[Nummer 18]
Woord vooraf
Deze aflevering van de Vestdijkkroniek staat in het teken van de Anton Wachterromans. En wel daarom omdat op 24 september jl. voor de eerste maal de door het Centraal Comitee 1945 in Harlingen ingestelde Anton Wachterprijs werd uitgereikt (aan de Amsterdamse schrijver Frans Kellendonk). Die uitreiking had plaats ter gelegenheid van de viering - ook in Harlingen - van het eerste lustrum van de Vestdijkkring.
Vroeg in het voorjaar van 1972, en wel op 2 februari, werd de Vestdijkkring opgericht op initiatief van Ria Albers (Ria den Hartog-Albers) - destijds hoogleraarssekretaresse aan de toenmalige Economische Hogeschool in Rotterdam - en de hoogleraarsassistent Rob Rijnsbeek.
De oprichtingsbijeenkomst vond plaats in ‘De Herberg’ van het Rotterdamse Historisch Museum. Er werd een voorlopig bestuur samengesteld dat twee jaren onder voorzitterschap van prof. dr. W. Albeda en vervolgens onder dhr. J.F. Hazebroek heeft gefunktioneerd.
Het eerste officiële bestuur kwam in maart 1974 in funktie op de algemene ledenvergadering. Voorzitter werd toen dr. G. Borgers. En op de algemene ledenvergadering van maart 1976 werd prof. dr. N. Beets belast met het voorzitterschap.
Met ruim vijftig leden is de Vestdijkkring in 1972 gestart. Nu, in 1977, zijn er meer dan 700 leden. Meegerekend de inflatoire krachten die ook in de schrijfkunst werken, mag dit toch wel een bewijs zijn dat Vestdijk als literaire munt die waardevastheid bezit die het investeren ten volle waard is.
De redaktie