Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1936
(1936)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 265]
| |
Bromatologicon of Bibliographie der geschriften over de levensmiddelen tot 1800 in het licht gezonden
| |
MVoeding. [1776 Macbride]. Experimental essays on medical and philosophical subjects: Particularly, I. On the Fermentation of Alimentary Mixtures, and Digestion of Food. II. On the Nature and Properties of Fixed Air. III. On the respective Powers, and Manner of Acting, of the different Kinds of Antiseptics. IV. On the Scurvy; with a Proposal for trying new Methods to prevent or cure the same, ad Sea. V. On the Dissolvent Power of Quick-Lime; and a further Investigation of the Properties of Fixed Air. The Third edition, Enlarged and Corrected. Illustrated with Copper-Plates. By David Macbride, M.D. London: Printed for T. Becket and T. Cadell, in the Strand, T. Lowndes, Fleet-street, and W. Woodfall. MDCCLXXVI. (20,8 × 12.6 cm., XIV | 296 pp., Bibl. Univ. Gent Med 5940).
Voeding [1766 Macbride]. Essais d'experiences. I. Sur la Fermentation des Melanges alimentaires. II. Sur la Nature et les Propriétés de l'Air fixe. III. Sur les Vertus respectives de différentes especes d'antiseptiques. IV. Sur le Scorbut, avec un moyen de tenter de nouvelles méthodes, de s'en | |
[pagina 266]
| |
préserver et de le guerir sur Mer. V. Sur la Vertu dissolvante de la chaux vive. Traduit de l'Anglais de M. David Macbride, chirurgien de Dublin. Par M. Abbadie, chirurgien de S.A.S. Mgr. le Duc de Penthievre. Avec figures. A Paris, chez P.G. Cavelier, Libraire, rue S. Jacques, au Lys d'or. M.DCC.LXVI. Avec Approbation & Privilege du Roi. (17.0 × 9.6 cm., XXXII + 417 pp., Bibl. Univ. Gent Med. 550.)
In de 1e verhandeling zegt Schr. dat het brood vlugger in gisting (hier in den zin van bederving) geraakt in de aanwezigheid van schaapvleesch, citroensap, spinazie, waterkers, rottend dierlijk uittreksel. Azijn vertraagt de bederving. De bederfwerende stoffen bestudeerd in de 3e verhandeling zijn zuren, namelijk zwavel-, zout-, wijnsteen-, azijn- en citroenzuur; de proeven van Pringle worden bevestigd. David Macbride (1726 † 1778), heelkundige van de Engelsche zeemacht, die zich daar in 1749 te Dublin vestigde waar hij zich op de chemie toelegde. De eerste uitgave van zijn werk over de gisting verscheen in 1764; de uitgave van 1776 is de tweede. In die verhandeling wordt de verteering van het voedsel uitgelegd volgens de leer van van Helmont: het voedsel ondergaat een soort van gisting die aanleiding geeft tot chyl. Een Duitsche vertaling werd gemaakt door Rahn en verscheen te Zurich in 1766. De andere werken van Macbride behooren tot de technische en de heelkundige gebieden.
Voeding. [1761 Mackenzie]. Histoire de la Santé, et de l'art de la conserver; ou Exposition de ce que les Médecins & les Philosophes anciens & modernes, ont enseigné de plus interessant sur cette matière. Par M.J. Mackenzie, Membre du College Royal des Médecins à Edimbourg. Traduite de l'Anglois. A La Haye, chez Daniel Aillaud; Et se trouve à Lyon, chez les Freres Perisse, Libraires, rue Mercière. 1761 (17.8 × 11.5 cm., XXXIX + 483 pp., Bibl. Univ. Gent Med 3253).
Een volledige verhandeling over gezondheidsleer, met een historisch overzicht. Hoofdstuk IV van het 1e deel noemt de schrijvers die de voedingsmiddelen hebben besproken: Moses, Hippocrates, Cornelius Celsus, Xenocrates, Dioscorides, Caelius Apicius, Galenus, Oribases, Aëtius, Paulus Aeginetes, Simeon Sethi, Actuarius; onder de Arabieren: Isaac Israelites, Serapio, Rhases, Avicenna, Averroës; onder de West-Europea- | |
[pagina 267]
| |
anen: Arnold de Villeneuve, Michel Savonarole, Charles Estienne, Louis Nonnius, Pierre Castellan, Castor Durante, Ausonne, de school van Salerna. Jacob I, Simon Pauli en Jan Neander schreven over den tabak, Chub over de chocolade, Short over de thee.
Voeding. [1762 Mackenzie]. Histoire de la santé, et de l'art de la conserver; ou Exposition de ce que les Medecins et les Philosophes anciens et modernes ont enseigné de plus interessant sui cette matière. Par M.J. Mackenzie, Membre du Collège Royal des Medecins à Edimbourg. Traduite de l'Anglois. Tome premier. A Liege. Chez D. de Boubers, Imprimeur-Libraire, Sur le Pont d'Isle, à la Ville de Bruxelles. MDCCXLII. (15.5) 9.6 cm., XXV + 223 + (4) pp., Bibl. Univ. Gent Acc. 15113.)
Id. Tome second (... 255 pp. ...).
Van dat werk, oorspronkelijk in het Engelsch:
Voeding. 1760 Mackenzie, James. History of health and the art of preserving it. Edinburg 1760.
wordt een Fransche uitgave genoemd, de 2e te 's Gravenhage 1759, en een in het Duitsch te Altenburg 1762.
Water. [1783 Macquart]. Manuel sur les propriétés de l'eau, particulièrement dans l'art de guerir. Par M. Macquart, Docteur-Régent de la Faculté de Médecine de Paris, Associé ordinaire de la Société Royale de Medecine. A Paris, chez Nyon l'ainé, Libraire, rue du Jardinet, Quartier Saint-André-des-Arts. M DCC LXXXIII. Sous le Privilège de la Société Royale de Médecine. (19.8 × 12.5 cm., XXIV + 476 pp., Bibl. Univ. Gent Med 3056).
Volgens Schr. is het water de beste drank. De zuivering geschiedt door koken, door filtratie, door schudden met zand, door toevoegen van kalk, zwavel, zwavelzuur; Schr. vermeldt het gevaar van het lood. Van microben wordt natuurlijk niets gezegd. Een volledig overzicht wordt gegeven van de gekende minerale waters, en van de middelen om ze te onderzoeken. Het boek eindigt met een historisch overzicht over de baden.
Louis Charles Henri Macquart, Reims 1745 † Parijs 1808, werd doctor in de geneeskunde, legde zich op de mineralogie toe en werd bewaarder van het Cabinet van Fontainebleau. | |
[pagina 268]
| |
Hij heeft belangrijke bijdragen over hygiëne geleverd aan de Dictionnaire de santé, en aan de Dictionnaire de médecine van de Encyclopedie.
Voeding. [1597 Macrobius]. Aur. Theodosii Macrobi V. Cl. & inlustris opera. Joh. Isacius Pontanus recensuit: et Saturnaliorum libros M.S. ope auxit, ordinavit, & Castigationes sive Notas adjecit. Ad amplissimum virum Arnoldum Witfeldium regni Daniae Caucellarium. Contenta hoc libro vide pagina sequenti: quibus accedunt I. Meurs breviores Notae. Lugduni Batavorum, Ex officina Plantiniana, Apud Franciscum Raphelengium. clɔ. lɔ. XCVII. (17.2 × 10.4 (16) + 682 + (52) pp., Kon. Bibl. Brussel VB 7031.)
In de Saturnalen, wordt in het 2e boek in hoofdstuk XI, XII gesproken over visch, in hoofdstuk XIV, XV en XVI over vruchten, als weeldeartikelen. In het 7e boek bewijzen hoofdstukken IV en V dat een eenvoudige voeding beter en gemakkelijker verteerbaar is dan ingewikkelde voedsels; hoofdstuk VI handelt over den wijn en over wijnmisbruik.
Macrobius Ambrosius Aurelius Theodosius, leefde in den tijd van de keizers Honorus en Theodosius, in de 5e eeuw. Van hem is niet veel gekend; hij schreef een commentarium over Scipio's droom, de Saturnalen, een verhandeling over grieksche en latijnsche werkwoorden (cf. namelijk: CEuvres complètes de Macrobe, avec la traduction en français, publiées par Nisard, Paris, Dubochet, 1845, Bibl. Univ. Gent Bl 9859).
Tabak. [1658 Magnenus]. Io: Chrysostomi Magneni Burgundi Luxoviensi patricii, Philosophi, medici, et in celeberrima Ticinensi universitate regii medicinae professoris exercitationes de Tabaco. clɔ. lɔ. CLVIII. (13.2 × 8.4 cm., (22) + 222 pp., Bibl. Univ. Gent Acc. 1755).
Het boekje bevat 14 deelen over de geschiedenis, de samenstelling, het gebruik, het rooken van tabakpoeders, het kneden, het sap, over geneeskundige en chemische bewerkingen met tabak. Haller noemt uitgaven 1648 Ticini, 1658 Hagae, 1669 Amstelod. Jean Chrysostome Magnen, arts van de 17e eeuw, hoogleeraar te Pavia en later gezant te Parijs. | |
[pagina 269]
| |
Voeding. [1482 Magninus]. Regimē sanitatis Magnini Mediolanēsis medici famosissimi Attrebatensi Episcopo directum. Feliciter incipit (21 × 14.3 cm., 175 fos, Bibl. Univ. Gent Res 189.)
Het jaartal wordt gegeven op het einde, Leuven 1482. In 1503 verscheen een verdere uitgave in 4, Argentine per honestum Johannem Prüs. In het derde deel van het boek worden zekere levensmiddelen, zooals brood, groenten, vruchten, zwammen, vleesch, visch, besproken.
Koffie. 1671 Magri Dominico. Virtu del caffé, bevanda introdutta nuovamente nell' Italia. Rom 1671 in 4 (Cit. door Haller).
Voeding. 1549 Maignan Eloy. Les commentaires de l'histoire des plantes. Paris 1549 in fo. (Cit. door Haller).
Water. [1776 Maillard]. Avis aux buveurs d'eaux minerales affligés de maux de nerfs; précédé de l'éloge de Spa et de ses avantages. A Liege et à Spa, De l'Imprimerie de Bollen, Fils. MDCCLXXVI. (17.2 × 11.8 cm., 116 pp., Kon. Bibl. Brussel II 27605).
Schr. laat zich in het boek niet kennen. Niet alleen de gunstige eigenschappen van het bronwater, doch ook de omgeving en de bevolking maken een verblijf te Span nuttig en aangenaam. Van de bronnen worden Geronstere, Pouhon, Tonnellet alleen genoemd.
Tabak. 1708 Mainardes, Nicolai. Della virtu del tabaco. Venez., 1708 in 12 (Cit. door Haller).
Water. 1784 Maler, Fr. W. Geschichte, Bestandtheile und Wirkungen der Hambacher und Schwollener Sauerbrunnens. Carlsruhe 1784.
Tabak. 1733 Maloet Petri en Vandermonde Jac. Fr. An a tabaco naribus assumpto peculiaris quaedam cephalagiae species aliique adfectus. Paris 1733 in 4 (Cit. door Haller).
Pierre Maloet, arts, geboren in 1695 en overleden in 1742, doctor in de geneeskunde van de Universiteit te Parijs in 1720, sedert 1725 lid van de Academie des Sciences.
Water. [1746 Malouin]. Analyse des eaux savonneuses de Plom- | |
[pagina 270]
| |
bières. Mem. Acad. Sciences MDCCXLVI. Paris, Impr. royale MDCCLI, pp. 109-128.
Het besluit van het onderzoek luidt: ‘les principes naturels de ces eaux minerales dans leur source, sont un bitume de la nature de l'huile de petrole, un vitriol de mars, un sel de la nature du sel marin, une terre absorbante qui se fond et se vitrifie fort aisément au feu, et un sel alcali de la nature de la soude.’ Daaruit noemen wij vooral ijzersulfaat, natriumchloride, natriumcarbonaat.
Paul Jacques Malouin, chemicus (Caen 1701 † Parijs 1778), en arts, lid van de Royal Society en van de Academie des Sciences, leeraar in de chemie aan de Jardin du Roi van af 1745. In Descriptions des Arts et Métiers, Tome I, Neuchatel, Imprimerie de la Société Typographique, MDCCLXXI (25.2 × 18.3 cm., Bibl. A.J.J.V.) vindt men de volgende verhandelingen van Malouin:
[1771 Malouin]. Histoire abrégée de l'origine et des progrès de la Boulangerie et de la Meunerie (pp. 1-19). L'art du boulanger et du meunier (pp. 20-119). L'art du vermicelier (pp. 121-142). Art du boulanger (pp. 145-369). Explication des planches et des figures (pp. 370-384 en 10 geëtste platen). Dictionnaire et vocabulaire des arts du meunier, du vermicelier et du boulanger (pp. 385-448). Additions (pp. 451-520).
Deze verhandelingen zijn gevolgd door:
[1771 Manetti] Xavier. Traité des diverses sortes de grains et de pains (pp. 521-628). Een algemeene tafel (pp. 429-673), alphabetisch opgesteld, dient tot het volledig boek.
Tabak. 1702 Manara. De tabaci usu, in Europeis, et maxime in Insubribus corrigendo. Madrit 1702 in 12. Mediolan 1707 in 12. (Cit. door Haller).
Graan. 1766 Manetti, L. Delle specie diverse di frumento et di pane siccome della panizzazione. Venezia 1766.
Voeding. 1600 Manfredi Gieronimo. Libro intitolato il Perche, tradotto di Latino in Italiano. Et dall istesso in molti luochi dilucidato, et illustrato. Venetia, Lucio Spineda 1600 in 12, 16 fo + 314 pp. | |
[pagina 271]
| |
Van de 8 deelen van het werk, handelt het eerste van de voedingsmiddelen, het tweede over de dranken en vooral over den wijn.
Vruchten. 1780 Manger H.L. Vollständige Anleitung zu ein systematische Pomologie. 2 Bd. Leipzig 1780-1783.
Thee etc. 1695 Mappi M. De receptis hodie etiam in Europa potus calidi generibus thee, cafe, chocolata 1695.
Thee. 1691 Mappi Marc. Disputatio de thea. Argentorati 1691 in 4 (Cit. door Haller).
Koffie. 1693 Mappi en Wenckler. De coffea. 1693. (Cit. door Haller).
Chocolade. 1695 Mappi en Wenckler. De chocolatae potu. 1695. (Cit. door Haller).
