straten, welke afgewisseld worden door even mooie en breede avenues. Riga heeft een oud gedeelte, dat niet minder aantrekkelijk is dan dat van Reval, met prachtige oude kerken en andere architectonische monumenten. Maar Riga is bovenal haven- en handelsstad, terwijl het, op niet veel grooter afstand dan Narva, een prachtig zeestrand heeft. Dat is heel typisch, want het strekt zich uit uren en uren aaneen en de grooter of kleiner plaatsen, waarvan Edinburga en Majorenhof de voornaamste zijn, rijen er zich achter de duinen aaneen. Maar Letland heeft meer natuurlijke schoonheid, want het beschikt zoowel over een Lijflandsche als een Koerlandsche Schweiz. Letland toch vereenigt in zich het van ouds bekende Lijfland en het niet minder bekende Koerland, streken, die vooral in de achttiende eeuw een belangrijke rol hebben gespeeld. Mitau was de hoofdstad van Koerland; het is nu tot een provinciestad teruggeloopen, maar nog waardeert men er de mooie oude gebouwen, die van vervlogen glorie spreken. Libau daarentegen, de tegenwoordige hoofdstad van de provincie Koerland, te voren belangrijke haven geworden, ijsvrij in den winter, waar zich vele industrieele ondernemingen, gelijk ook in Riga het geval is, hadden gevestigd, is in beteekenis verminderd. Letland beschikt over goede wegen, die b.v. voeren van de hoofdstad naar Sigulda, het beginpunt van de Lijflandsche Schweiz; in de meer afgelegen gedeelten zijn die wegen nog niet zooals men ze zou wenschen. Maar wie het oude Rusland heeft gekend en wie bedenkt hoe de wegen in Russisch Polen ook verschillen van die in Galicië of Pruisisch Polen, die zal zich niet verbazen, dat niet alles in eens kan geschieden!
Men zou langer in Riga willen toeven dan de tijd, voor een korte doorreis gegeven, toestaat. Zeker, Riga is in het Oosten van Europa gelegen; het verraadt nog duidelijk, gelijk trouwens Vipuri in Finland ook doet, den invloed van het nabije Rusland. Maar niet in dien geest als wij het ons wel eens denken, want het karakteristieke vuile, dat aan Russische steden eigen is, is in Riga niet meer merkbaar. Het centrum der stad is mooi bewaard; de Dom is er prachtig, en andere kerken daaromheen geven blijk van den godsdienstzin, die ook in Riga, dat al spoedig de gedachten
| |
| |
der Hervorming omhelsde, wordt gekoesterd. Maar daarbij is in Riga, gelijk ook in Reval, het typische gebouw van de Schwarzhäupter te bemerken. Dit gilde, in Riga van niet minder belang dan in Reval, had hier echter een andere beteekenis, en was ook nog rijker, beschikte over meer en krachtdadiger invloed. Riga is een Hanzestad van beteekenis geweest; het heeft zich ontwikkeld ondanks de politieke stormen, waaraan het steeds blootstond. Men kan moeilijk zeggen, dat Peter de Groote Reval of Riga als havens stichtte, neen, hij merkte ze op en waardeerde ze als voorhavens van het nieuwe Petersburg, waarvoor hij dacht den grondslag te leggen. Maar hij heeft de beide steden, en vooral Riga, ontwikkeld als voorposten, die Rusland deden doordringen in Europa. Met de verovering der Oostzee-provinciën heeft Rusland zijn eigenlijke intrede als Europeesche mogendheid gedaan; met de drie deelingen van Polen heeft Rusland die evolutie voleindigd. Wij, die in West-Europa wat laatdunkend denken over en kijken naar Polen, Lithauen en Estland, wij vergeten welke factoren zij voor ons vormen in het tegenwoordig Europa. Door de revolutie is Rusland, wellicht sterker dan het zelf in den aanvang gewild heeft, op zijn oorspronkelijke loopbaan van Aziatische mogendheid voor een deel teruggekomen. Men vraagt zich wel eens af of het niet een groote politieke fout van de Pruisische en Oostenrijksche heerschers is geweest om het den Russischen collega gemakkelijk, in elk geval mogelijk te maken als zuiver Europeesche mogendheid te worden erkend. De grenzen daartoe zijn op dit oogenblik min of meer afgesneden; hoog in het Noorden is er Finland, dat geheel onafhankelijk den Russischen invloed kan weerstaan; langs de Baltische zee zijn er nu de Baltische landen, die een voorpost vormen tegen niet slechts het communisme, maar tegen het Russische rijk en zijne eigenaardige opvattingen in het algemeen, en meer naar het Zuiden is er Polen, dat de eeuwenoude traditie om te
dienen als schakel tusschen Oost en West, maar te gelijk als afscheiding, weer opvat. Het is geen toeval, dat in de laatste jaren onze blikken zich meer naar het Oosten dan naar het Westen van Europa richten!
