Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1942
(1942)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 299]
| |||||
Vergadering van 17 Juni 1942.Zijn aanwezig: de HHn. Prof. Dr. J. Van Mierlo, bestuurder, Lode Baekelmans, onderbestuurder, en Dr. L. Goemans, bestendig secretaris;
de HHn. Dr. H. Teirlinck, Prof. J. Salsmans, Prof. Dr. J. Muls, Prof. Dr. A. Carnoy, Dr. J. Cuvelier, F. Timmermans, Prof. Dr. J.J. Vande Wyer, Prof. Dr. A.H. Cornette, Emm. De Bom, Prof. Dr. L. Grootaers, Dr. A. Van Cauwelaet, L. Monteyne, Dr. Ern. Claes, Prof. Dr. E. Blancquaert, Dr. J. Grauls, Dr. W. Van Eeghem, Dr. J. Lindemans, Prof. Dr. Fr. De Backer, Dr. F. De Pillecijn, G. Walschap, werkende leden.
Heeft zich laten verontschuldigen: de H. Prof. Dr. Fr. Baur.
***
Het verslag van de Mei-vergadering wordt goedgekeurd. | |||||
AAngeboden boekDoor de Stad Antwerpen:
Clijmans, Frederik. - Hollandsche Toeristen op hun Wandel in het achttiend'eeuwsch Antwerpen. | |||||
Aangekochte boekenCarnoy, A. - Dictionnaire étymologique du Nom des Communes belges y compris l'étymologie des principaux noms de Hameaux et de Rivières. Christiansen, Sigurd. - In den Storm. | |||||
[pagina 300]
| |||||
Bartling, Dr. D. - De Structuur van het Kunstwerk. Boschvogel, F.R. - Als ich can. - Willem van Loo. Bremer, Frederica. - Dante Alighieri's Divina Commedia. I. De Hel. II. De Louteringsberg. - III. Het Paradijs.
De Voght, Jozef. - Maria in de Nederlandsche Poëzie. Huizinga, Leonhard. - Woorden en Gedachten. Tienduizend Citaten. - De 7e Dag. - Het vierde Geslacht. Ter Laan, K. - Letterkundig Woordenboek. Van Cauwenberg, Willy. - Het Cynisme in de Vlaamsche Letteren. Van de Voorde, Urbain. - Keerend Getij. - Critiek der Vlaamsche Poëzie, 1931-1941. Vestdijk, S. - De vliegende Hollander. Vijdt, P. Bruno. - Sint Franciscus in onze Nederlandsche Letterkunde. | |||||
Mededeelingen van den Bestendigen Secretaris.1. Regeling van de werkzaamheden der Academie. - Het Bestuur stelt aan de vergadering voor de werkzaamheden van de Academie in de maanden September en October as. te regelen als volgt. Dit jaar, zooals voorgaande jaren, en om dezelfde redenen, zou de openbare zitting uitgeschakeld worden. In de pleno-zitting van September zou de Academie stemmen over het toekennen van de prijzen der wedstrijden 1941 alsook over het Algemeen Reglement. De verslagen der Keurraden alsmede het ontwerp-reglement gaan eerstdaags ter perse en worden vóór 1 Augustus aan de leden verzonden met de aflevering Mei-Juni 1942 van de Verslagen en Mededeelingen. De Heer L. Monteyne zou in de a.s. zitting, nl. die van | |||||
[pagina 301]
| |||||
September, de lezing houden welke hij voor de Juni-zitting had beloofdGa naar voetnoot(1). De prijzen van de wedstrijden 1941 zouden in de pleno-zitting van 21 October uitgereikt worden. De Heer J. Muls heeft zich voor deze zitting laten inschrijven met een voordracht over de Antwerpsche portretschilders van Leys tot Opsomer.
2. Verslagen en Mededeelingen der Academie Aflevering Mei-Juni. - Van de Mei-Zitting werd nog geen andere kopij ingeleverd dan het verslag, dat reeds in drukproef werd ontvangen. Het Bestuur spreekt de hoop uit, dat de kopij van de lezingen in de vergaderingen Mei en Juni gehouden zoo spoedig mogelijk op het adres van den Bestendigen Secretaris zullen toekomen. Deze verzoekt de schrijvers ook de verbeterde drukproeven op hetzelfde adres p.o. te verzenden ten bate van den noodzakelijken contrôle-dienst, die van dag tot dag het drukken moet kunnen volgenGa naar voetnoot(2).
3. Uitgave van bekroonde prijsantwoorden. - In haar laatste zitting heeft de Bestuurscommissie de kwestie van het uitgeven der bekroonde verhandelingen besproken en beslist dat voortaan de oudst bekroonde werken principieel den voorrang zullen hebben. Zonder de werken mede te rekenen waarvoor reeds | |||||
[pagina 302]
| |||||
een kontrakt door het Centraal Bestuur werd gesloten, blijven er nog te drukken over: Bekroond in 1924: Hr. Lievevrouw-Coopman, Gentsch Idioticon. Bekroond in 1935: Hr. Stellfeld, Andries Pevernage. Zijn leven en zijn werken. Bekroond in 1938: Mej. Ir. Boogaert, Jacob de Weert; Dr. Billiet, De oude en moderne plaatsnamen van de gemeente Herne. Bekroond in 1939: Dr. Draeye, Historisch-critische studie naar het ontstaan van de Nederlandsch-Romaansche taalgrens; Dr. Vande Wiele, Antwerpen als literair motief in de Nederlandsche letterkunde; HHn. Wijnand en Bogaert, Klank- en vormleer van het dialect van Mechelen. Bekroond in 1940: Hr. A. Corbet, Peter Benoit. Zijn leven en zijn werk.