Water. [1785 Marcard]. Description de Pyrmont traduite de l'Allemand de Mr. Marcard, Medecin de la Cour de S.M. Britannique à Hanovre, Membre des Sociétés Royales de Medecine d'Edimbourg & de Copenhague, Correspondant de la Société des Sciences de Göttingue. Enrichie de planches. Tome I. A Leipzig chez les Heritiers Weidmann & Reich 1785. (22.7 × 13.5 cm., (11) + 314 pp., Bibl. Univ. Gent Med 3078). Id. Tome II (... (18) + 365 pp....). Id.
In het eerste boekdeel handelt Schr., wiens vertaler onbekend blijft, over de ligging van Pyrmont in Westphalen, over de geschiedenis van Pyrmont en het leven aan de baden. Over dat leven betreurt Schr. dat menschen die zich van hooge goede gezelschap noemen zich vrij onaangenaam en onbeleefd gedragen; de Duitsche adeldom oefent een zeer slechten invloed op het sociaal leven; onder de Engelschen treft men alleen deze die werkelijk den titel van gentleman verdienen. Het water van de bron is rijk aan gas, ijzer en magnesium; het water dat voor de baden dient is van een anderen aard, en warm, en verwekt een nevel in de lucht. De bron Saüerling en de bron Neubrunnen zijn ook beladen met gas. In het tweede boekdeel worden de geneeskundige eigenschappen van de waters van Pyrmont besproken, en al de ziekten schijnen met die waters met gunsten gevolg te kunnen bestreden worden. | |
[pagina 272]
| |
Water. [1793 Marcard]. Heinrich Matthias Marcard, Herzoglich Hollstein-Oldenburgischer Leibmedicus zu Oldenburg; der Kònigl. Academie der Wissenschaften zu Neapel, der Kònigl. Societàt der Wissenschaften zu Gòttingen, der Kònigl. Medicinischen Gesellschaften zu Copenhagen und zu Edinburg Mitglied; Correspondent der Medicinischen Gesellschaft zu Paris, Ueber die Natur und den Gebrauch der Bàder. Hannover, im Verlage der Hahnschen Buchhandlung. 1793. (20.1 × 11.2 cm., XVIII + 456 pp., Bibl. Univ. Gent med. 3055).
18 Invloed van de baden op de gezondheid en op de ziektenbestrijding.
Water. 1750 Marce. Dissertation en forme de lettre sur la nature, la vertu et l'usage des eaux thermales de La Preste. Perpignan, Reynier, 1750 in 12.
Chocolade. 1759 de Marco Joseph. De usu et abusu chocolatae in re medica et morali. Malta 1759 in 4. (cit. door Haller).
Kookkunst. 1740 Marin Fr. Les dons de Comus, ou l'art de la cuisine, reduit en pratique. Paris 1740; Paris 1758.
François Marin was schrijver en kok. Hoefer noemt een uitgave te Parijs in 1739, en een vervolg te Parijs 1742, 3 vol. in 12, en een volledige uitgave te Parijs in 1750 in 3 boekdeelen in 12.
Wijn. 1772 Mariti G. Del vino di Cipro. Flor. 1772.
Giovanni Mariti (1736 † 1806), reiziger en dan archivaris te Florence; hij was ook lid van de academie aldaar.
Voeding. 1668 Markham Gerv. en Lawson Wn. A way to get wealth: containing six principall vocations, in which every good husband or hoursewife may lawfully imploy themselves. The 12th time corrected and augmented. London, John Streater 1668.
Tabak. 1616 Marrandan Bartholomaei. Del tabago los dannos que cause y del chocolate. Seville 1616. Gallice Paris 1643. (Cit. door Haller).
Koffie etc. 1799 Marschall C.F. Geheimes Kunstkabinet (Surrogate des Kaffees, Thees, etc.). Leipzig 1799, 259 pp. Neueste Auflage Leipzig 1802. | |
[pagina 273]
| |
Melk. [1706 Martin]. Traité du lait, du choix qu'on en doit faire, et de la manière d'en user. Par Barth. Martin, Apoticaire du Corps de S.A.S. Monseigneur le Prince. Seconde Edition, corrigée et augmentée de la Pratique d'Hippocrate dans la cure des maladies par l'usage de ce Médicament. A Paris, chez Laurent d'Houry, rue saint Severin, au Saint-Esprit, vis à vis la rue Zacharie. MDCCVI. Avec Approbations & Privilège du Roy. (14.4 × 8.2 cm., (16) + 215 + (7) pp., Kon. Bibl. Brussel III 17416; Bibl. Univ. Gent Me 3318).
De melk wordt beschouwd als een nuttige drank, ook als een middel om de gezondheid normaal te behouden; zij is nadeelig in geval van hypocondrie, van leverziekten, van bloedverlies, doch zeer voordeelig voor tering, slepende koortsen en zwakheid. De Acta eruditorum Lipsiae 1685, p. 83 vermelden een uitgave, de 1e, te Parijs 1684 in 12, 146 pp.
Alcohol. 1759 Martin. A sure guide to distillers for discovering the true proportion of water and alcohol in any proposed compound, and how to make it exactly proof. London 1759 in 8. (Brit. Mus.)
Kookkunst. 1763 Martinez, Francisco. Arte de cocina, pasteleria, vizcocheria, y conserveria. Barcelona 1763.
Dranken. 1587 Masinius, Nic. De gelidi potus abusu. Caesenae, Rauerius 1587.
Water. 1590 Massiacus, Raemundus. Pugeae, seu de lymphis Pugeacis libri duo. Parisiis, Morellum 1590 in 8, 51 pp.
Suikergoed. 1692 Massialot. Nouvelle instruction pour les confitures, les liqueurs et les fruits. Où l'on apprend à confire toutes sortes de fruits tant secs que liquides et divers ouvrages de sucre. Paris, de Sercy, 1692 in 12, 24 + 444 + 17 pp. Nouv. ed. Paris, Prudhomme 1711. Nouv. ed. Paris, Saugrain 1740 in 12. 5e ed. 1776.
Kokkunst. 1734 Massialot. Le nouveau cuisinier royal et bourgeois. Amsterdam 1734, 3 vol. in 12.
Groenten. 1627 Massionio, Salvatore. Archidipno, overo dell' insalata, dell' uso di essa, trattato nuovo curioso e non mai piu dato in juce. Venetia, Brogiollo 1627. | |
[pagina 274]
| |
Thee, etc. 1705 Masson, P. Le parfait limonadier ou la manière de preparer le thé, la caffé, le chocolat et autres liqueurs chaudes et froides. Paris 1705 in 12.
Wijn. 1767 Maupin. L'art de faire le vin. Paris 1767 in 12. (Cit. door Haller). Wijn. 1768 Maupin. L'art de multiplier le vin par l'eau. Paris 1768 in 12. (Cit. door Haller).
Wijn. 1770 Maupin. Experiences sur la bonification de tous les vins. Paris 1770 in 12. (Cit. door Haller); 3e uitgave Paris 1772 in 12; meer dan eens nagemaakt.
Wijn. 1786 Maupin. Lecciones breves y sencillas sobre et modo de hacer el vino. Zaragoza, Blas Miedes, 1786, in 4, 123 pp.
Wijn. 1799 Maupin. Sur la manière de cultiver la vigne et l'art de faire le vin. Paris, Delaplace, an VII in 8.
Dit werk werd samengesteld door Buchoz met verscheidene verhandelingen van Maupin.
Van Maupin, landbouwkundige van de 13e eeuw weet men niets van zijn geboorte noch van zijn dood. Als kamerknecht van koningin Marie Leszcinska beoefende hij de landbouwwetenschappen, en bestudeerde vooral de middelen om wijn te verkrijgen rond Parijs.
Wijn. 1763 Maupin. Nouvelle methode de cultiver la vigne. Paris 1763 in 12.
Wijn. 1775 Maupin. L'art de faire le vin rouge. Paris 1775 in 8.
Wijn. 1779 Maupin. Cours complet de chimie économique sur la manipulation et la fermentation des vins. Paris 1779 in 8.
Wijn. 1787 Maupin. Les vins rouges, les vins blancs et les cidres. Paris 1787 in 8.
Wijn. 1791 Maupin. L'art de convertir en vins fins et d'une beaucoup plus grande valeur les vins les plus communs. Paris 1791 in 8.
Tabak. 1790 Maury. Opinions sur l'impot du tabac. Paris 1790 in 8. | |
[pagina 275]
| |
Marsepijn. 1558 Meder, L. Handelbuch, Nurnberg 1558.
Water. 1779 Meglin, S.A. Analyse des eaux minerales de Sultzmatt en Haute Alsace. S.l. 1779 in 8.
Bier. 1668 Meibomius, Jo. Henr. De cervisiis potibusque et ebriaminibus extra vinum aliis commentarius. Acc. Adr. Turnebi libellus de vino. Helmestad 1668 in 4, 1671 in 4.
Johan-Henrich Meibom, 1590 Helmstaedt † Lubeck 1655, eerst leeraar in de geneeskunde te Helmstaedt, later eerste stadsarts te Lubeck.
Water. 1764 Meighan Christ. Traité de la nature et de l'efficacité des eaux de Barèges. Trad. par J.G. Ballard. Nouv. ed. 1764, in 4, 237 pp.
Koffie, etc. 1721 Meisner, Leonh. Ferdin. Anacriseos medico-historicae dieteticae de coffeae, chocolatae, theae et nicotianae usu et abusu. Noribergae 1721 in 8.
Water. 1694 Melchior, Eberh. Hydrologie, das ist Wasser-Gespräch. Franckfurt, Zunner, 1694 in 8, 276 pp.
Kookkunst. 1748 Menon. La cuisinière bourgeoise. Nouv. ed. Paris Guilly 1748 in 12, VIII + 449 + 2 pp. Eerste uitgave in 1746. Parijs 1865, 1764, 1794 in 12.
Kookkunst. 1752 Menon. La cuisinière bourgeoise. Bruxelles, Franc. Foppens 1752 in 12. Bruxelles, Foppens 1767 in 12, 492 pp. Bruxelles 1783 in 12, 460 + XVII pp.
Kookkunst. 1751 Menon. La nouvelle cuisine. Paris, Le Gras 1751, 3 vol. in 12.
Kookkunst. 1767 Menon. Cuisine et office de santé. Paris, Leclerc 1767.
Kookkunst. 1776 Menon. La science du maitre d'hotel. Paris, Leclerc 1776. Paris 1788, in 12, XII + 525 pp.
Kookkunst. 1768 Menon. La science du maitre d'hotel confiseur. Paris 1768 in 12.
Kookkunst. [1778 Menon]. Les soupers de la cour, ou l'art de travail- | |
[pagina 276]
| |
ler toutes sortes d'alimens. Pour servir les meilleures Tables, suivant les quatre saisons. Nouvelle Edition. Tome premier. A Paris, chez L. Cellot, Imprimeur-Libraire, rue Dauphine. M DCC LXXVIII. Avec Approbation & Permission. (16.5 × 9.5 cm., VIII + XXIV + 459 pp., Kon. Bibl. Brussel II 44330).
Het 1e boek geeft inlichtingen over het voedsel volgens de jaargetijden te bekomen, over rund, kalf, schaap, varken, lam.
Id. Tome second. (XXX + 524 pp.).
Gevogelte, wild, visch.
Id. Tome troisième (XXXVI + 376 pp.).
Pasteibakkerijproducten, voor- en nagerechten, groenten, vruchten, jam, ijsroom, koffie, chocolade. De naam van den schrijver wordt in het boek niet bekend gemaakt. Vorige uitgave in 1755, Parijs, 4 vol. in 12. Menon was een beroemde schrijver over spijzenbereiding van de 2e helft van de 18e eeuw.
Kookkunst. 1739 Menon. Nouveau traité de la cuisine. Paris 1739, 3 vol. in 12.
Kookkunst. 1740 Menon. La science du maitre d'hotel cuisinier, avec des observations sur la connaissance et la propriété des aliments. Paris 1749 in 12.
Kookkunst. 1758 Menon. Traité historique et pratique de la cuisine. Paris 1758, 2 vol. in 12.
Kookkunst. 1759 Menon. Manuel des officiers de bouche. Paris 1759 in 12.
Water. 1758 Mesny, B. Analyse des eaux des bains de Pise. Florence 1758 in 4.
Wijn. 1608 a Meyden, Th. Trattato della natura del vino, e del ber caldo e freddo. Roma 1608.
Wijn. 1636 Meyssonnier, Lazare. Oenologie ou discours sur le vin. Lyon, Louys Odin, 1636, in 8. | |
[pagina 277]
| |
Lazare Meyssonnier, Macon 1602 † Lyon 1672, doctor in de geneeskunde van Montpellier, professor in de heelkunde te Lyon, en op het einde van zijn leven kanunnik.
Kookkunst. 1734 Middleton. The lady's companion in cookery, pastry, preserving, pikling, condying. London 1734 in 8. (Cit. door Haller).
Voeding. [1745 Miller]. Groot en algemeen kruidkundig, hoveniers, en bloemisten woordenboek, behelzende de manier om moes-, bloem-, vrugt-, kruid-tuinen, wildbossen, wyngaarden, oranjehuizen, stook-kassen, enz. anteleggen, enz. en allerlei gewassen te kweeken. Alles volgens de ondervinding van de ervarenste hoveniers der tegenwoordige eeuw; Doormengd met de Historien der Planten, de kentekens van elk Geslagt en de Naamen van alle de bijzondere soorten in het Latijn en Duits; en eene Verklaaring van alle de kunst-woorden in de kruidkunde en het Tuinieren gebruikelijk, Waarby ook komt Een Berigt van de natuur en het gebruik der Barometers, Thermometers, en Hygrometers, welke den Hoveniers te pas komen, als meede van den Oorsprong, oorzaaken, en Natuur der Verhevelingen, en den bijzonderen invloed van aarde, Lugt, Vuur en Water op de Planten, volgens de beste Natuurkundigen. Met koperen platen versierd. Door Philips Miller, hovenier van het genootschap der apothekers, in hunnen kruidtuin te Chelsea, en lid van het Koninglyk Genootschap te Londen. Voorzien met eene Voorrede van den Hooggeleerden Heere Adrianus van Royen, doctor der geneeskunde, hoogleeraar in de genees- en kruidkunde te Leiden, en lid van het Koninglyk Genootschap te London, enz. Volgens den laatsten Druk, uit het Engels vertaald door Jacob van Eems, Med. Doctor. Te Leiden, by Pieter van der Eyk, en de Weduwe Jakob van der Kluis, P.Z. MDCCXLV. Met Privilegie van Haar Ed. Gr. Mog. de Heeren Staaten van Holland en West-Friesland. Eerste deel (Voorrede enz. + 593 pp., 24.3 × 39.4 cm., Bibl. Landb. Hoogesch. Gent, Kon. Bibl. Brussel VB 4145). Tweede deel (pp. 595-1238).
