worden, dan komt over ons iets van het ontzag dat ons slaat tegenover de grootste kunstenaarsfiguren. Vondel, Goethe, Michelangelo, Titiaan, wier gezondheid en kracht tot op zeer hoge leeftijd zonder enige twijfel een bevestiging was, een consecratie van de kracht van hun geest. Zonder te willen beweren dat het talent van een kunstenaar te meten is aan zijn leeftijd, mogen wij toch waarde hechten aan de spreuk dat een gezonde geest woont in een gezond lichaam, aan de oeroude eerbied van de mensheid voor de man die oud wordt en aan onze innige overtuiging dat, of het biologisch geheel te verantwoorden is of niet, het mensenmeesterwerk van de natuur zich kenmerkt door een volkomenheid waardoor de geest en het lichaam elkander waard zijn.
Zo zien wij in de tachtigste verjaring van Stijn Streuvels met vreugde en bewondering als het ware een toevoeging aan zijn groot schrijverschap, zo zien wij er niet alleen een gelegenheid of een voorwendsel, maar ook een werkelijke reden in om zijn werk en zijn talent te huldigen.
Vooral de letterkundigen in deze academie, en ik ben er zeker van te mogen zeggen al de letterkundigen van Zuid- en Noord Nederland, betuigen hem naast hun eerbied en bewondering ook hun oprechte dank voor het edel voorbeeld dat hij hun een lang leven lang heeft gegeven, van geloof in de kunst, van trouw aan zichzelf, van werkzaamheid, van artistieke eerlijkheid en rechtschapenheid.
Het hoge peil waarop de generatie waartoe hij behoort en waarvan hij de grootste figuur is, onze letterkunde heeft gebracht, het peil dat hij met een ruk heeft opgedreven en gehandhaafd in een reeks van machtige werken, is voor allen die twintig, dertig veertig en vijftig jaar na hem literair mondig zijn geworden, een maatstaf geweest en gebleven, een hoogtegrens waaronder zij niet meer mochten wegzinken. Ook voor het werk dat niet meer onder zijn rechtstreeks leraarschap is ontstaan, is hij de grote maat-aangever geweest die leerde hoe men zichzelf is en zichzelf blijft. Een Vlaams schrijver te zijn, een lid van deze Academie is een groter eer sedert en door Stijn Streuvels.
Nu hij deze hoge leeftijd heeft bereikt, worden onze oude gevoelens van eerbied, achting en bewondering voor hem vermengd met een verinniging, een vertederde genegenheid als voor een grootvader.