De aanbestedingen dienen eerstdaags uitgeschreven om de drukkers toe te laten hun werk nog in 1942 te leveren. Het drukken van twee, of misschien drie, boekdeelen kan, met de medehulp van het Salsmans-fonds en het Vande Venne-Heremans-fonds, door de begrooting van dit jaar bekostigd worden.
***
De vergadering gaat akkoord om te wenschen, dat met het drukken van de eerste twee bekroonde prijsantwoorden een begin zal worden gemaakt. Van het Gentsch Idioticon zal, onder toezicht van de HHn. Goemans, Grootaers en Blancquaert, een 1ste deel worden uitgegeven. Is de publi- | |||||
[pagina 303]
| |||||
catie van een derde werk mogelijk, dan zal het prijsantwoord van Dr. Draeye nog dit jaar aan de beurt komen: zijn studie is nl. van zeer actueel belang. | |||||
Mededeelingen namens de commissies.I. Bestendige Commissie voor Middelnederlandsche Taal- en Letterkunde. - Bij afwezigheid van den Hr. Baur legt P. Van Mierlo, d.d. secretaris verslag ter tafel over de zitting door de Commissie gehouden.
Waren aanwezig: de HHn. Vande Wijer, voorzitter, Blancquaert, ondervoorzitter, Goemans, Cuvelier, Verdeyen, Grootaers, Monteyne, Van Eeghem, Grauls, Lindemans en De Backer.
Hospiteerend lid: de Hr. J. Muls.
Op de agenda staat: De laatste synthesis van de Middelnederlandsche Letterkunde. - Lezing door Prof. Dr. Fr. Baur, werkend lid.
Prof. Baur verhinderd zijnde door ziekte, houdt P. Van Mierlo een lezing over het Hoofdthema van Lanseloch van Denemarken. Men doet verkeerd in ons spel zoo iets te zien als de strijd om de gelijkheidsidee, als een botsing tusschen menschelijken hartstocht en maatschappelijk standsbegrip. Dit is het motief van het stuk niet. Het is niet eenmaal de aanleiding tot het tragisch conflict; want dit ligt niet in het standsverschil. De ongelijkheid in fortuin en geboorte is er slechts de gelegenheid toe: uit bestaande sociale toestanden en gebruiken, waarover de dichter | |||||
[pagina 304]
| |||||
zich niet uitspreekt om ze goed- of af te keuren, die hij veeleer aanvaardt en eerbiedigt, hadt hij wat hij behoefde voor zijn tragisch conflict: hoe onhoofschheid, of zoo men wil lust, de ware liefde verliezen doet en het leven verwoest van een anderszins edelen, en dus sympathieken, hartstochtelijken minnaar. Dit geval is werkelijk niet vulgair en getuigt voor den psychologischen durf van onzen dichter. Na enkele opmerkingen van Prof. Verdeyen stelt de voorzitter voor de lezing in de Verslagen en Mededeelingen op te nemen. Instemming.
***
II. Bestendige Commissie voor Nieuwere Taal- en Letterkunde. - Prof. Salsmans, secretaris legt verslag ter tafel over de zitting door de Commissie gehouden.
Waren aanwezig: de HHn. Van Cauwelaert wn. voorz., Salsmans, secr., Muls, De Bom, Cornette, Baekelmans, Claes en Walschap.
Hospiteerende leden: Dr. Goemans, Prof. Van de Weyer, Prof. Grootaers, Lode Monteyne, Dr. Van Eeghem, Dr. Lindemans, Prof. De Backer.
Op de agenda staat: Twee vergeten Vlamingen. - Lezing door Prof. Dr. A.H. Cornette, werkend lid.
Prof. Cornette spreekt over twee Westvlamingen, die meestal leefden te Antwerpen en die hij noemt ‘Twee vergeten Vlamingen’, nl.:
| |||||
[pagina 305]
| |||||
Spreker weidt uit over zijn eigenaardige intellectueele werkzaamheid, uitgaande van de wiskunde en leidend tot de litteratuur. Hij schetst met piëteit het eerbiedwaardig beeld van zijn vader. Vele vragen die hem gesteld werden, vooral door de Antwerpsche collega's bewezen hoezeer die lezing belangstelling verwekt had. | |||||
Dagorde1. - Wedstrijden der Academie. - De Voorzitter verleent het woord a) aan de Leden verslaggevers van de verschillende wedstrijden voor den A. Beernaert-prijs, den V. De Tière-prijs en den J. Eeckhout-prijs; b) aan de Leden van de Keurraden belast met het beoordeelen van ingekomen prijsantwoorden. (Zie hierna blz. 306 en volgende).
Na deze lezingen blijkt de tijd te zeer gevorderd om toe te laten het tweede punt der dagorde af te handelen. De Hr. Walschap stemt er in toe zijn voordracht betiteld Wat is Letterkunde? in de September-zitting te houden. |
|