In het boekdeel I is het privilegie geteekend op 21 september 1741 in naam van de Staten van Holland en West-Friesland, door J.H.V. Wassenaer en Willem Buys. Daarna komt een brief der uitgevers tot Adrianus van Royen, doctor in de geneeskunde en hoogleeraar in de genees- en kruidkunde te Leiden, een voorrede van A. van Royen, een bericht van den vertaler, een boekenlijst en de naamlijst der inschrijvers, In boekdeel I loopt het woordenboek tot het woord Myxa. Het boekdeel II bevat de woorden van Naantjes af, dan een bijvoegsel, lijsten van planten, verklarende lijsten van kunstwoorden, platen, en een bladwijzer der gewassen en voornaamste zaken. | |
[pagina 278]
| |
Over gisting p. 1052, voeding en groei p. 1013, water p. 1034, wijn p. 934. Miller Philip (1691 † 1771) was hovenier van het Genootschap van apothekers te Chesea van af 1722, als opvolger van zijn vader; hij was in briefwisseling met Linnaeus. Hij schreef het botanisch gedeelte van het groot Dictionarium Brittanicum van N. Bailey; verscheidene zijner werken werden in het Nederlandsch vertaald door Van Eems en Baster. De Gardeners dictionary verscheen te Londen in eerste uitgave in 1731; daarvan zijn er 8 uitgaven: 1759 in fo, 7e uitgave (Kon. Bibl. Br. II 57051), 1768 in fo, 8e uitgave (Kon. Bibl. Br. VB 4144). De Fransche uitgave door de Chazelles, Brussel 1786, 8 vol. in 8 (Kon. Bibl. Br. 5e Cl IV. 3 Mill, Bibl. Univ. Gent HN 38 en Ar 763). Een Duitsche uitgave te Nurnberg 1750, 2 vol. in fo (Kon. Bibl. Br. VB 4144 B).
Wijn. 1596 Mini, P. Discorso della natura del vino delle sue differenze e del suo uso retto. Firenze, 1596.
Bier. 1694 Mizler, Steph. Andr. De veterum Celtarum celia et zytho ad illustrandum Flori locum disp. Viteb. 1694 in 4.
Honing. 1691 Moeller, Georg. Christ. De melle. Jenae 1691 in 4 (Cit. door Haller).
Suiker. 1698 Moeller, Georg. Christ. De saccharo. Giessae, 1698 in 4. (Cit. door Haller).
Melk. 1765 Molenaar, G. Redelijke onvervalschte melk. Amsterdam, Morterre, 1765 in 8.
Koffie. [1765 Monnereau]. Le parfait indigotier ou description de l'indigo, contenant un détail circonstancié de cette plante, sa coupe, pourriture & battage, plusieurs remarques curieuses et utiles pour la fabrication de cette marchandise, avec une formule d'économie convenable à un Indigotier, qui contient en abregé comment on doit gérer une habitation & les Nègres, le caractère des Nègres, la conduite qu'il faut tenir pour en tirer du service; ensemble un traité sur la culture du Café, la description de cet arbre et de sa Manufacture, Par Elie Monnereau, Habitant de Limonade, département du Cap aux Isles Françoises de l'Amérique. Nouvelle Edition, revûe, corrigée et augmentée par l'Auteur. A Amsterdam, et se vend a Mar- | |
[pagina 279]
| |
seille, chez Jean Mossy, Libraire au Parc. MDCCLXV. (17,5 × 10,5 cm. XIII + 238 pp., Kon. Bibl. Brussel 5e Cl IV 3 Mon.)
De verhandeling over de koffie bedraagt pp. 123 tot 186, en bespreekt het kweeken en de uitvoer van de koffie. Antoine Grimoald Monnet (1734 † 1817), apotheker en chemicus te Rouen en in 1774 inspecteur generaal der mijnen; hij bestudeerde in het bijzonder het water. Hij bleef een hardnekkige aanhanger der oude chemische theorieën en bestreed hevig de zienswijze van Lavoisier.
Water. 1772 Monnet. Nouvelle hydrologie, ou nouvelle exposition de la nature et de la qualité des eaux. Paris 1772 in 8.
Water. 1768 Monnet. Traité des eaux minérales, avec plusieurs memoires de chymie relatifs à cet objet. Paris, Didot, 1768 in 12 (Cit. door Haller).
Water. 1770 Monro, D. Treatise on mineral waters. London 1770, 2 vol.
Water. [1772 Monro], D. An account of the sulphureous mineral waters of Castle-Loed and Fairburn, in the County of Ross. Phil. Trans., 1772, 62, pp. 15-22.
Donald Monro was krijgsarts en arts van het St George's Hospital.
Voeding. 1553 Montanus, J.B. De alimentis et victus ratione. 1553.
Koffie. 1792 Moseley, B. A treatise concerning properties and effects of coffee. 5th Ed. London 1792 in 8. Uitgave in 1785 in 8.
Koffie. 1786 Moseley, B. Traité sur les propriétés et les effets du café. Traduit de l'anglais par Lebreton. Paris 1786.
Benjamin Moseley, arts, overleden in 1819, in dienst in het militair gasthuis van Chelsea, zeer vijandig aan de pokkenenting.
Bier. 1791 von Moshamm, F.X. Ueber das Bierbraurecht in Baiern. Ingolstadt, Krüll, 1791, 306 pp. | |
[pagina 280]
| |
Water. [1723 Moullin]. Traité des eaux minerales nouvellement découvertes au Village de Passy, près Paris. Dans lequel sont expliquées leur nature minérale, la difference des sources, leurs qualitez, leurs vertus, et leurs effets sur le corps humain. Par M. Moullin de Marguery, Médecin de la Faculté de Paris. A Paris, chez François Barois, ruë de la Harpe, vis à vis du College de Harcour, à la Ville de Nevers. MDCCXXIII. Avec Approbation et Privilège du Roy. (16.1 × 9.4 cm., (16) + 415 + (11) pp., Bibl. Univ. Gent med 3079).
De bronnen van Passy werden ontdekt in 1719; het water is met ijzer beladen en kan bij de behandeling van talrijke ziekten diensten bewijzen. De beredeneering van den schrijver schijnt echter eigenaardig, als hij uitlegt waarom zijn beweegredenen niet op de chemie steunen: ‘je regarde tous les raisonnemens chymiques ou comme incertains, ou comme obscurs, ou comme éloignez de la portée de la plupart des hommes.’
Alcohol. 1793 Müller, N. Ueber die leichteste Art, aus Kartoffeln ein recht guten Branntewein zu gewinnen. Nurnberg, 1793.
Brood. 1616 Muller, Sebald. Vom Brodtbacken, Mahl- und Back-Proben. Leipzig 1616 (Cit. door Haller).
Voeding. 1655 Muffet, Thomas. Healths improvement or the nature, method, and manner of preparing all manner of food used in this nation, corrected and enlarged by Christopher Bennet. London 1655 in 4, 1746 in 8. (Cit. door Haller).
Engelsche natuuronderzoeker, overleden rond 1600 te Bulbridge, studeerde te Cambridge en werd doctor in de geneeskunde te London. Aanhanger der gedachten van Paracelsus.
Wijn. 1667 Mulphinus, Joannes Augustinus. Oeno-Logia id est vini dissertatio in qua demonstratur vinum propinari posse in destillatione. Genoa, Tiboldus, in 4, 47 pp.
Voeding. 1685 Mund, H. Opera omnia medico-physica. De aere vitali, de esculentis, de potulentis. Una cum appendice de parergis in victu ut chocolata, coffe, thea, tabaco, etc. Lugd. Batav. 1685.
Voeding. 1682 Muret, P. Traité des festins. Paris 1682 in 12.
Voeding. 1715 Muret, P. Dissertation sur les festins des anciens Grecs | |
[pagina 281]
| |
et Romains et sur les cérémonies qui s'y pratiquaient. La Haye, Vaulom, 1715, in 12.
Pierre Muret is een Fransche letterkundige die overleed rond 1690 als almoezenier van marschalk de Vivonne.
Kookkunst. 1617 Murrell, John. Book of cookery. London 1617 (Cit. door Haller).
Honing. 1691 Myrrhen, A. De melle. Jenae 1691, in 4, 24 pp. | |
NWijn. 1766 Nast, J. Conr. Vollstandige Abhandlung des ganzen Weinbaues. Frankfurt und Leipzig 1766 in 8. (Cit. door Haller).
Cacao. [1772 Navier]. Observations sur le cacao et sur le chocolat. Où l'on examine les avantages et les inconvéniens qui peuvent résulter de l'usage de ces substances nourricières. Le tout fondé sur l'experience & sur les recherches analytiques de l'amande du Cacao. Suivies de Réflexions sur le Système de M. de Lamure, touchant le battement des Artères. A Paris, chez P. Fr. Didot jeune, Libraire, Quai des Augustins, à Saint Augustin. M.DCC.LXXII. (18.2 × 10.7 cm., (4) + 144 pp., Bibl. Univ. Gent Ar 2792).
Het werkje wordt aan P.T. Navier toegeschreven. Cacao wordt als een nuttig product beschouwd en Schr. maakt een duidelijk onderscheid tusschen chocolade van normale hoedanigheid en producten bereid met gemalen cacaoschalen. Pierre Toussaint Navier, 1712 † 1779, doctor in de geneeskunde van de Universiteit te Reims, arts te Châlons sur Marne en lid van de Academie des sciences van Parijs.
Water. 1774 Navier. De thermis Borboniensibus apud Campanos, 1774 in 4.
Wijn. 1778 Navier. Sur l'usage du vin de Champagne mousseux contre les fièvres putrides. Paris 1778 in 8.
Tabak. [1622 Neander]. Tabacologia: Hoc est, Tabaci Seu Nicotianae descriptio Medico-Cheirurgico-Pharmaceutica: Vel Ejus praeparatio & usus in omnibus corporis humani incommodis; una cum varijs Tabacum adulterandi rationibus, et accurata signorum, quibus ejus bonitas dignosci po- | |
[pagina 282]
| |
test, annotatione, Per Johannem Neandrum Bremanum, Philosophum, & Medicum. Lugduni Batavorum, Ex Officinâ Isaaci Elzeviri. Jureti Academiae Typographi. clɔ. lɔ. CXXII. (22.3 × 16.2 cm., (40) + 256 + (3) pp., Bibl. Univ. Gent HN 413).
Na twee lange voorreden aan den Senaat van Bremen, en aan den lezer, geeft Neander de lijst der 116 schrijvers die over den tabak hebben geschreven. Op platen worden verbeeld de tabakplant en de pijpen die bij het rooken kunnen gebruikt worden. Het boek eindigt met deze Nederlandsche verzen van Joost van Ravelingen: Tabacks Lof en Lastering Aen D. Joannes Neander.
Alcina soomen vint by Ariost beschreven,
Heeft Ganeloen van Mentz een wonder kruyt gegeven.
(t' Welck Moses eersten hadt; en Mahmet in den mondt
Ghedurich hiel, so lang hy hem by 't volck bevondt)
Waer mede hy hert en sin van syn aenhoorders roofde,
So dat men, wat hy seyd', hem vastelijck gheloofde.
Neander, ghy hebt sulck een kruydt, dat is ghewis;
Oft ick seg dat Taback van sulcker krachten is:
Ghemerck dat die Taback eerst brocht in dese landen
Der menschen herssens haest ghestelt heeft na syn handen:
Hy heeft daer met ghemaeckt dat t' meeste volck gelooft
Dat die Taback veracht, van sinnen is berooft:
Ia een die den Taback betoont al heel te haten,
Mach syn' ouw kennis meest wel schouwen en verlaten.
Het Hollandsch sinlijck volck acht niet meer vuyl of quaet
Te spouwen van Taback, waer dattet sit off staet.
Het eyndt van alle doen, het slot van alle spreecken,
Is nu by groot en kleyn, een pijp Taback t'ontsteecken:
Een diese stommeling een ander overgeeft,
En roockt als Caens deed, die acht men eerst beleeft.
Hoe dit kruydt eertijts hier, kan ik niet wel geweten,
Ten sy dat t' Catanance, off Dvving-kruydt was gheheheten:
Mits dattet noodich schijnt, en doet de menschen dwang,
En dat ment nooder derft dan lecker spijs oft dranck.
Het selve schijnt mij oock nu tot syn lof te dwingen
Al wortet wel misbruyckt, als veel meer goede dingen.
| |
[pagina 283]
| |
Ick sprac laestmael een woort, doch niet tot Tabacks schant,
Dit kruydt is al te goet, t' is jammer dat ment brant;
Terstont dwong my Taback dat ick hem moest gebruycken;
Mits dat ick, waer ick ging, Tabacks roock quam te ruycken.
Ist geen Dvving-kruydt, dat ons so seer aen sich ghewent,
Dat die 't een wijl' ontbeert, denckt dat hy is geschent?
Het kort de rijcke hun tijt, doet d'arme hun werc versuymē
Laet geen gelt in de bors, laet op de borst geen fluymen:
Het laet de wijze als geck, de gecke wijs van schijn;
De nuchter droncken, en nuchter die droncken zijn:
Het kan de moede lee'n wel sonder spijs verstercken,
So wonder is dit kruydt, en strijdende in syn wercken.
Den Mahmetaen stelt ooc syn opium aen een kant,
En neemt dit Dvvingend-kruydt oock vlytich in de hant,
Wou de pest maer een poos uyt die ghewesten blijven,
Sy souden dat wel licht den Taback toe gaen schrijven.
Doch niet heel sonder reen, hy suyvert so de locht,
Dat voor den Tabacks roock vliedt al het vuylgedrocht.
Vreest niet dat u voortaen eenighen stanck sal krincken
Nu stoel en mest-hoop niet dan nae Taback en stincken:
Om dat Taback vertraecht den scherpen geylen geest,
Ghelooft men dat Taback de Pocken oock gheneest.
Den kloecken Indiaen sal Betle laten varen,
Denck ick, alleen genoegt met deze Tabacks blaren:
Tant-kruyd, Worm en Luyspoer, en al Triakel-kruyt,
Die vluchten al ghelijck voor den Taback t' lant uyt.
Men siet nu in den croeg veel min wijn oft bier schincken
Dan eertyts: men sit daer meest om Taback te drincken,
Soo sober maeckt dit kruydt de Menschen over al,
Dat nu in roock alleen is alle hun wel geval:
Taback maeckt nu een nieuw gheslacht van Algemisten,
Dat vry al wat meer weet dan d' ouw Asch-blasers wisten:
Sy blaesden hun goet wech, met een kroes oft gelas;
Dees houdent by den roock, alst al brocht is tot asch.