Wij spoorden door het verre Letland, dat wij een klein land noemen, zonder te bedenken, dat het ruim anderhalf maal zoo groot is als Nederland. Wij komen dan al spoedig aan de grens,
| |
| |
waar nieuwe pasformaliteiten noodig zijn, en daarna aan het voor Lithauen zoo gewichtige spoorwegpunt Siauliai, waar de treinen van Libau en Memel met die uit Riga en Kaunas samenkomen. Hier zijn we in Lithauen, en hier zijn we op het gebied, dat van den oorlog ernstig te lijden had. Want onmiddellijk nadat Hindenburg den reeds bedenkelijken opmarsch der Russen in Oost-Pruisen tot staan bracht door den slag bij de Masurische meren, werd van uit Memel een aanval ondernomen op Libau, die grootendeels slaagde, en die het den Duitschers mogelijk maakte een front te ontwikkelen van de Oostzee tot aan Warschau, waarvan de uiterste linkervleugel tegen Kowno gericht was. Kowno heet thans Kaunas, en was 't voor den vroegeren Russischen heerscher een geweldig militair steunpunt; het is thans een open stad zonder meer. Jaren lang werd er door de Russen aan de forten om en bij Kowno gewerkt en sterk en krachtig werden zij gerekend. De millioenen, die het arme, niet zoo zeer welvarende Lithauen opbracht, werden niet voor verbetering van wegen, van onderwijs of wat ook bestemd; neen, zij gingen in den bodemloozen put van de forten om Kowno, die maar juist vóór den oorlog gereed kwamen. Die forten hebben den Duitschen opmarsch wat vertraagd; gelijk de groote versterkingen ten Noorden en ten Zuiden van Warschau het eveneens deden. Maar zij werden door de Russen vrij onverwacht verlaten, al geschiedde dit niet met dezelfde spontaneïteit waarmede het bij Warschau geschiedde. Er is in en voor de forten van Kowno gevochten, maar het geschiedde van Russische zijde zonder overtuiging. Nog altijd beschikken wij over dat eigenaardige stuk, dat de toenmalige Commandant van de vestingen om Kowno, toevalligerwijze ook alweer een cavalerie-generaal, aan zijne officieren zond, en waarin hij er openlijk voor uitkwam, dat lafhartig verlaten van de posten in zijn commandement had plaats gehad. Men kan zich moeilijk een sterker aanklacht
indenken tegen den geest, die schijnbaar in het Russische leger heerschte dan een legerorder als deze! Vrij gemakkelijk zijn de Duitschers dan ook in Kowno binnengetrokken; Hindenburg heeft er enkele maanden hoofdkwartier gehad in het huis van den toenmaligen en tegenwoordigen Hollandschen Consul-Generaal. Deze, aanzienlijk fabrikant ter plaatse, Rijnlander van geboorte, moest zich laten naturaliseeren, wilde hij industrieele werkzaam- | |
| |
heden uitoefenen; in Duitschland vertoevend bij het uitbreken van den oorlog, werd hij in een der gevangenkampen opgesloten en verbleef daar geruimen tijd, terwijl inmiddels in zijn woning Hindenburg en de Duitsche Gouverneur-Generaal Prins Ysenburg beraadslaagden over de gedeeltelijke onafhankelijkheid, die aan Lithauen zou zijn te geven.
