Gerda Eichbaum. - Die Krise der modernen Jugend im Spiegel der Dichtung (Akademie gemeinnütziger Wissenschaften. - Verlag Kurt Strenger, Erfurt).
Problemen als dat van de jeugd en de jeugdbeweging, waarover we het in bovengenoemde boeken hebben, worden niet in één dag geboren en vinden niet hun uitdrukking in het eene werk van een of anderen schi ijver, hoe verdienstelijk hij ook weze; zulke problemen worden niet in een dag geboren, ze worden voorbereid en vinden sedert jaren weerklank in de wereldliteratuur. Dit toont ons het interessante boek van Gerda Eichbaum.
In dit boek van ruim 175 bladzijden zet de schrijfster ons de crisis van de moderne jeugd uiteen.
Zij onderscheidt in de wereldliteratuur twee groepen die zich met het probleem bezig hebben gehouden: het naturalisme, dat de werkelijkheid heeft willen beschrijven en het neoromantisme, dat het probleem psychologisch uitgediept heeft.
Deze evolutie toont de schrijfster niet alleen aan bij de Duitsche schrijvers, maar eveneens in het werk van de groote auteurs der wereldliteratuur, die de Duitsche beweging voorbereidden, evenwel zonder haar te beletten oorspronkelijk te wezen en er ook het hare toe bij te dragen.
Wat deze twee perioden betreft, onderscheidt men bij elk der tijdvakken drie factoren: a) den strijd van de jeugd tegen hun ouders (het vraagstuk der generatie); b) den strijd van de jeugd tegen de nooden der wordende rijpheid (het vraagstuk der puberteit); c) den strijd tegen den tijd (het vraagstuk van den dood en het verval).
Bij de verschillende schrijvers, die ze onder die hoofdstukkïn behandelt, toont ons Gerda Eichbaum aan het ‘waarom’ en het ‘hoe’ van het vraagstuk. Het standpunt van den schrijver, d.i. zijn levensopvatting tegenover het probleem, wordt ons duidelijk gemaakt.
De schrijfster tracht ons ten slotte te bewijzen, dat het probleem nog niet is opgelost, dat velen het vraagstuk nog interesseert en dat er nochtans een neiging is om terug te keeren naar de historische onderwerpen in plaats van zich met de jeugd bezig te houden; zij vraagt zich af, of het een teeken des tijds is. De vraag laat ze - ze heeft er groot gelijk in - onbeantwoord en stelt een tweede vraag: zal de ouderdom haar rechten terugnemen of is het geloof in de wijsheid der ouders in alles voor altijd verloren?
Een belangwekkend bock voor hen, die de kritieke tijd der jeugd interesseert; we kunnen zelfs meer zeggen: het boek geeft uitzicht op het werk van schrijvers, waarvan het een leemte zou zijn hun waarde en hun geest in onze opvoeding te miskennen.
Het is een boek dat belangrijk materiaal geeft, methodisch opgedischt, soms een beetje te ‘gründlich’ voor de duidelijkheid, maar men vergeet al lezende dit verwijt vol te houden.
Een bijdrage tot de geschiedenis van het jeugdprobleem wras noodig en het is Gerda Eichbaums verdienste ze ons gegeven te hebben.
Dr. F. CLOSSET.