Niet alleen d'Apoteeck sal voortaen niet meer doghen
(Want Tabacks roock verdempt nu alle d'ander droghen;
Men bruyckt Taback allom, om worden weer ghesont,
t' Sy dat ons siecte quelt, t' sy dat men is ghewont)
Maer Taback maeckt onnut der Medicijne scholen:
De jeught hoeft maer u Boeck, Taback, en heete kolen,
Taback dwong u wel eerst tot schryven: maer die macht
Dwinght uwen leser oock dat hy u boeck soo acht;
t' Is u gheleertheyt niet alleen, die dat kan maken;
Maer danct dit dvvingend-kruyt dat niemant u derft laken.
| |
[pagina 284]
| |
Demosthenes, en zelfs Cicero soet bespraeckt,
En hebbent met hun kunst niet half so wel ghemaeckt,
Sy preecten mennichmael vergeefs al voor den dooven:
Maer wat ghy segt oft schrijft, t' volck moet u wel geloven.
Kost ick Taback also ghebruycken, ick souw oock,
Nu ghy lof en gheloof hebt door des Tabacks roock,
Met dit kruydt inden mont allom mijn gading halen
En dan met roock, in stee van bare gelt, betalen.
Joost van RavelingenGa naar voetnoot(1).
Tabak. [1644 Neander]. Johannis Neandri Bremani Tabacologia, hoc est, Tabaci, seu Nicotianae descriptio. Vel ejus praeparatio & usus. Ultrajecti. Pro Davide ab Hoogenhuysen. Anno clɔ. lɔ. CXLIV. (12.5 × 7 cm., pp. 61-146, medegebonden met 1644 Everart, Kon. Bibl. Brussel VB 4284).
Hoefer noemt van de Tabacologie uitgaven te Bremen in 1622 en 1627 in 4, te Leiden in 1626 in 4, te Utrecht in 1644 in 12, en een Fransche vertaling te Lyon in 1628 in 8. Bremen 1622 en Lyon 1628 stemmen niet overeen met mijne bevindingen Leiden 1622 en Lyon 1630.
Tabak. [1630 Neander]. Traicté du Tabac, ou Nicotiane, Panacee, Petun: autrement Herbe à la Reyne, Avec sa preparation & son usage, pour la Plus part des indispositions du corps humain, ensemble les diverses façons de le falsifier, et les marques pour le recognoistre: Composé premierement en Latin par Jean Neander, Medecin à Leyden, & mis de nouveau en François, par I.V. Oevre très utile, non seulement au vulgaire, mais à tous ceux qui font la medecine, & notamment à ceux qui voyageants n'ont moyen de porter quantité de medicaments. A Lyon, chez Barthelemy Vincent, rue Merciere, à l'enseigne de la Victoire. M.DC. XXX. Avec Privilege du Roy. (18 × 11.1 cm., (8) + 324 + (2) pp., Kon. Bibl. Brussel V 4285).
Het werk van den Leydschen geneeskundige werd in het Fransch vertaald; de vertaler blijft onder de letters I.V. onbekend. Beschrijving van de bereiding van talrijke geneesmiddelen waarin deelen van de tabakplant worden gebezigd. Johan Neander, geboren te Bremen in 1596, overleden in | |
[pagina 285]
| |
de 2e helft van de 17e eeuw, was doctor in de wijsbegeerte en in de geneeskunde.
Water. 1708 Neel. Dissertation sur les nouvelles découvertes des eaux minerales de Saint Paul. Rouen, Maurry, 1708 in 4. (Cit. door Querard).
Wijn. 1784 Neikter, Jo. F. De vini usu feminis Romae interdicto. Upsal 1784 in 4.
Joseph Neikter, Zweedsch oudheidskundige, in 1803 overleden, was hoogleeraar in de staathuishoudkunde te Upsal.
Water. [1699 Nessel]. Traité des eaux de Spa avec une analyse d'icelles, leurs vertus et usage. Par le Sr. Edmond Nessel, Docteur en Medecine. Se vend à Spa, chez J. Salpeteur. Et à Liege, chez la Vesve d'Adrien Brixe, ruë du Pot d'Or à l'Enseigne du Faucon. 1699. Avec Permission des Supérieurs. (14.5 × 8.7 cm., (6) + 116 pp., Kon. Bibl. Brussel 6e Cl).
Het boekje wordt opgedragen aan Joseph Clement, aartsbisschop van Keulen, en bisschop-prins van Luik. Beschrijving der bronnen Pouxhon, Geronster, Sauveniere, Tonnelet en Watroz. Schr. heeft groot vertrouwen in het water, dat de grootste mirakelen veroorzaakt.
Water. 1729 Nessel. Analyse des eaux thermales de Chaudfontaine. Liege 1717 in 4; 1776 in 12.
Edmond Nessel, geboren te Luik in 1658, overleed in 1731, studeerde in de geneeskunde te Leyde en te Reims; hij vestigde zich als arts te Luik waar hij hofarts werd van bisschop Georges Louis de Berghel.
Water. [1713 Nessel]. Apologie des eaux de Spa, par Matthieu Nessel, Docteur en Medecine, fils d'Edmond Nessel, aussi Docteur en Medecine, A Liége, chez Jean-François de Milst, Imprimeur de S.A.S.E. 1713. (14.5 × 8.8 cm., (2) + 34 pp., Kon. Bibl. Brussel 6e Cl).
Dit werkje van den zoon van Edmond Nessel is gansch onafhankelijk van de Traité des eaux de Spa; het vermeldt vooral de pogingen om het bedrog te bestrijden, andere waters onder den naam van Spawater te verkoopen. | |
[pagina 286]
| |
Voeding. 1735 Neumann, D.C. Lectiones publicae von vier subjectis diaeteticis, nehmlich vom Thee, Caffee, Bier und Wein. Lipsiae, Framman, 1735 in 4. Door nova Acta Lipsiae, 1937, Suppl. II, p. 504.
Brood. 1651 Nicolai, Henr. De pane, ejus natura, usu, affectionibus, operationibus et varietatibus. Gedan. 1651 in 4. (Cit. door Haller).
Water. 1778 Nicolas. Dissertation chymique sur les eaux minerales de la Lorraine, Nancy 1778 in 8.
Water. 1784 Nicolas. Sur les eaux minerales de Saint-Diez, 2e édition, 1784, in 8.
Pierre François Nicolas, geneeskundige en chemicus, 1743 † 1816, leeraar in de chemie en de natuurkunde in de Academie te Caen, en lid van de Academie des Sciences.
Tabak. 1708 Nicolicchia, Ant. Uso ed abuso del tabacco o sia diss. sulla utilata e nocumenti del medesimo. Lyon 1708 in 12. Panorm 1710 in 12. (Cit. door Haller).
Kookkunst. Nyland P. Zie van der Groen in Bomatologicon IV.
Voeding. [1645 Nonnus]. Ludovici Nonni medici Antverpiensis Diaeteticon sive de re cibaria Libri IV. Secunda editio Et auctior. Antverpiae, ex officina Petri Belleri, MDCXLV. (19.5 × 15.2 cm., titelprent, 22 lim + 526 blzz., Bibl. Univ. Gent, Me 37228).
Bovenstaande tekst komt op de titelprent met allerlei voedingsstoffen uit plant- en dierenrijk. De volgende pp. draagt: ‘Perillustri viro D. Thomae Lopes de Vlloa. Baroni de Limale. Toparchae de Bierges, Phani S. Lamberti, Champles, del Valles. Ordinis Alcantarae equiti. Regiae majestati a consiliis bellicis Ejusque apud Belgas, Militaris Aerarii summo praefecto. L.M.D.C.Q. Ludovicus Nonnius.’ Na den aanbiedingsbrief, komen twee hekeldichten in Latijnsche verzen, geteekend het eerste C. Gevartius Pos, het tweede Jo. van Buyten M.L., en daarna het privilegie van 26 october 1644 te Brussel. Een volledige lijst geeft de indeelingen in hoofdstukken der 4 boeken: 1e boek met 48 hoofdstukken, 2e boek met 38 hoofdstukken, 3e boek met 45 hoofdstukken, 4e boek met 19 hoofdstukken. | |
[pagina 287]
| |
Het werk is bijna volledig in het Latijn opgesteld; maar vooraan treft men een nomenclator aan, waarin een zeker aantal Latijnsche technische woorden met Italiaansche, Spaansche, Fransche en Brabaantsche (Brabantice) vertaling. Belangrijk is het hier die Brabant-Vlaamsche woorden te vermelden. Agnus, lammeken. Alauda, leevverck. Allium, loock. Anas, endt-voghel. Anguilla, ael, paelinck. Amygdala, amandel. Anser, gans. Aper, wilt-vercken. Apium, petroselie. Ardea, reyger. Asellus, cabellau. Asellus minor, schel-visch. Astacus, zeecreft. Aurata, zeebrasem. Beta, biete. Brassica, koole. Botulus, beulinck. Buccinum, kinckhoren. Buglossum, bruynaie. Caneer, crabbe. Capra, geyte. Caprea, ree of wilde geyte. Carduus, cardoen. Caepa ayun. Ceruus, hert. Cerasum, kersen, criecken. Cicer, ciceren, Spaensche erten. Ciconia, oyevart. Cinara, artichochen. Citrium, citroen, limonen. Cochlea, slecke. Columba, duyve. Congrus, congerael. Cotoneum, queappel. Coturnix, quackel. Cuculus piscis, zeehaen. Cignus, swaene. Cyprinus, kerper. Dactylus, daden, dayen. Dama, dancken. Eruca, rakette. Erythrotaon, berckhoen. Eruilia, erwitten. Fraga, eerdt besien. Fringilla, vincken. Fungus, campernoelle. Ficus, vyge. Gallina, hinne. Gallinago, houdt sneppe. Glis, velt-muys. Grus, crane. Hoedus, jonghe gheyte. Intybus, witte endivie. Isicia, saucijs. Lampetra, lampreye. Locusta, stuercrabbe. Loligo, blackwisch. Lupulus, hoppe. Lupus piscis, zeesnouck. Lucanica, worst. Malum punicum, granaet-appel. Melopepon, meloen. Mugil, harder. Mullus, zee-coninck. Nasturtium, kerse. Mulsa, meede, honich-water. Oxalis, surchel. Otis, trap-gans. Platessa, scolle, pladijs. Perca, baers. Pastinaca, pastenacken. Perna, hespe. Rhombus, tarbot. Scombrus, macreel. Sepia, Spaensche zee-catte. Siser, suyt- | |
[pagina 288]
| |
ker-wortelen. Solea, tonge. Sturnus, spreeuwe. Testudo, schiltpadde. Tructa, truyte. Turdus, lyster. Veruex, hamel. Liber I, blzz. 1-155. Liber II, blzz. 156-282. Liber III, blzz. 283-423. Liber IV, blzz. 424-500. Index rerum, blzz. 501-526.
Voeding. [1646 Nonnus]. Ludovici Nonni medici Antverpiensis diaeteticon, sive de re cibaria libri IV. Nunc primum lucem vidit. Antverpiae, et officina Petri Belleri, MDCXLVI. (19.9 × 15.2 cm., titelprent, 22 lim. + 526 pp., Kon. Bibl. Brussel, III 17.453 A).
Het boek is met de 2e uitgave van 1645 identisch; alleen op de titelplaat leest men ‘nunc primum lucem vidit’ in plaats van ‘secunda editio, et auctior’. De eerste uitgave verscheen in 1627 in 12 te Antwerpen, ook bij Peter Beller, 638 pp.
Visch. 1616 Nonnus. Ludovici Nonni medici ichtyophagia sive de piscium esu commentarius. Antverpiae, apud Petrum Joannem Belleros 1616, in 12.
Het werk is in 12 hoofdstukken verdeeld en bevat een lijst der visschen die besproken worden.
Alcohol. 1800 Norberg, J.E. Beschreibung und Abbildung von neu erfunden und verbesserten Brandtwein-Brenner- und Destillier-Geräthen. Uebersetzt von J.I.F. Plagemann. Stockholm 1800. | |
OWater. 1745 de Obercamp, Franç. Phil. Wahrer Mineral-Gehalt und Würk-Kräfften deren Kissinger und Bockleter Heyl-Trinck- und Baad-Brunnen. Wirtzburg 1745.
Voeding. 1781 de Obercamp, Franc. Phil. Progr. an diaeta vegetabilis fuerit causa potissima, quod homines ante diluvium majorem quam post illud attigerint senectutem. Heidelberg 1781 in 4.
Franciscus Jozef Oberkamp, arts geboren te Amorbach in 1710 en overleden te Heidelberg in 1763, hoogleeraar te Hei- | |
[pagina 289]
| |
delberg. Zijn zoon Franciscus Philippus, geboren in 1749 te Heidelberg en aldaar in 1793 overleden, was hoogleeraar te Heidelberg.
Drank. [1754 Obsopaeus]. Vincentius Obsopaeus de arte bibendi. Theses inaugurales de virginibus. Bonus Mulier sive de mulieribus vel uxoribus. Accedunt et alii Tractatus, lectu jucundissimi, multisve moralibus ad mores seculi nostri accommodati, illustrati & adornati. Quorum seriem sequens pagina indicat. Editio secunda. Lugduni Batavorum, apud Joannem Le Mair, MDCCLIV. (14.0 × 8.6 cm., (4) + 452 pp., Kon. bibl. Brussel III 8984 A).
Dat boekje bevat verscheidene verhandelingen waaronder De Arte bibendi van Vincentius Obsopoeus op pp. 315 tot 388, drie deelen in verzen. Er worden uitgaven genoemd in 1537 in-4, Nuremberg, in 1578 in-8 te Frankfurt, in 1648 kl. in-12 te Leiden. Hoefer noemt uitgaven te Nuremberg in 1536 in-4, te Frankfurt in 1578 en 1582 in-8 en te Leiden 1648 in-12. Vincent Obsopaens was een philoloog, rector van het gymnasium te Anspach, alwaar hij overleed in 1525.
Water. 1753 Oelsner, Gottl. Physic., chemische und medicin. Untersuchung über Saur-Brunnen und warmen Bäder. Breslau 1753.
Water. [1786 Osburg]. Chemische Untersuchung des Alacher Mineralwassers von Joh. Jak. Osburg. Erfurt 1786 bey Georg Adam Keyser. (In Acta Acad. elect. Moguntinae 1786, 21 × 17.2 cm., 14 pp., Bibl. Univ. Gent Hist. 189822).
Het water van Alach, bij Erfurt, vertoont de volgende samenstelling: brandbaar extrakt 6.5 grein, aluin 4, selenit 3, kalkaarde 1, bitterzoutaarde 1.5, vrij kalkaarde 18, vrij bitterzoutaarde 4, kiezelaarde 1, vrij aluinaarde 22, ijzeroker 12.
Tabak. 1636 Ostendorf, Joh. Traitè de l'usage et de l'abus du tabac. Bourdeaux, 1636 in 8. (Cit. door Haller).
