De Vlaamsche Gids. Jaargang 12(1923-1924)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 19] [p. 19] [Verzen] Dans Zij die daar door de klaarte glijden Zijn vlinders in de zon der tijden, Vrij van herinring en verbeiden; De schoonheid die haar ziel omsluit Barst als een kleurenbel waaruit Bewuster schoonheid openspruit; Voor hare tengere gebaren Opent zich plots de grot der jaren: Een droomzaal waar verzameld waren Verborgen paarls van liefdedaân, Wier groei, aan elker blik ontgaan, Stil was in 's levens schelp ontstaan, En al die edele gesteenten Der schoonheid die ze aan 't lijden leenden Wanneer zij dansten wat zij weenden. Het hoogste heil uit zich in dans, Waarin de schoone leden gansch Het leven snoeren in een krans. [pagina 20] [p. 20] Voor Monique en Françoise Indien mijn woord u mede mocht bewegen Om rond des levens leest den arm te slaan En, zoo vereend, een stond vervoerd te staan Om 't lied dat komt uit eigen hart gestegen, En gij dan, krachtig, en den mensch genegen, Een drang gevoelt naar zelfbewuste daân, En gij u rijker acht, zelfs om het graan Van uwen oogst door andren weggedregen; Wat nood dan zoo ik nooit bereiken kon De rust, waarnaar ik greep soms, van die vragen Die mij zoo tergen, als het antwoord wijkt; Dan is het uur gekomen, en de zon Zal niet meer ondergaan op 't grensloos rijk Van vrede en goeden wil, ten eeuwgen dage. FIRMIN VAN HECKE. Vorige Volgende