volgt uit: Er is een object, dat door een plotseling optredende vreemdheid dreigend wordt en zich als angstobject ontpopt. En er is een subject, dat zich bij het zien van de dreiging paradoxaal verenkeld voelt. De dreiging geldt zijn individualiteit. Er ontstaat een contractie, die altijd gevolgd wordt door een expansie.
Vestdijk heeft zijn angsttheorie de polarisatietheorie genoemd. Alleen angst geeft een polarisatie van emoties te zien, een polarisatie in angst en ‘anti-angst’ of in contractie en expansie. De voornaamste expansieve reacties op de angst heeft Vestdijk ondergebracht bij de liefde, de vlucht en de agressie, waarvan de liefde verreweg de beste angstbestrijder is.
Men moet echter wel wéten waarop men zijn expansieve reacties moet richten, en daarom moet men het object van zijn angst kennen. Zonder object is de angst een zinloze kramp. Met angst voor het ‘Niets’ (Heidegger), de ‘mogelijkheid’ (Kierkegaard), de ‘vrijheid’ (Sartre) of ‘zichzelf’ weet niemand iets aan te vangen. Aldus Vestdijk.
Bij Marres vinden we niets van Vestdijks polarisatie-theorie, de grondgedachte van het werk, niets van de sinus-achtige curve die door de contractie en de expansie ontstaat, niets van de zinrijkheid van de angst. Marres heeft in zijn proefschrift Het wezen van de angst genoemd, maar niet als theoretische onderbouw gebruikt.
Overigens maakt zijn studie een degelijke indruk. Aan de Anton Wachter cyclus als geheel is tot nu toe vreemd genoeg geen aandacht besteed, afgezien van een enkel artikel over een détailaspect. Het is nu Marres' bedoeling deze lacune op te vullen. De cyclus is immers in sterke mate een eenheid: door de romans als delen van het geheel te lezen wordt de betekenis ervan vergroot. Het was vanzelfsprekend ondoenlijk alle aspecten van de reeks in het onderzoek te betrekken; daarom koos de auteur voor een behandeling van de hoofdmotieven en de vertelsituatie.
Het hoofdstuk over de motieven (het 2e hoofdstuk) vormt, zoals gezegd, het pièce de résistance van de studie. Door enkele hoofdmotieven van de cyclus sterk te belichten laat Marres zien welke lijnen zich in de reeks voortzetten. Doordat de motieven met het centrale personage verbonden zijn, wordt dit hoofdstuk een rangschikking en analyse van enkele neigingen en gevoelens van Anton Wachter, zoals ze vooral in zijn relaties met andere personages naar voren komen.
Antons leven wordt beheerst door angst, liefde en het zoeken naar vriendschap volgens Marres, en daar Anton het centrum is van het hele gebeuren, wordt ook de reeks erdoor beheerst. Marres laat zien dat deze