Voeding. [1681 Overkamp]. Nieuwe beginselen tot de Genees- en Heelkonst. Ontdeckende de Voornaamste bewegingen en bedieningen der dierelijke huishouding in 's menschen ligchaam: Rakende De bereiding van spijs en drank, gyl, bloed en geest-making, voedinge, beweging der spieren, | |
[pagina 290]
| |
ademhaling, de sinnen, slapen, waken, dronkenschap, afscheiding der pis, stonden, transpiratie, en menigte diergelijke meer. Steunende op de gronden der Fermentatie, en dese op die van Renatus des Cartes. Door Heidentryk Overkamp, Med. Doct. tot Harlingen met een Nareden aan Dr. Agaeus Piphroen. t' Amsterdam. By Jan ten Hoorn, Boeckverkooper, tegenover 't Oude Heere Logement, 1681. (15.6 × 9.5 cm., (24) + 640 + (14) pp., Bibl. Univ. Gent Med 37238).
Opdracht aan vorst Henrik Casimier, prince tot Nassauw, aan de gedeputeerde Staten te Harlingen en de curatoren van de Academie van Franeker. De lezer krijgt 12 pp. waarin wordt gewenscht dat de heelkunst ‘met een cartesiaens kleed’ te voorschijn zou komen. Achtereenvolgens treft men eene studie over de natuur der fermentatie met uitleggingen over de bereiding der spijzen, de veranderingen van het voedsel in de spijsbuis, gevolgd door een tafelpraatje dat pp. 57-144 inneemt over hetzelfde onderwerp. In het vierde hoofdstuk bestudeert Schr. de omzettingen in de darmen, waar een verrotting plaats heeft, weder door ‘achtermiddagspraatje’ op pp. 171-272 gevolgd. In het 6e en 7e hoofdstuk trekt de chyl van de darmen tot het hart, om in het 8e tot de voeding te dienen. Verder spreekt Schr. over de geesten, het waken en slapen, de beweging der spieren, de ademhaling, de dronkenschap, de zinnen, dorst en honger, urineafscheiding, de maandstonden, witte vloed, de afscheiding van het zaad, het purgeeren en het zweeten.
Voeding. [1682 Overkamp]. Nieuw Gebouw der Chirurgie of Heelkonst, Getimmert op de nieuwe Beginselen van de Genees en Heel-Konst, Bestaande In de ontdeckinge van de oorsaecken, voortgangh en genesinge van de voornaemste geswellen van 's Menschen Lichaem. Door klare en onderscheydene beginselen, over een stemmende met die van Renatus des Cartes. Nevens een Brief over dit Werk, van Cornelis Bontekoe, Door Heydentryck Overkamp, Medicijne Doctor tot Harlingen. t' Amsterdam, By Jan ten Hoorn, Boeckverkooper over 't Oude Heere Logement, 1682. (15.5 × 9.6 cm., (24) + 460 pp., Bibl. Univ. Gent Acc 14172).
Na de opdracht aan den doctor in de geneeskunde Cristophorus van Tongeren, een voorrede ‘aen alle chyrurgyns van geheel Europa’ komen deze verzen van Emanuel van Ypperen, | |
[pagina 291]
| |
doctor in de geneeskunde, gevolgd door een portret van den schrijver. Op 't Nieuw Gebouw van Heydentryk Overcamp
Doctor in de Medicynen. Macte nova virtute. Hoe sou de Outheit sigh verwond'ren,
Soo sy de oogen op kost slaen,
Waer op Apolloos Ligt blijft staen:
Hoe souden al die stemmen dond'ren.
Dat boek, en schriften, sou vergaen.
Geen Aesculaep, wierd aengebeden,
Geen Podaliers, Macheons tret
Gesogt, met trommel, of trompet.
Wat hulp Arabische, en Griekse reden.
Een Celsus, met Latijn soo net,
Of 't padt so menigmael betreden,
Met kromme wegen van Galeen
Vol bloed'ge kolken, diepe zeen:
Een doolhof, met verkeerde schreden,
Een konst bepaelt met swacke re'en?
De quaden schijnen nu te spreken;
Ook, wie dit leest, genesing vint,
Het Oudt, niet anders is als wint,
Dat Besjens in haer spinrok steken,
't Geen nu een kaers, met 't Vlas verslint.
Dees, heeft des Cartes ingesogen,
Eenyder bladt vertoont u bloodt,
Eens levens wasem, voor de Doodt.
De quael verbaest, is opgetogen,
Wel ligt, soo loopt die komst om broodt.
Hier, leert men de aert, van alle stoffen,
Gins, scheyt door konst, u Overkamp,
| |
[pagina 292]
| |
Daer, gest het kleyne Al met ramp:
Hij doet 't gebreck ter neder ploffen,
Steeckt voor ons op, een ligte Lamp.
Emanuel van Ypperen,
Med. Doct.
Het boek bevat 20 hoofdstukken, waarvan geen enkel de levensmiddelen bespreekt. Passim worden enkele voedingsstoffen genoemd, namelijk boonen, eieren.
Thee. 1699 Ovington, Johan. Essay upon the nature and qualities of tea. London 1699 in 12.
John Ovington, priester en reiziger, die Afrika en Indië bezocht. | |
PWater. 1580 Palissy. Discours admirables, de la nature des eaux et fonteins, tant naturelles qu'artificielles, des métaux, des sels et salines, des pierres, des terres, du feu et des émaux. Paris, Martin le Jeune. 1580.
Water. 1636 Palissy. Le moyen de devenir riche et la manière veritable par laquelle tous les hommes de la France pourront apprendre à multiplier et augmenter leurs thresors. Paris, Fouet, 1636, in 8.
Het 2e deel van dat werk bespreekt, in een soort 2e uitgave van 1580 Palissy, het water van rivieren, bronnen en fonteinen.
Water. [1777 Palissy]. Des eaux et fontaines. In: Oeuvres de Bernard Palissy, revues sur les exemplaires de la bibliothèque du roi, avec des notes; Par M. Faujas de Saint Fond, et des additions par M. Gobet. A Paris, chez Ruault, Libraire, rue de la Harpe. Avec Approbation et Privilège du Roi, 1777. (25.8 × 19.1 cm., LXXVI + 734 pp., Bibl. Univ. Gent HN 536; het hoofdstuk Des eaux et fontaines behelst pp. 239-303).
Water uit bronnen blijkt beter dan deze van putten en van moerassen; het water van moerassen is in de meeste gevallen gevaarlijk. Schr. bespreekt de middelen om door een leiding het water uit bronnen ter beschikking te stellen, waar geen gezond drinkwater bestaat. | |
[pagina 293]
| |
Bernard Palissy werd geboren rond 1510 en overleed te Parijs in 1590, legde zich op de studie der scheikunde toe, en begon in 1555 glazuur te vervaardigen. Van af 1575 gaf hij zich aan het onderwijs over en in 1584 doceerde hij over geologie en namelijk over den oorsprong der bronnen. Hij stierf in de kerkers van de Bastille waar hij als calvinist opgesloten werd. Later heeft men erkend dat Palissy een mensch was geweest van hooge wetenschap, die aan het onderzoek veel had geschonken, ook een zuiver eerlijk man. Te Agen werd hem een standbeeld opgericht.
Wijn. 1558 Palmarius, Julianus. De vino et pomaceo. Parijs 1558. Fransche vertaling: Traité du vin et du cidre, Caen, 1589 (Cit. door Haller).
Water. 1505 Pantheus, J.A. Annotationes ex trium dierum confabulationibus, ad Andream Bandam: De thermis Caldarianis quae in agro sunt Veronensi. Venedig 1505.
Wijn. 1774 Paoletti, F. L'arte di fare il vino perfetto e durevole. Firenze 1774.
Vleesch. [1682 Papin]. La maniere d'amolir les os, et de faire cuire toutes sortes de viandes en fort peu de temps, & à peu de frais. Avec une description de la Machine dont il se faut servir pour cét effet, ses proprietez & ses usages, confirmez par plusieurs Experiences. Nouvellement inventé. Par Mr Papin, docteur en Medecine. A Paris, chez Estienne Michallet, rue Saint Jacques, proche la Fontaine Saint Severin, à l'image Saint Paul. M.DC.LXXXII. Avec Aprobation & Permission. (15 × 8.6 cm., (12) + 164 + (11) pp., Bibl. Univ. Gent phys 280).
Beschrijving van een groot aantal proeven, over het verwarmen in een bijzonder toestel, waarmede beenderen op korten tijd onder druk malsch worden, ook over het koken van vleesch, groenten gedurende een korteren tijd. Verscheidene proeven worden kwantitatief besproken.
Vleesch. 1688 Papin. La maniere d'amolir les os et de faire cuire toutes sortes de viandes. Amsterdam, Desbordes, 1688, 2 deelen in 12.
Vleesch. 1681 Papin. A new digester or engine, for softaing bones, containing the description of its make and use in cookery, voyages at sea, confectionary, making of drinks, chymistry, and dying. By Denys Papin, M.D. Fellow of the Royal Society. London 1681 in 4. | |
[pagina 294]
| |
Denis Papin, Blois 1647 † Marbourg 1714, doctor in de geneeskunde, medewerker van Robert Boyle, lid van de Royal Society. Na de intrekking van het edict van Nantes, vestigde hij zich in Duitschland en werd hoogleeraar te Marburg. F. Arago betreurt dat Papin nooit lid werd van de Academie des Sciences.
Chocolade. 1728 Parere, Altro, intorno alla natura, ed all'uso della cioccolata disteso in forma di lettere indirizz. all' J.S. Conte Armando di Woltsfeitt. Firenze 1728. | |
Parmentier A.A.Van de hand van Balland verscheen eene studie over Parmentier, den mensch die zijn leven lang werkte om hongersnood en levensduurte te bestrijden. Dat gansche leven wordt omvat, zegt Balland, in deze woorden van Parmentier: ‘Mes recherches n'ont eu d'autre but que les progrès de l'art et le bien être général. La nourriture du peuple est ma sollicitude, mon voeu, c'est d'en ameliorer la qualité et d'en diminuer le prix. J'ai écrit pour être utile à tous.’
[1902 Balland]. La chimie alimentaire dans l'oeuvre de Parmentier par A. Balland, pharmacien principal de première classe au Laboratoire des expertises du comité de l'intendance. Paris, Librairie J.B. Baillière et fils, 19 rue Hautefeuille 19, 1902, Tous droits reservés (22.5 × 14 cm., XII + 448 pp., Bibl. A.J.J.V.).
