[Nummer 47]
T. van Deel
Mnemosyne in de Bachzaal
Op maandagavond 21 januari 1946 droeg S. Vestdijk in de Bachzaal in Amsterdam voor uit zijn episch gedicht in negen zangen Mnemosyne in de bergen, dat eerst in november van dat jaar in druk zou verschijnen. Hij had die lezing voorbereid, de toelichting die hij zou geven had hij op schrift gesteld en hij had precies berekend hoeveel tijd het lezen van de poëziefragmenten zou vergen. Er was dus niets aan het toeval overgelaten.
Als bijdrage tot beter begrip van het moeilijke Mnemosyne in de bergen is de tekst van Vestdijks lezing niet te versmaden, want in zijn heldere samenvatting van het verhaal komen natuurlijk ook heel wat interpretatieve momenten voor.
De lezing is te vinden in het cahier Lezing Mnemosyne. Lezing Gevangenishfdst. dat in het Letterkundig Museum berust. In hetzelfde cahier heeft Vestdijk een tweede lezing uitgeschreven, die een inleiding is tot de voordracht van het gevangenis-hoofdstuk uit de roman Pastorale 1943. Uit de beginwoorden van die lezing blijkt dat Vestdijk minder goede ervaringen had met Mnemosyne in de Bachzaal en er daarom bij een volgende gelegenheid de voorkeur aan gaf geen poëzie, maar recent proza te lezen:
‘Dames en heeren! Aanvankelijk lag het in mijn voornemen u een aantal fragmenten met toelichtingen voor te lezen uit mijn episch gedicht Mnemosyne in de Bergen. De ervaring heeft mij echter geleerd, dat deze poëzie bij een eerste gehoor nogal moeilijk te volgen is, - in Amsterdam b.v. waren er maar betrekkelijk weinigen, die er zooveel van hebben opgestoken als ikzelf wel had gewild, en daarom leek het mij, in overleg met het Bestuur, beter, deze lezing eventueel voor later te bewaren, wanneer dit gedicht eenmaal in druk verschenen zal zijn en dus voor een gedeelte der toehoorders met geheel uit de lucht komt vallen.’
De persreacties, de volgende dag, op de Mnemosyne-lezing verschillen nogal. In Het Parool van 22 januari 1946 oordeelde de verslaggever: ‘De voorgelezen fragmenten gaven een goed beeld van het groote gedicht en boeiden de aandachtige luisteraars in hooge mate.’ Ook Het