Lithauen en zijn hoofdstad Kaunas vertoonen, in tegenstelling met Letland en Estland, een karakter, dat meer naar het Oostersche, naar het Slavische althans overhelt. Dat kan ook niet verwonderen, want Polen en Lithauen zijn door de eeuwen zoodanig één geworden, dat het onderscheid zoowel in taal als in andere opzichten den oningewijden vreemdeling wat kunstmatig voorkomt. En Polen is toch wel een typisch Slavisch land. Zijn Estland en Letland overheerschend Protestantsch, in Lithauen daarentegen, gelijk in Polen, overheerscht de Katholieke godsdienst. Polen en Lithauen zouden een kunnen zijn, ware het niet, dat het vraagstuk Wilna tusschen beide instond. Er is een tijd geweest, dat Wilna inderdaad de hoofdstad was van Lithauen. Maar dat herinnerde men zich in zoo geringe mate, dat b.v. de Russische indeeling, die toch ook met historische overwegingen rekening hield, het Generaal-Gouvernement Lithauen Kowno tot hoofdstad gaf, terwijl Wilna in een andere afdeeling gelegen was. Onafhankelijk geworden, korten tijd voordat de Polen er in slaagden het Duitsche juk, hun door den oorlog opgelegd, af te schudden, was Wilna een korten tijd Lithauensch bezit. Maar de Russen namen het, en de Polen wonnen het terug, en toen over het lot der stad beslist scheen, had kort daarna de eigenaardige inval van Generaal Zeligowski plaats. Sedert dien, nu tien jaren geleden, verkeert het vraagstuk Wilna in twijfelachtigen toestand, en verslechtert voortdurend de Poolsch-Lithauensche betrekkingen. Het is merkwaardig dat, terwijl Letland, dat ook in vroeger eeuwen zeer nauw met Polen was verbonden, en ook Estland zich bij Polen aansluiten, Lithauen dit halsstarrig weigert. Slechts over oplossing der grensincidenten heeft Lithauen te Koningsbergen willen onderhandelen, maar meer algemeene onderhandelingen weigert het zoolang niet Wilna is teruggegeven. Het moge zijn, dat Woldemaras, van wien men veel kwaads, maar weinig goeds in Lithauen hoort, wat erg krachtig naar
buiten is opgetreden - den Lithauenschen geest van tegen- | |
| |
woordig heeft hij toch vrij goed weergegeven. Want men is in Lithauen uitermate agressief, en den vreemdeling wordt, zoodra hij er naar vraagt, maar ook zonder dat, het noodige kwaad van Polen wel verteld. Men heeft in Lithauen een groote vereering voor de helden van de veertiende en vijftiende eeuw, en de rol, die zij in den strijd zoowel tegen de Duitsche Orde als tegen andere volksstammen hebben gespeeld, wordt wel wat erg eenzijdig uitgemeten. Midden in Kaunas is in een ouden toren het zgn. Militaire Museum gevestigd en vlak daarbij is het monument voor den onbekenden soldaat in de achtereenvolgende vrijheidsoorlogen. Daar brandt 's nachts het vuur, dat men in Lithauen nog vereert als ware het een heidensch land, en dat vuur wordt des avonds aangestoken, des ochtends gebluscht. Dat geschiedt door oorlogsinvalieden, begeleid door muziek, die vaandels, in den oorlog veroverd, met zich dragen, en het is een plechtigheid, die ondanks het feit, dat zij zich thans meer dan tien jaren dagelijks herhaalt, steeds de aandacht trekt van een groote menigte.
Wie zou denken, dat Kaunas een onaanzienlijke stad is, vergist zich ten eenenmale. Integendeel, het heeft altijd een mooie ligging gehad langs de Njemen, en het heeft die nog. In de laatste tien jaren is Kaunas, waaraan de Russen nooit veel zorg besteedden, reeds geweldig veranderd, en over een nieuwe tien jaren zal het nog veel meer veranderd zijn. In de onmiddellijke omgeving van Kaunas is een beroemd klooster, waar een der schilderijen van de Heilige Maagd is, die in Lithauen groote bekendheid hebben. En dicht daarbij is de plek, die de heuvel van Napoleon genoemd wordt, omdat hier de groote Keizer stond toen hij in 1812 zijn reusachtige leger, voordat de eigenlijke opmarsch naar Rusland begon, liet voorbijtrekken. Maar op den terugtocht deed hij Kaunas niet weer aan.
(Slot volgt)
H.CH.G.J. VAN DER MANDERE.
|
|