De studie bevat officieele oorkonden over het leven van Antoine-Augustin Parmentier, geboren te Montdidier op 12 Aug. 1737, militair apotheker, inspecteur generaal van den krijgsgezondheidsdienst, lid van de Fransche Academie van wetenschappen, overleden te Parijs op 13 Dec. 1813; verder een stelselmatig overzicht van zijne verhandelingen, en een bibliographische lijst van deze verhandelingen ten getalle van 165, de meeste over voeding en voedingsmiddelen. Ik kan mij dus hier beperken met de opsomming, met verkorten titel, van deze verhandelingen waaraan ik de volgnummers van Balland volledig behoud. Alhoewel de lijst met de grootste zorgen werd opgesteld, meen ik toch enkele titels te moeten bijvoegen die bij Balland ontbreken. De lijst van Balland is chronologisch; ik heb die lijst volgens de onderwerpen omgewerkt. | |
[pagina 295]
| |
Algemeene Voeding.(Nr 2). Memoires sur les végétaux qui pourraient suppléer en temps de disette à ceux que l'on emploie communément à la nourriture des hommes. Paris, Knapen et Delaguette, 1773, in 12, 90 pp. (Nr 9). Nieuwe uitgave van het werk van de La Garaye: Chymie hydraulique pour extraire les sels essentiels des végétaux, des animaux et des mineraux par le moyen de l'eau. Paris, Didot, 1775, in 12, 512 pp. (Nr 28). Medewerking aan: Cours d'agriculture redigé par Rozier. Paris, 1781-1805, 12 vol. Een latere uitgave in 1809, Paris, Buisson, 6 vol. in 8. (Nr 32). Moyens de suppléer à la disette des fourrages et d'augmenter la subsistance des bestiaux. Paris, Impr. roy., 1785, in 8; Bibl. physic. econ. 1786, 20 pp. (Nr 49). Economie rurale et domestique. Paris, Cuchet, 8 vol., 1788 tot 1793. (Nr 50). Avantages d'étendre la culture des racines potagères. Mem. agric. 1788, 19 pp. (Nr 101). Rapport sur les soupes de legumes dites à la Rumford. 1800. (Nr 102). Rapport sur la substitution de l'orge mondé au riz, avec des observations sur les soupes aux legumes. Paris, an IX, 1801, in 8, 76 pp. (Nr 118). Medewerking aan: Nouveau dictionnaire d'histoire naturelle. Paris, Crapelet, 1803-1804, 24 vol. (Nr 124). Medewerking aan: Le theatre d'agriculture et mesnage des champs d'Olivier de Serres. Paris, Huzard, 1804-1805, 2 vol., 672 en 948 pp. (Nr 161). Instruction sur les soupes aux legumes dites à la Rumford. Paris, Mequignon, 1812, in 8, 42 pp. (Bibl. Univ. Gent Acc 56646). | |
Graan en meel.(Nr 6). Lettre sur l'ergot. Journ. phys. Aug. 1774. (Nr 10). Experiences et reflexions relatives à l'analyse du bled et des farines. Paris, Monory, 1776 in 8, 200 pp. (Nr 11). Experiences sur les maladies du blé, lues en 1776. Bibl. physico-econom. 1784. (Nr 12). Avis aux ménagères sur la meilleure manière de faire leur pain. Paris, imprim. roy. 1777, in 8, 108 pp. Balland noemt een uitgave in 1782, Paris, Barrois in 12, 96 pp., en vermeldt Italiaansche en Zweedsche uitgaven. Er zijn nog uitgaven in 1785 en 1794. (Nr 16). Lettre au sujet de l'ergot. Journ. de Paris, 7 nov. 1777. | |
[pagina 296]
| |
(Nr 17). Le Parfait boulanger ou traité de la fabrication et du commerce du pain. Paris, impr. roy., 1778 in 8, 696 pp. (Kon. Bibl. Brussel II 21104). (Nr 20). Discours prononcé à l'ouverture de l'Ecole gratuite de boulangerie le 8 juin 1780. Paris, Pierres, 1780 in 8, 58 pp. (Nr 24). Moyen proposé pour perfectionner la meunerie et la boulangerie. Paris, Barrois, 1783 in 12, 94 pp. (Nr 27). Methode facile de conserver les grains et les farines. Paris, Barrois, 1784, in 12, 100 pp. (Nr 29). Le meilleur procédé pour conserver, en grain ou en farine, le maïs ou blé de Turquie. Bordeaux, Pallandre, 1785, in 4, 172 pp. (Nr 30). Le chaulage considéré comme preservatif de plusieurs maladies du froment. Mem. agric. 1785, 22 pp. (Nr 31). Manière de cultiver et d'employer le maïs comme fourrage. Mem. agric. 1785, 15 pp. (Nr 33). Memoire sur les accidents des blés en Poitou. Paris, Pierres, 1785 in 8, 42 pp. (Nr 35). Memoire sur la valeur des blés mouchetés. Bibl. phys. econ. 1785, 16 pp. (Nr 36). Memoire sur les avantages du commerce des farines. Mem. Agric. 1785, 40 pp. (Nr 38). Avantages que la province du Languedoc peut retirer de ses grains. Paris, Didot, 1786 in 4, 448 pp. Avis aux habitants du Languedoc sur la maniere de traiter leurs grains et d'en faire du pain. Montpellier, 1786 in 8, 56 pp. Een uitgave, non genoemd door Balland, Paris, Didot 1787 in 4. (Nr 40). Moyens de purger le blé du noir. Mem. Agric. 1786, 10 pp. (Nr 41). Usages des maïs. Mem. Agric. 1786, 20 pp. (Nr 42). Rapport sur la carie du froment. Mem. Agric. 1786, 8 pp. (Nr 47). Diverses manières dont le maïs peut se preparer. Bibl. phys. econ. 1787, 25 pp. (Nr 51). Soins et procédés pour avoir du bon pain. Bibl. phys. econ. 1788, 7 pp. (Nr 52). Moyens de reconnaitre les bonnes farines. Bibl. phys. écon. 1788, 7 pp. (Nr 55). Conseils sur la mouture. Bibl. phys. econ. 1789, 10 pp. (Nr 57). Avantages que le royaume peut retirer de ses grains. Paris, Barrois 1789 in 4, 448 pp. (Nr 59). Sur les abus qui s'opposent aux progrès de l'agriculture. Paris, Baudoin, 1789, 180 pp. | |
[pagina 297]
| |
(Nr 75). Substances propres à faire des biscuits. (Avec Poissonnier et Cadet). C R. soc. agr. 30 mei 1788-30 sept. 1793. (Nr 77). Moyens propres à prévenir les mauvais effets de l'usage des grains nouveaux ou insuffisamment murs. Ibid. (Nr 84). Avis sur la preparation et la forme à donner au biscuit de mer, Paris 1795 in 8. (Nr 86). Instruction sur la culture et les usages du maïs. Paris, Impr. Rep. 1796 in 8, 32 pp. (Nr 88). Rapport sur le pain des troupes. Paris nov. 1796 in 8. (Nr 92). Sur le moyen de préserver le froment de la carie. Mem. Agric. 1798, 14 pp. (Nr 109). Traité sur la culture des grains, suivi de l'art de faire le pain. Paris, Delalain, 1802, 2 vol. in 8, 472 en 574 pp. (Nr 115). Rapport sur deux sortes de froment (avec Tessier). Ann. Agric. 1803, 14, 6 pp. (Nr 160). Le maïs ou blé de Turquie. Paris, Impr. imper. 1812, in 8, 304 pp. | |
Aardappel.(Nr 3). Examen chimique des pommes de terre, dans lequel on traite des parties constituantes du bled. Paris, Didot, 1773, in 12, 252 pp. Ouvrage économique sur les pommes de terre, le froment et le riz. Paris, Monory, 1774 in 12. Les pommes de terre considérées relativement à la santé et à l'économie; ouvrage dans lequel on traite aussi du froment et du riz. Paris, Nyon, 1781 in 12. (Nr 19). Manière de faire le pain de pomme de terre sans melange de farine. Paris, Impr. roy. 1779 in 8, 56 pp. (Kon. Bibl. Brussel 7e Cl VI Par). Jugement impartial et serio-comi-critique d'un manant cultivateur et bailli de son village sur le pain de pommes de terre par MM. Cadet et Parmentier. Berne et Paris 1780 in 8. (Nr 22). Recherches sur les végétaux nourrissants avec de nouvelles observations sur la culture des pommes de terre. Paris, Impr. roy. 1781 in 8, 600 pp. Eene vertaling in het Engelsch. (Nr 34). Sur la dégénerescence des pommes de terre. Bibl. phys. chim. 1785. (Nr 39). Sur les semis de pommes de terre. Mem. agric. 1786, 13 pp. (Nr 43). Rapport sur plusieurs memoires relatifs à la culture des pommes de terre. Mem. Agric. 1787, 8 pp. | |
[pagina 298]
| |
(Nr 44). Memoire sur la culture des pommes de terre aux plaines des Sablons et de Grenelle. Mem. Agric. 1787, 7 pp. (Nr 46). Sur la dégéneration des pommes de terre et leur culture. Bibl. phys. econ. 1787, 8 pp. (Nr 56). Culture des pommes de terre dans les plaines des Sablons et de Grenelle. Bibl. phys. econ. 1789, 3 pp. (Nr 58). Traité sur la culture et les usages des pommes de terre, de la patate et du topinambour. Paris, Barrois, 1789, in 8, 390 pp. (Nr 78). Instruction sur la culture des pommes de terre. Feuille cultiv. Jan. 1794. (Nr 80). Instruction sur les usages de la pomme de terre. Ibid. Oct. 1794. (Nr 91). Culture et propriétés des bonnes pommes de terre. Ann. chim. 1797. (Nr 164). Moyens de conserver les pommes de terre. Ann. agric. 1812, 5 pp. | |
Water.(Nr 7). Nature et salubrité des eaux de la Seine. Journ. phys. feb. 1775, 33 pp. (Nr 26). Observations et reflexions sur l'analyse des eaux minerales. Journ. med. milit. juli 1784, 30 pp. (Nr 45). Sur la forme des reservoirs les plus propres à la conservation de l'eau. Mem. agric. 1787, 4 pp. (Nr 48). Sur la nature des eaux de la Seine. Paris, Buisson, 1787 in 8, 176 pp. (Nr 152). Reflexions générales sur l'eau. Bull. pharm. 1810, 2, 11 pp. | |
Melk.(Nr 60). Nature des laits de femme, de vache, de chèvre, etc. (avec Deyeux). Bibl. phys. econ. 1790. (Nr 95). Sur les differentes espèces de lait (avec Deyeux). Strasbourg, Levrault, 1799 in 8, 432 pp. (Bibl. Univ. Gent A 7094). Een uitgave in 1808. (Nr 96). Sur les differences que presente le lait d'une même traite divisée en plusieurs parties. Mem. Inst. nat. sciences, 1799. Uitgave in an XI, Paris (Bibl. Univ. Gent A 240962). | |
[pagina 299]
| |
Diversen.(Nr 5). Examen chimique des champignons. Journ. phys. Maart 1774. (Nr 12). Observations concernant les effets prétendus de l'odeur des fleurs d'aubepine sur certains poissons de mer. Journ. phys. feb. 1777, 3 pp. (Nr 14). Lettres sur le danger des vaisseaux vernissés au plomb pour conserver les aliments. Journ. de Paris, 26 Sept. en 1 Oct. 1777. (Nr 21). Traité de la chataigne. Paris, Monory, 1780 in 8, 160 pp. (Nr 23). Remarque sur l'usage et les effets des champignons. Paris 1782. (Nr 37). Abus dans la fabrication du chocolat. Bibl. phys. econ. 1786, 6 pp. (Nr 69). Analyse de la patate. Acad. Sc. Toulouse 1792. (Nr 73). Memoire sur les salaisons. Paris 1793 in 8. (Nr 107). Traité sur la culture de la vigne, avec l'art de faire le vin (met Chaptal, Rozier en Dussieux. Paris, Delalain, au X (1801), 2 vol. in 8, 424 en 563 pp. (Nr 108). L'art de faire les eaux de vie, d'après la doctrine de Chaptal. Paris, Delalain, au X (1801) in 8, 214 pp. Een uitgave in 1805, Paris (Kon. Bibl. Brussel VB 47794) en een in 1818, Paris, Mequignon. (Nr 111). Sur le sucre de betterave. Ann. chimie, 1802, 42, 11 pp. (Nr 116). Notice sur la composition et l'usage du chocolat. Ann. chim. 1803, 45, 10 pp. (Nr 121). Experiences et observations sur le collage et la clarification des vins, de la bière. Ann. chim. 1804, 52, 42 pp. (Nr 122). Sur le commerce des oeufs de poule et leur conservation. Mem. Inst. nat. France, 1804, 7, 22 pp. Paris 1806 in 8 (Bibl. Univ. Gent A 240962). (Nr 128). Examen chimique et pharmaceutique des produits du raisin non fermenté. Ann. chim. 1805, 53, 30 pp. (Nr 131). Rapport sur les eaux de vie considérées comme boisson à l'usage des troupes. Ann. chim. 1806, 59, 29 pp. (Nr 135). Memoire sur la conserve de raisin. Ann. chim., 1808, 67, 52 pp. (Nr 136). Moyen de remplacer le sucre par des sirops faits avec du raisin. Bibl. phys. econ. 1808, 7 pp. (Nr 137). Instruction sur les moyens de suppléer le sucre. Paris, Mequignon, 1808, in 8, 96 pp. (Nr 138). Des propriétés des sirops et conserves de raisin. Ann. chim., 1809, 70, 18 pp. | |
[pagina 300]
| |
(Nr 139). Sur la saturation du mout de raisin. Bull. de pharm. 1809, 1, 8 pp. (Nr 140). Des differents procédés pour dessecher les raisins. Ibid., 6 pp. (Nr 141). Des hydromels. Ibid. 7 pp. (Nr 142). Observations sur les vins. Ibid., 11 pp. (Nr 143). Des maladies des vins. Ibid. 12 pp. (Nr 144). Sur la méthode de gouverner les vins. Paris, Colas 1810 in 8, 40 pp. (Nr 145). Moyens de conserver les viandes. Bull. pharm., 1809, 1, 6 pp. (Nr 146). Sur la truffe comestible. Ibid., 8 pp. (Nr 147). Sur la conserve de raisin. Ann. chimie, 1809, 74, 16 pp. (Nr 148). Instruction sur les sirops et les conserves de raisins. Paris, Mequignon, 1809, in 8, 310 pp. (Bibl. A.J.J.V.). (Nr 150). Sur les moyens de muter le jus de raisin. Ann. chimie 1810, 71, 7 pp. (Nr 151). Observations sur la fabrication du sirop de raisin. Bull. pharm. 1810, 2, 6 pp. (Nr 154). Traité sur l'art de fabriquer les sirops et les conserves de raisins, 3e édition. Paris, Impr. 1810, in 8, 388 pp. (Bibl. A.J.J.V.; Kon. Bibl. Brussel VB 47796). De 1e uitgave in 1808 als Instruction sur les moyens de suppléer le sucre, de 2e uitgave in 1809 als Instruction sur les sirops. (Nr 155). Observations sur le mutisme au moyen du sulfite de chaux. Bull. pharm. 1811, 3, 2 pp. (Nr 156). Notice historique et chronologique de la matière sucrante. Ann. chim. 1811, 80, 41 pp. (Nr 158). Rapport sur le concours pour la fabrication du sirop et du sucre concret de raisin. Ann. agric. 1811, 47, 24 pp. (Nr 159). Rapport sur un ouvrage de Mad. Paveri relatif à l'extraction du sucre de raisin. Ann. agric. 1811, 48, 9 pp. (Nr 163). Aperçu des resultats obtenus de la fabrication des sirops et des conserves de raisin. Paris, Impr. imp. 1812, in 8, 452 pp. (Nr 165). Nouvel aperçu des resultats obtenus de la fabrication des sirops et des conserves de raisin. Paris, Impr. imp. 1813, in 8, 458 pp. Aux citoyens des départements de l'est, un de leurs concitoyens (over zout). Besançon, 1834, 13 pp. (Bibl. Univ. Gent Ju 227512).
***
Water 1699 Pascal, Jean. Traité des eaux de Bourbon l'Archambaud, Paris, d'Houry, 1699 in 12. Door Acta Lipsiae 1700, p. 494. | |
[pagina 301]
| |
Water. 1794 Pasta. Delle acque minerali del Bergamasco. Bergamo 1794 in 4.
Giuseppe Pasta, arts, Bergame 1742 † Bergame 1823.
Tabak en thee. 1665 Paulus, Sim. Commentarius de abusu tabaci Americanorum veteri, et herbae thee Asiaticorum in Europa nova. Argentorati, 1665 in 4; 1681 in 4.
Tabak etc. 1746 Paulus. Sim. A treatise on tobacco, tea, coffee and chocolate. Translated by James. London 1746.
Wijn. 1589 le Paulmier, Julien. Traité du vin et du sidre. Caen, Le Chandelier, 1589 in 8.
Het werk verscheen eerst in het Latijn in 1588, De vino et pomaceo, en werd in het Fransch door Jacques de Cahaignes vertaald. Een moderne uitgave met een inleiding werd door Emile Travers bezorgd, Rouen 1866; van die moderne uitgave verscheen een herdruk door de Société des bibliophiles normands in 1896, Rouen (Lestringant) en Caen (Massif), met slechts 200 exemplaren waarvan no 52 in de bibliotheek A.J.J.V. (160 pp. inleiding over le Paulmier + 88 pp.) Le Paulmier Julien, lijfarts van Hendrik III, overleed te Caen in 1588.
Voeding. 1676 Pechlinus, J.N. De aeris et alimenti defectu ac vita sub aquis. Kiel 1676 in 8.
Thee. 1684 Pechlinus, J.N. Cimbriae principis archiater, Theopilus bibaculus, sive de potu theae dialogus. Kilonii (Kiel) 1684, 8 + 103 pp. in 4.
Jan-Nicolaas Pechlin, arts, Leiden 1646 † Stockholm 1706, arts te Leiden, leeraar te Kiel, daarna arts van den hertog van Holstein en van prins Frederik van Zweden.
Voeding. 1762 Peignot, Gabriel. Du festin du Roi-Boit. Besançon, Charmet 1762 in 8, 12 pp.
Brood. 1741 Pepin, Ant. An panis tortus primum aque deinde vino madefactus, conditus saccharo, salubris. Paris 1741 in 4. (Cit. door Haller). | |
[pagina 302]
| |
Water. [1772 Percival]. Thomas, M.D., F.R.S., Manchester. Experiments and observations on the waters of Buxton and Matlock in Derby shire. Phil. Trans., 1772, 62, p. 455.
Arts, Warrington 1740 † 1804 Manchester, arts te Manchester, lid van de Royal Society.
