Vestdijkkroniek. Jaargang 2000
(2000)– [tijdschrift] Vestdijkkroniek– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 45]
| |
[pagina 46]
| |
Nooit eerder stond de prijsuitreiking van de Anton Wachterprijs voor een debuut van een Nederlandse romanschrijver meer in de schijnwerpers dan dit jaar. Het begon met een bijdrage in NRC Handelsblad, waarin bekend werd gemaakt dat de prijswinnaar, Marek van der Jagt, niet zou bestaan. Het boek De geschiedenis van mijn Kaalheid zou zelfs zijn geschreven door een eerdere prijswinnaar van de Anton Wachterprijs, Arnold Grunberg, die de prijs in 1994 kreeg voor zijn debuut Blauwe maandagen. Commotie alom. Een debuut dat geen debuut is kan natuurlijk geen prijs krijgen was het standpunt van de Stichting ‘Centraal Comité '45’ Harlingen dat de prijs beschikbaar stelt: een beeldje van Anton Wachter plus een bedrag van f. 3000. | |
Juryrapport Anton Wachterprijs
| |
[pagina 47]
| |
Het leven keert zich in dit boek in de geheimzinnigste mystiek precies naar de andere kant. We beleven de triomf der kaalheid in onze Magister Horn. De penis van onze nieuwe held is die van een dwerg, een stuk vlees dat vergeefs van voren woelt om van achteren niet geheel tekort te schieten. Na de eerste vreugdevolle afgang bij een tante die er wel Weens van wil genieten zien we daar twee heerlijk ordinaire meisjes, zich desnoods wapenend met hun neukdoekje vergeefs op de trage grote teen storten. De radicaalste scènes voeren ons naar de uren met juffrouw Oertel, die al drie maanden geleden net weer begonnen is met de pil. Het hing in de lucht, het hing gewoon in de lucht!
Het geslachtsdeel heeft vele functies, we zijn er niet zomaar voor een of andere Beierse bobbel. De visgraat ter grote van een teen reikt de ons telkens weer meeslepende filosofiestudent uiteindelijk toch de hand. Wat een geweldige scepsis zegeviert in dit boek, dat als boek van leven en dood waardig toegang geeft tot de sleutel van het leven. En DAT is de AMOUR-FOU.
De Mica-mevrouw die ooit het chemisch reinigen in Wenen groot heeft gemaakt, klakt de hand ineen met de student die in grote freudiaanse meerwaarde de moeder verdelgt en de vader overmeestert voor de grap en uit engte en minderwaardigheid niets deed dan zinloos op de kinderen inslaan. Uit deze onpeilbare pornografische poespas groeit de hoofdfiguur tussen de mispelende kelners en stoethaspelende zangeressen, die zo lekker vet het geheim van de wereld voor ons uitschuiven. Marek van der Jacht opent zijn boek zo vertederend: ‘Ik ben vroeg kaal geworden. Dat het niet lang op zich zo heeft laten wachten heeft er altijd al in gezeten maar dat het zo vroeg zou gebeuren kwam toch als een verrassing. Dat is de geschiedenis van mijn kaalheid en ik ben niet van plan ooit nog een woord op papier te zetten’.
Oostenrijk, dit boek leert het al weer, is het uiterste gat van de wereld, juist en vooral voor hem die met een kitscherige kunstpenis moet leren leven. Juffrouw Oertel voelde zich een mens en onze hoofdheld sluit niet uit dat zij genot beleefde. Hij oefent pas gerechtigheid als hij bij de Brecherspits aan de jas van de ribalde moeder trekt. ‘Houd op mijn leven kapot te maken, houd daarmee op voor eens en altijd. Hou daar mee op!’
Hij vind geluk bij Mica's lichaam, als bij een gebombardeerde stad. Wat is kaalheid als je gelukkig bent geweest? Dit met een subtiliteit aan gratie, sarcasme door en door meeleven met de diepste mens, geschreven kleine meesterwerk, doet de opperste kaalheid als ziekte overwinnen.
Van de zomer gaan we naar Schliersee. In mijn eentje juicht de held van dit boek. Bayrischzell was het einde van de wereld, daarna komt er niets meer, enkel bergen en daarna Oostenrijk. Dat is het einde van onze held.
We zijn thuis, het boek heeft alle andere boeken achter zich gelaten en overbodig gemaakt. Dit is het zoveelste gelukkig makende debuut dat leert dat hele kleine geschiedenissen zo belangrijk kunnen zijn | |
[pagina 48]
| |
Brief met uitleg van de prijswinnaar Marek van der Jagt
| |
[pagina 49]
| |
De uitreiking van de Anton Wachterprijs
| |
[pagina 50]
| |
er blijvend behoefte zijn aan literatuur. Televisie en internet kunnen een rol spelen bij de verspreiding van literatuur maar het geschreven woord, het goede boek blijft van waarde. Ik weet dat dit ook bij de jeugd speelt. De bijdragen die twee jaar geleden zijn verzameld in het boekwerkje Onderweg naar school, de beste verhalen van scholieren uit het hedendaagse Lahringen bewijzen dat. - Voor de winnaars van de Anton Wachterprijs en de Ina Dammanprijs heb ik overigens een exemplaar van deze bundel bij mij. - Het verheugt mij dat de Cultuurpas die deze week in Harlingen en Franeker is uitgegeven door onze scholengemeenschap Simon Vestdijk ook de deur naar de bibliotheken opent. Het gemeentebestuur van Harlingen hecht er bijzondere waarde aan dat beginnende schrijvers worden gestimuleerd. Wij werken dan ook graag mee aan de Anton Wachterprijs waarmee debuterende schrijvers worden aangemoedigd.
Het bestuur van het Centraal Comité 1945 en het bestuur van de Vestdijkkring hebben de eer u hierbij uit te nodigen voor de uitreiking van de twaalfde
Anton Wachterprijs
en de eerste
Ina Dammanprijs
Deze prijsuitreikingen vinden plaats op zaterdag 21 oktober in Studio Trebol, Zuidoostersingel 1 te Harlingen. Aanvang 14.30 uur.
De middag wordt opgeluisterd door Henk van Ulsen, met voordracht van poëzie en proza van Simon Vestdijk.
Harlingen, oktober 2000
Centraal Comité 1945 Vestdijkcommissie Gerrit Schuilstraat 21 8861 VJ Harlingen Henk van Ulzen
|
|