Boekbeschouwing
H. Hettema Jr. - Groote historische schoolatlas. - W.E.J. Tjeenk Willink, Zwolle.
De ondertitel luidt: ten gebruike bij het onderwijs in de vaderlandsche en algemeene geschiedenis’. En in een apart regeltje heet het: ‘twaalfde herziene en vermeerderde druk’. Dit om te zeggen, dat deze atlas, vooral dan bij de algemeene geschiedenis, op ons Nederlandsch taalgebied een successtuk van belang is gebleken, en om er aan toe te voegen: dat we hem in Vlaamsch-België, waar hij zijn gelijke niet heeft, een algemeene invoering in het middelbaar en het normaalonderwijs toewenschen.
We doen niet aan specialiseering op zuiver historisch gebied en aanvaarden dus van zelf de aanbeveling van wetenschapsmenschen als Dr. R. Fruin, Dr. H.C. Rogge, Dr. H. Brugmans, Dr. E.B. Kielstra, Dr. P.J. Blok en anderen. Maar indien we ons houden op praktisch pedagogisch gebied, dan moeten ons dadelijk enkele zéér gunstige indrukken uit de pen.
Op 37 groote dubbelzijden staan samen meer dan 200 kaarten, schema's, plattegronden, wat zeggen wil, dat geen enkel hoekje ongebruikt gebleven is en in die afbeeldingen een indrukwekkend geheel aan gegevens werd samengebracht, omvattend de allerjongste zoowel als de oudste wereldgeschiedenis. Dat de eerste 11 dubbelbladzijden over Nederland en zijn koloniën handelen is natuurlijk; trouwens, ruim de helft daarvan houdt ook rechtstreeks verband met ónze geschiedenis. De algemeene geschiedenis tot 1914 loopt over de volgende 23 dubbelbladzijden; na de behandeling der Oostersche volken volgt de geschiedenis van Griekenland en het Romeinsche rijk, om dan, van het jaar 375 af, Europa aan de beurt te brengen, met zijn eindelooze evoluties, onder politieke, godsdienstige en economische invloeden; en na Europa komen de vreemde werelddeelen om het hoekje kijken, nl. Azië, Amerika, Afrika. Eindelijk wordt de Wereldoorlog, met zijn nasleep aan gevolgen, behandeld. We hebben vooral deze laatste gebeurtenissen trachten te volgen, en werkelijk: het is een wonder wat een veelzijdig en welsprekend overzicht de heer Hettema ons hier te bieden weet, op niet meer dan 2 dubbelbladzijden. Bij den oorlog zelf volgen we op merkwaardige wijze de bewegingen op de verschillende fronten, tot en met de ineenstorting der centrale rijken en de verbrokkeling van Rusland. Na den oorlog zien we Versailles, Locarno, Genève hun rol vervullen, tot aarzelende voorbereiding der V.S. van Europa. Dit alles wordt steeds in matte, rustige kleuren en met den grootst mogelijken eenvoud op papier gebracht.
Tusschenbeide, op een paar tusschenbladzijden, handelt de auteur apart over ‘Nederland en den Wereldoorlog’; en daar pronken dan een paar kaartjes over den z.g. Duitschen tocht door Limburg en over de eischen van wege het beruchte ‘Comité de Politique Nationale’. We achten het niet ongewenscht, zulke dwaasheden een plaatsje te gunnen; maar we zagen ze dan liefst, in nota, ook als de dwaasheden van enkele onverantwoordelijke heethoofden gekenmerkt.
Alles samen genomen heeten we dezen atlas een pracht van een leerboek, waar niet enkel al onze studenten, die kaarten leeren lezen en begrijpen, maar, ook tallooze volwassenen rijkelijk het hunne uit halen kunnen. En dat is zeker wel een degelijke aanbeveling!
H. VAN TICHELEN.