Dranken. 1593 Persio, Anton. Del bever caldo costumato degli antichi Romani, Venez. 1593 in 8.
Thee. 1685 Petiti, Petri, medici fac. Monspeliensis. Thea, seu de sinensi herba Thee carmen ad Huetium. Lips. 1685 in 4. (Cit. door Haller).
Tabak. 1756 Petitmaitre, Sig. Neostadensis. Dissertatio medica de usu et abusu nicotianae. Basileae, Decker 1756, 18 pp.
Melk. 1786 Petit-Radel. Essai sur le lait considéré médicalement, Paris, 1786.
Voeding. 1592 Petronio, Alexandro. Del viver delli Romani et di conservar la sanita. In Roma, Basa 1592 in 4.
Voeding. 1581 Petronius, Alexandrus. De victu Romanorum et de sanitate tuenda libre quinque. Ad Gregorium XIII. Pont. opt. max. His accessere libelli duo De aluo sine medicamentis mollienda. Romae, 1581 in fo, 340 pp.
Water. 1713 Petzius C.F.G. De aquis medicatis Burgbernheimensibus. Neustadio, 1713 in 4.
Voeding. [1549 Pictorius]. De tuenda sanitate tractatus VII. Rerum sex, quas non naturales Medici vocant (ut sunt aer, cibus et potus, motus et quies, sommus et vigilia, inanitio et repletio, ac denique animi passiones) serie, succincte clarissimorum Autorum suffragiis conscripti. In quibus etiam de simplicium, quorum ad vitam humanam sustentandam magnus est usus, natura et viribus exacte disseritur. His accedunt quoque alii duo, quorum Argumenta versa pagella narrantur. Adiectus est omnium hic contentorum Elenchus copiosus. Autore Georgio Pictorio Villingano doctore medico. Basileae, per Henrichum Petri, Anno MDXLIX. (13.5 × 9.1 cm., (22) + 110 pp., Bibl. Univ. Gent Acc 6484).
Daarin aanteekeningen over drinkwater, de baden, vleesch, kaas, bier, dronkenschap, melk, brood, tarwe, wijn. | |
[pagina 303]
| |
Voeding. [1554 Pictorius]. Tuendae Sanitatis ratio, VII. Dialogis, per sex rerum (ut medici vocant) non naturaliū ordinē, quae sunt, aër: cibus, potus: motus, quies: somnus, vigilia: repletio, inanitio: animi passiones: ex summorum medicorum sententia nunc denuo exactissime conscripta: et per autorem, quod cum ad alia, tum potissimum simplicium facultatem attinet, locupletior reddita. Et haec omnia breviter summatim per epilogum seu epitomen ob oculos posita: id quod prior editio non habebat. Quibus accedunt antea non impressa, succisinarum lectionum IX dialogi, lectu et utilia et iucunda tractantes. Praeterea, conviviorum libri III conjungentes quoq; utile dulci. Cum copioso omnium quae in toto hoc volumine continentur, indice. Autore Georgio Pictorio Villingano, apud Regiam curiam Ensishemij superioris Alsatiae archiatro Basileae. (15.5 × 9.5 cm., (16) + 288 + (32) pp., Bibl. Univ. Gent Acc 12434).
Het jaar van de uitgave vindt men op de laatste bladzijde van de inhoudstafel: Basileae, per Henricum Petri, anno MDLIIII. Werk van den zelfden inhoud als de uitgave 1549; het bevat echter 7 + 9 dialogen, en conviviorum libri duo, terwijl de uitgave 1549 slechts 9 dialogen inhoudt,
Voeding. 1557 Pictorius. Les sept dialogues de Pictorius, traictans la maniere de contregarder la santé. Paris, Gourbin, 1557 in 8.
Voeding. 1559 Pictorius. Sermonum convivalium libri X. Et ebrietatis in exilium relegatae threnodia. Basileae 1559.
Voeding. [1558 Piemontois]. Die secreten van den eerweerdighen Heere Alexis Piemontois. Inhoudende seer excellente ende wel gheapprobeerde remedien, teghen veelderhande crancheden, wonden ende andere accidente: Met die maniere van te distilleren, perfumeren, confituren maken, te verwen, coleuren, ende gisten. Uut den Françoyse ouergheset. Tantwerpen, By Christoffel Plantijn, in den gulden eenhooren. 1558. Met privilegie. (14.4 × 9.3 cm., 189 fos + (18) pp., Kon. Bibl. Brussel II 25934 en II 19627).
Het boekje bevat zes deelen vooral met raadgevingen en geneesmiddelen. In het 3e boek vindt de lezer aanteekeningen over suikergoed, honig, geconfijte vruchten. Het privilegie is geteekend uit Brussel, 6 october 1557. Het werk wordt opgedragen aan prins Emanuel Philibert door Christoffel Plantijn, terwijl daarna de auteur in lange bewoordingen zich tot den lezer richt, om hem onder meer te zeggen dat ‘ick in so veel iaren | |
[pagina 304]
| |
met so grootē moegten, met so veel reysen, met so grootē oncostē, en̄ neerstige studeringē vercregen hebbe.’
Voeding. 1561 Piemontois. Secreton. Inhoudende excellente remedien teghen veel-derhande cranckheden, wonden ende andere accidenten: met de maniere van te distilleren, perfumeren, confituren maken, te verwen, coleuren ende gieten, Thantwerpen, Christ. Plantyn 1561.
Voeding. [1562 Piemontois]. Dye Secreten van den Eerweerdighen Heere Alexis Piemontois. Inhoudende seer excellente en̄ wel gheapprobeerde Remedien, tegen veelderhande crancheden, wonden, en̄ andere accidenten. Met de maniere vā te distilieren, perfumeren, confituren maken, te verwen, colueren, ende ghieten. Wt den Françoise ouerghesedt, Gheprint Thantwerpen, by my Peeter van Keerberghen. Anno MDLXII (12.8 × 7.5 cm., (8) pp. + 174 fos + (28) pp., Bibl. A.J.J.V.).
Evenals het boekje, te Antwerpen door Plantyn in 1558 uitgegeven bedraagt dit werk zes deelen waarvan het derde met aanteekeningen over levensmiddelen. Het privilegie is geteekend uit Brussel, 6 october 1557, zooals voor de uitgave 1558.
Voeding. [1658 Piemontois]. Veelderhande treffelijcke secreten Van den Vermaerden Heer Alexis Piemontois; Inhoudende seer excellente ende wel gheapprobeerde remedien, tegen veelderhande kranckheden, wonden ende andere accidenten: Met de maniere van distilleren, perfumeren, confituren maecken, te verwen, coleuren ende gieten. t' Amtelredam. By Gerrit Willemsz Doornick, Boeck-verkooper op de Singel by Jan Roon-poorts Toorn, in 't Groot kantoor-boeck. 1658. (12 × 6.6 cm., 401 + (22) + 246? + (20)? pp., Bibl. Univ. Gent 194 H 28):
Het boek bevat twee deelen, waarvan het eerste met de zes boeken van de uitgave Antwerpen 1558. Het 2e deel dat daaraan wordt gevoegd is een voortzetting der secreten met allerlei bereidingswijzen van geneesmiddelen en huishoudelijke producten. Aan het exemplaar ontbreken de pp. na 246 van het 2e deel en de eerste pp. van de tafel.
Voeding. [1670 Piemontois]. Veelderhande Secreten Van den Vermaerden Heer Alexis Piemontois. Inhoudende seer excellente ende wel gheapprobeerde remedien, teghen veelderhande kranckheden, wonden ende andere accidenten: met de maniere van distilleren, perfumeren, confituren maecken, te verwen, coleuren en te gieten. Desen lesten Druck grootelijcks verbetert ende vermeerdert. t' Amsterdam, By Gerrit Willemsz. 1670. | |
[pagina 305]
| |
Men vindt-se te coop t' Antwerpen By Joseph Jacops. (12.9 + 7.5 cm., 357 + (29) + 215 + (22) pp., Bibl. A.J.J.V.).
Twee deelen waarvan het eerste de zes boeken bevat van de vroegere uitgaven. Het 2e deel dat zooals in de uitgave van 1658 de voortzetting der secreten bevat, begint met den titel:
Tweede deel Van de Veelderhande treffelijcke Secreten, Der Vermaerden Heer, Alexis Piemontois; Die hy by een heeft vergadert ende ghetrocken uyt veel goede en excellente Autheurs. Ende is Over-gheset uyt de Francoysche in onse ghemeene Nederlandtsche Duytsche Spraecke.
Water. 1787 Pilhes, M. (Montpellier), Traité analytique des eaux thermales d'Ax et d'Ussat. Pamiers, Larroire, 1787.
Chocolade. 1631 Pinelo, Ant. de Leon. Question moral si el chocolate quebranta et ayuno ecclesiastico. Madrid, Goncalez, 1636, in 4.
Antonio de Leon et Pinelo, letterkundige, geboren in Peru, einde van de 16e eeuw, die zich in Spanje kwam vestigen en aldaar tusschen 1672 en 1680 overleed. Hij verzamelde talrijke inlichtingen over bestuurszaken en wetgeving betreffende Indië.
Water. 1743 Pinot, Jean Marie (Bourbon Lancy). Dissertation sur les eaux minerales de Bourbon-Lancy, 1743 in 12.
Voeding. 1586 Pisanelli. Trattato della natura de cibi et del bere. Venetia, Gio Alberti, 1586, in 4, 152 pp.
Andere uitgaven: Venetia 1584, Venetia Batt. Uscio 1587 in 4, Venetia 1619; Torino 1612, 1620, 1649; Latyn 1593, 1614, 1662 Brussel, Osnabrug 1677; Fransch, Arras 1596.
Voeding. [1611 Pisanelli]. Trattato della natura de cibi et del bere. Del sig. Baldassare Pisanelli medico Bolognese. Nel quale non solo tutte le virtu, & vitis di quelli minutamente si palesano, ma anco i rimedii per correggere i loro difetti copiosamente s'integnano, tanto nell' apparecchiarli per l'uso, quanto nell' ordinare il modo di niceuerli. Distinto in un vago, e bellissimo partimento, tutto ripieno della Dottrina de' piu celebrati Medici, & Filosofi, con molte belle Historie Naturali. In Venetia, MDCXI. Appresso Domenico Imberti. (14.2 × 9.5 cm., 180 + (2) pp., Kon. Bibl. Brussel II 39558). | |
[pagina 306]
| |
Voeding. 1614 Pisanelli. De esculentorum potulentorum Liber unus. Herbonae Nassoviorum 1614 in 8.
Pisanellus was arts te Bologne in het midden van de 15e eeuw.
Voeding. [1662 Pisanelli]. Balthasaris Pisanelli doctoris medici Bononiensis de alimentorum facultatibus Libellus aureus. Bruxellis, Typis Francisci Foppens, sub signo S. Spiritus. M. DC. LXII. (12.6 × 7.4 cm., (4) + 298 + (5) pp., Kon. Bibl. Brussel III 17450, Bibl. Univ. Gent Me 3315).
Het boek bevat voor een aantal voedingsmiddelen, benevens de practische, ook de wetenschappelijke inlichtingen. Zelfde inhoud als de Italiaansche uitgave Venetia 1611.
Voeding. [1596 Pisanelli]. Traicté de la nature des viandes et du boire: avec leurs vertus, vices, remedes, et histoires naturelles: Utile et delectable à tout bon esprit. De l'Italien du Docteur Baltazar Pisanelli mis en nostre vulgaire, par A.D.P. A Arras, chez Gilles Bauduyn Marchand libraire, au Missel d'or. MD. XCVI (12.9 × 7.3 cm., (16) + 240 + (8) pp., Bibl. Univ. Gent Med 3316).
Water. 1678. Pitton, J.S. Les eaux chaudes de la ville d'Aix. Aix, David, 1678, in 8.
Jean Scolastique Pitton, 1621 † 1689, geneeskundige te Aix, die zich ook op de studie van de geschiedenis toelegde.
Van den landbouwkundige Plaigne verscheen een studie over den wijn waarvan de eerste in 1772 het dag zag en die onder verscheidene titels later werd uitgegeven.
Wijn. 1772 Plaigne. Dissertation sur les vins. Paris 1772.
Wijn. 1781 Plaigne. L'art d'ameliorer et de conserver les vins. Paris, Lamy, 1781.
Wijn. 1782 Plaigne. L'art de faire, d'ameliorer et de conserver les vins ou le parfait vigneron. Nouvelle édition. Paris, Lamy, 1782 in 12, VIII + XVI + 348 pp.
Wijn. 1783 Plaigne. L'art d'ameliorer et de conserver les vins. Turin 1783. | |
[pagina 307]
| |
Wijn. [1785 Plaigne]. L'art de faire, d'ameliorer et de conserver les vins ou le parfait vigneron; contenant La meilleure manière de les préparer, de prevenir et de remédier aux alterations auxquelles ils sont sujets, & de reconnoître ceux qui sont frelatés. Ouvrage suivi d'un Recueil d'environ 130 Recettes nécessaires à ceux qui veulent faire voyager ou garder longtemps toutes sortes de vins, tant de France que d'Espagne, de Canarie, du Rhin, de Malaga, de Gascogne, de Malvoisie, &. Nouvelle Edition, revue, corrigée et considérablement augmentée par M. P***, Agronome. A Liége, chez F.J. Desoer, Imprimeur-Libraire, sur le Pont-d'Isle, à la Croix d'or. M. DCC. LXXXV. (18.1 × 11 cm., XXIV + 258 pp., Kon. Bibl. Brussel. II 60543).
De schrijver is nog onder den invloed van de gedachten van Stahl en geeft deze bepaling van de gisting: ‘Ce philosophe l'a définie un mouvement intestin, imprimé par un fluide aqueux à un composé d'un tissu lache qui divise les parcelles de ce composé, les expose à des chocs très multipliés, & les résoud en leurs principes, dont ils forment de nouvelles combinaisons.’
Voeding. 1480 Platina. De honesta voluptate et valetudine. Cividale de Friouli 1480, in 4, 93 ff.
Bartholomaeus of Rudolphus Bartholomaeus Saccus of de Sacchis of de Sicchi, noemde zich zelf Baptista Platina, werd geboren te Piadena bij Cremona in 1421; hij werd in 1475 bibliothecaris van het Vaticaan en stierf van de pest te Rome in 1481. Van zijn boek De honesta voluptate worden uitgaven genoemd: Venetië 1475, Parijs 1567. Van De Tuenda valetudine, natura rerum worden genoemd: Venetiis 1503, Argentina 1517, Coloniae 1529, Parisiis 1530 en 1538, Lyon 1548, Augspurg 1530 en 1542, Strassburg 1530, Venetia 1487, 1494.
Tabak. 1727 Plaz, Ant. Wilh. De tabaco sternutatorio. Lipsiae 1727 in 4; 2e uitgave Lipsiae 1733 in 4.
Koffie. 1733 Plaz, Ant. Wilh. De potus coffeae abusu, catalogum morborum augente. Lipsiae 1733 in 4.
Voeding. 1784 Plenck J.J. Bromatologia seu doctrina esculentis et potulentis. Vienna 1784 in 8. | |
[pagina 308]
| |
Voeding. [1797 Plenck]. Josephi Jacobi Plenck, Chirurgiae Doctoris, Chemiae, Anatomes atque Botanices Professoris publici, ordinarii in Academia chirurgica militari, nec non Directoris pharmacopoearum militarium atque chirurgi status militaris supremi. Bomatologia seu doctrina de Esculentis et Potulentis. Non aër, non pontus non terra, denique cuncta sufficiunt nostrae vix alementa gulae. Lovanii, Typis J.M. Van Overbeke, in platea vulgo rue de Monnoie (1797). (18 × 11.3 cm., 352 + (8) pp., Bibl. Univ. Gent med 503, med 37231).
Het werk bevat een groot aantal technische woorden in het Latijn met de Duitsche vertaling. De levensmiddelen, van dierlijken en van plantaardigen oorsprong worden in korte aanteekeningen besproken. Jozef Jac. Plenck, geboren te Weenen in 1738 en aldaar overleden in 1807, hoogleeraar te Weenen op de gebieden chemie, plantkunde en heelkunde.
Water. 1735 Poellnitz. Amusement des eaux de Spa. Ouvrage utile à ceux qui vont boire ces eaux minerales sur les lieux. 2e Ed. Amsterdam 1735 in 8.
Voeding. [1694 Pomet]. Histoire generale des drogues, traitant des Plantes, des Animaux & des Mineraux; Ouvrage enrichy de plus de quatre cent Figures en Taille-douce tirées d'après nature; avec un discours qui explique leurs differens Noms, les Pays d'où elles viennent, la manière de connoître les Véritables d'avec les Falsifiées, et leurs proprietez, où l'on découvre l'erreur des Anciens et des Modernes; Le tout tres utile au Public. Par le Sieur Pierre Pomet, Marchand Epicier et Droguiste. A Paris, chez Jean-Baptiste Loyson, & Augustin Pillon, sur le Pont au Change, à la Prudence. Et au Palais, chez Estienne Ducastin, dans la Gallerie des Prisonniers, au bon Pasteur. Avec Approbations et Privilege du Roy. M.DC.XCIV. (Portret, (10) + 304 + 108 + 116 + (37) pp., Bibl. Univ. Gent Me 428).
Het boek, met een portret van Pomet op 35-jarigen leeftijd, wordt opgedragen aan Fagon, en bevat 3 deelen, het eerste van 304 pp. over plantaardige producten, het tweede over dierlijke, het derde over minerale producten.
Voeding. [1735 Pomet]. Histoire generale des drogues, simples et composées, Renfermant dans les trois classes des Vegetaux, des Animaux et des Mineraux, tout ce qui est l'objet de la Physique, de la Chimie, de la Pharmacie, & des Arts les plus utiles à la société des Hommes. Ouvrage enrichi de plus de quatre cens Figures en Taille-douce, tirées d'après nature, | |
[pagina 309]
| |
avec un Discours qui explique leurs differens noms, les Pays d'où elles viennent, la maniere de connoitre les veritables d'avec les falsifiées, & leurs proprietés; où l'on découvre l'erreur des Anciens & des Modernes. Par le Sieur Pomet, Marchand Epicier et Droguiste. Nouvelle Edition, corrigée et augmentée des Doses, & des Usages, Par le Sieur Pomet fis, Apotiquaire. Tome premier. A Paris, chez Etienne Ganeau et Louis-Etienne Ganeau fils, Libraires, ruë Saint Jacques, aux Armes de Dombes. M.DCC. XXXV. Avec Approbation et Privilège du Roi. (25.5 × 19.8 cm., XVIII + 306 + (14) pp., Bibl. A.J.J.V., Kon. Bibl. Brussel VB 4062). Id. Tome second. (... 406 + (13) pp....).
In het 1e boekdeel worden besproken: zaden en graansoorten, vruchten, specerijen; in het 2e boekdeel gomsoorten. Pierre Pomet, Parijs 1658 en aldaar † in 1699, opende een handel in drogerijen waarover hij een groote ervaring verkreeg. Zijn Histoire des drogues werd vertaald in het Engelsch en in het Duitsch.
Alcohol. 1755 Poncelet. Chimie du gout et de l'odorat. Paris, Lemercier 1755 in 8.
Alcohol. [1766 Poncelet]. Chymie du gout et de l'odorat, ou principes Pour composer facilement, & à peu de frais, les Liqueurs à boire, & les Eaux de senteurs. Avec figures. Ne quid nimis. Terence. A Paris, chez Pissot, Libraire, à l'entrée du Quai de Conti, à la Sagesse. M.DCC.LXVI. Avec Approbation, et Privilege du Roi (17.6 × 11 cm., XXVI + 390 pp., Bibl. Univ. Gent chim. 368).
Alhoewel het boek daarvan geen vermelding bevat, wordt het Polycarpe Poncelet, pater Polycarpe, toegeschreven, geboren te Verdun, die zich in de 18e eeuw op de landbouwkunde toelegde. Het werk is verdeeld in vier stukken: de grondregels, de uittreksels, de welriekende producten, een lijst van voortbrengselen in alphabetische orde gerangschikt.
Alcohol. 1774 Poncelet. Nouvelle chimie du gout et de l'odorat. Paris, Pissot, 1774 in 8.
Men noemt ook een uitgave te Versailles en Paris, Delalain, an VIII (1800), 2 vol. in 8. | |
[pagina 310]
| |
Meel. 1776 Poncelet. Memoire sur la farine. Londres et Paris, Pissot, 1776 in 8, 80 pp.
Graan. 1779 Poncelet. Histoire naturelle du froment, des maladies du blé, etc., Paris, Desprez, 1779, in 8.
Voeding. [1584 Pontanus]. Tractatus de alimentis cujusque generis, Jo. Bap. Pontani, advocati romani. In: Tractatus illustrium... Juriscontultorum... Tomi VIII. Pars I. Venetiis MDLXXXIIII (42 × 27 cm., fo 445 tot fo 455, Bibl. Univ. Gent J 3211).
Er wordt ook een uitgave genoemd: Coloniae Agrippinae, Gymnicus, 1595, kl in 8, 2 fo + 332 pp. De verhandeling is verdeeld in 20 hoofdstukken, met de volgende titels: alimentorium distinctio, de alimentis a patre debitis, de probatione filiationis, de inopia requisita ad effectum alimentorum, quibus de causis alimenta filiis iure denegentur, de renunciatione alimentorum, de qualitate alimentorum, de alimentis a matre debitis, de alendis parentibus, de fratre et sorore alendis, de alimentis undique en charitate debitis, de alimentis praeteritis, de alimentis litis, de reciproca alimentatione conjugum, de alimentis viduarum, de alimentis debitis ex contractu, de alimentis debitis ex ultima voluntate, de alimentis dividuis & individuis, in quibus differant alimenta debita ex judicis officio, de repetetione alimentarum. Het werk is van juridischen aard.
Voeding. [1655 Porphyrius]. (Grieksche tekst). Porphyrii philosophi Pythagorici De abstinentia ab animalibus necandis Libri quatuor. Ex nova versione: Cui subjiciuntur notae breviusculae. Ejusdem liber De vita Pythagorae: & Sententiae ad intelligibiliae ducentes: De antro Nympharum quod in Odyssea descributr Lucas Holstenius Hamburgens. Latine vertit. Dissertationem de Vita & Scriptis Porphyrii, & ad vitam Pythagorae observationes adjecit. Cantabrigiae: Ex celeberrimae Academiae Typographeo. Impensis Guil. Morden Bibliopolae. Anno Dom. 1655. (16.6 × 11.1 cm., 285 + (11) + 87 + (15) pp., Bibl. Univ. Leuven 4A 3788).
Het boek, in het Grieksch en in het Latijn, bevat de 4 deelen van de Abstinentia (pp. 1-180), een levenschets van Pythagora, de sententien van Porphyrius, en een overzicht van het leven en de werken van den philosoof Porphyrius. | |
[pagina 311]
| |
Voeding. [1767 Porphyrius] (Grieksche tekst). Porphyrii philosophi De abstinentia ab esu animalium Libri quatuor. Cum notis integris Petri Victorii et Joannis Valentini, Et interpretatione Latina Joannis Bernardi Feliciani. Editionem curavit & suas itemque Joannis Jacobi Reiskii Notas adjecit Jacobus de Rhoer. Accedunt IV. Epistolae de Apostasia Porphyrii. Trajecti ad Rhenum; Apud Abrahamum a Paddenburg, Bibliopolam, MDCCLXVII. (23.7 × 19.1 cm., (36) + 398 + (14) pp., Bibl. Univ. Leuven GA 36183).
De verhandeling de Abstinentia neemt pp. 1-380 in de twee Grieksche en Latijnsche talen. Porphyrius, neoplatonische philosoof, geboren in 233 te Batanea (Syrie), en overleden te Rome in 304. Zijn oorspronkelijke naam is Melek of Malchus waarvan Porphyrios de Grieksche vertaling is.
Voeding. 1684 Porchon, An. Les règles de la santé ou le veritable regime de vivre que l'on doit observer dans la santé et dans la maladie. Paris, Villery, 1684, in 12, XVI + 184 pp.
Tabak. [1677 De Prade]. Histoire du tabac ou il est traité particulièrement du tabac en poudre. Composée par Mr. De Prade. A Paris, chez M. Le Prest, ruë S. Jaques, à la Couronne de France. M.DC.LXXVII. Avec Privigele (sic) du Roy. (15.4 × 8.4 cm., (24) + 172 + (6) pp., Bibl. Univ. Gent HN 586).
Het boekje bevat 26 deelen. Schr. spreekt zich gewoonlijk gunstig uit over het gebruik van tabak.
Brood. 1676 Pourret, Petri. Ergo panis cerevisiae flore fermentatus salubris. Paris 1676 in 4. (Cit. door Haller).
Wijn. [1559 Praefectus]. Jacobi Praefecti, retini, philosophi, et medici siculi, de diversorum vini generum natura liber. Cum indice copiosissimo. Venetiis, Ex officina Jordani Zilleti, MDLIX. (15.6 × 9.1 cm., (14 pp.) + 56 fo, Bibl. Univ. Gent R 8532).
Er wordt een uitgave genoemd Roma 1536 in 8.
Voeding. 1752 de Preville, M.L. Methode aisée pour conserver sa santé jusqu'à l'extrême vieillesse fondée sur les loix de l'oeconomie animale et les observations pratiques des meilleurs medecins tant anciens que | |
[pagina 312]
| |
modernes. Trad. de l'anglais par M.L. de Preville. Paris, Prault, 1752 in 12, VIII + 509 + X pp.
Voeding. 1502 Priscianus Theodorus. Dieta Theodori Prisciani. In fine: de venetiis per simonem de luere, 1502 in 8.
Over de eigenschappen van de voedingsmiddelen handelen 19 hoofdstukken. Grieksche arts van de 4e eeuw, die waarschijnlijk aan het hof van Constantinopel gehecht was.
Voeding. [1610 Puteanus]. Eryci Puteani Comus, sive Phagesiposia cimmeria. Somnium: Secundo jam & accuratius editum. Lovanii, Typis Gerardi Rivii, clɔ. lɔ. CX. Cum Gratia & Privilegio. (15.2 × 9.5 cm., 205 pp., Kon. Bibl. Brussel VB 6987).
Voeding. [1611 Puteanus]. Eryci Puteani Comus, sive Phagesiposia cimmeria: Secundo jam & accuratius editum. Lovanii, Typis Gerardi Rivii. clɔ. lɔ. CXI. Cum Privilegio. (14.9 × 9.2 cm., 205 pp., Kon. Bibl. Brussel VB 7401).
Zelfde tekst en druk als 1610, maar met een ander titelblad:
Voeding. [1611 Puteanus]. Eryci Puteani Comus, Dat is Bras-Godt ofte Slemp-feeste der Cimmerianen, In ghedaente van eenen Droom. Uyt den Latyne in Neder-landtsche taele overgheset, door P.S. Tot Loven, By Philips van Dormael. M.DC.XI (14 × 8.5 cm., 176 pp., Kon. Bibl. Brussel II 40045).
Het boekje, zooals de Latijnsche uitgaven van 1610 en 1611 zijn opgedragen aan Christoffel van Etten Heere van Cauwerburch, en de opdracht is geteekend uit Leuven 20 Mei 1611. Schr. geeft een overzicht van de uitspattingen van den tijd, vooral op feestmalen. Tusschen den gewonen tekst vindt men talrijke stukken in verzen.
Voeding. [1613 Puteanus]. Comus, ou Banquet dissolu des Cimmeriens. Songe. Ou par une infinité de belles feintes, gayes, gentilles, & serieuses inventions, les moeurs dépravées de ce siecle (& principalement aux bâquets) sont doctement, naïvement, & singulierement décrites, reprises, & condamnées. Traduit du Latin d'Erycius Puteanus, conseiller des Serenissimes Archiducs, Professeur de leurs Altesses en l'Université de Louvain, & Historiographe du Roy Catholique. Par Nicolas Pelloquin. A Paris, | |
[pagina 313]
| |
chez Nicolas la Caille, rue sainct Jaques, aux deux Colomnes. M. DC. XIII. Avec Privilège du Roy, & des Serenissimes Archiducs de Flandres. (14.4 × 8.1 cm., (24) + 117 fo + (7) pp., Kon. Bibl. Brussel VB 6988).
Voeding. [1628 Puteanus]. Eryci Puteani Comus, sive Phagesiposia cimmeria. Somnium. Additi sunt ejusdem Autoris, Thyrsi Philotesïe, sive Amor Laconissans & Consolatio Caecitatis. Argentorati, Sumptibus Heredum Lazari Zetzneri, M. DC. XXVIII. (13.4 × 7.5 cm., (10) + 314 pp., Kon. Bibl. Brussel II 52112).
Voeding. 1630 Puteanus. Comus, sive Phagesiposia cimmeria. Somnium. Lugduni Batav. 1630, in 12, 144 + 103 + 14 pp.
Erycius Puteanus, of Vandeputte, ook Henri Dupuy, werd geboren te Venloo op 4 nov. 1574 en overleed te Leuven op 17 sept. 1646. Vriend van Justus Lipsius, was hij hoogleeraar te Milaan, en van af 1606 te Leuven.
N.B. - Dringend verzoek om verbeteringen en aanvullingen. |
|