| |
| |
| |
Vergadering van 16 October 1929.
Waren aanwezig de heeren: Prof. Dr. A.-J.-J. Vandevelde, bestuurder, Prof. Dr. J. Persyn, onderbestuurder, Dr. L. Goemans, bestendig secretaris;
de heeren Dr. L. Simons, G. Segers, Kan. Am. Joos, Is. Teirlinck, Frank Lateur, Prof. Dr. J. Mansion, O. Wattez, Prof. Dr. L. Scharpé, Prof. Dr. J. Vercoullie, Mr. Leonard Willems, Prof. Dr. A. Vermeylen, J. Jacobs, Prof. Dr. M. Sabbe, Mej. M.E. Belpaire, Prof. Dr. A. van Hoonacker en J. Salsmans, S.I., werkende leden;
de heeren Prof. Dr. Fr. Daels, Dr. J. van Mierlo, S.J. en Prof. Dr. J. van de Wijer, briefwisselende leden.
Lieten zich verontschuldigen: de heeren Prof. Dr. L. van Puyvelde, werkend lid, en Dr. J. Cuvelier, briefwisselend lid.
***
De Bestendige Secretaris leest het verslag van de September-vergadering; het wordt goedgekeurd.
| |
Aangeboden boeken.
Vervolgens legt de Bestendige Secretaris de lijst over van de boeken aan de Academie aangeboden:
Door het ‘Institut Historique Belge de Rome’:
Analecta Vaticano Belgica. Vol. X. Les collectories pontificales dans les anciens diocèses de Cambrai, Thérouane et Tournai au XIVe siècle, publiées par D. Ursmer Berlière, O.S.B.
| |
| |
Door de K. Universitetsbibliotheket, te Lund (Zweden):
Zur relativen Chronologie der Parallelbiographien Plutarchs, von Carl Stoltz.
Studier i Nyare Svensk Metrik av Einar Holmberg.
Walter Akerlund: Studier över Adjektiv- och Adverbbildningen, medelst Suffixen -liker och -lika i Fornsvenskan.
Door ‘Publications of the Institute of French Studies’ Colombia University, New York:
G.L. van Roosbroeck: Grotesques. Illustrations by J. Matulka.
Six nécropoles à incinération limitrophes de la Campine Anversoise, par Louis Stroobant.
| |
Aangekochte boeken.
Eerste en tweede Bundel van Aug. Vermeylen's Verzamelde Opstellen.
Verzamelde taalkundige opstellen, door Dr. C.G.N. de Vooys, 1e en 2e bundel.
Herman van Puymbrouck: Cyriel Buysse en zijn land.
| |
Mededeelingen door den Bestendigen Secretaris.
1o) Praag: Congres der Slavische Philologen. - Brief van 27 September, (den 30 ontvangen), waarbij de heer Minister van Kunsten en Wetenschappen, den Bestendigen Secretaris verzoekt, hem ‘op zijn laatst den 1n October’ te laten weten of er leden der Academie zijn die wenschen een officieele afvaardiging te bekomen om het Congres der Slavische Philologen, dat van 6 tot 13 October te Praag plaats heeft, bij te wonen.
2o) Afsterven van Prof. Karel van de Woestyne en Kan. Dr. J. Muyldermans. - Brief van 29 September, waarbij Prof. Dr. N. van Wijk zijn hartelijke deelneming betuigt ‘in de twee zware verliezen die de Academie binnen één maand geleden heeft’.
| |
| |
| |
Mededeelingen namens commissien.
1o) Bestendige Commissie voor Middelnederlandsche Taal- en Letterkunde. - De heer Prof. Dr. L. Scharpé, secretaris, legt verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden.
Waren aanwezig de heeren: Prof. Dr. J. Mansion, voorzitter, J. Jacobs, ondervoorzitter, Kan. Am. Joos, Is. Teirlinck, Dr. L. Goemans, Dr. L. Simons, Prof. Dr. J. Vercoullie, Mr. L. Willems, leden en Prof. Dr. L. Scharpé, lid-secretaris; alsook E.P. Van Mierlo, S.J., bijwonend lid.
Aan de dagorde staat:
1o) Verkiezing van Voorzitter, Ondervoorzitter en Secretaris der Commissie, voor 1930-1931 (12e Bestuur).
Worden verkozen: tot Voorzitter, J. Jacobs; tot Ondervoorzitter, Kan. Am. Joos; tot Secretaris, Prof. Scharpé.
2o) Arnout en Willem. - Lezing door Dr. J. van Mierlo, S.J.
E.P. Van Mierlo zet zijn lezing voort over het Arnout-Willem-probleem. Hij behandelt de vroeger door hem aangevoerde argumenten voor Arnout's oorspronkelijkheid, in het licht zijner vorige studie en tegen gemaakte opwerpingen.
Voorts behandelt hij de theorie van het dubbel auteurschap. Hoe anders het verschil van behandeling der stof in het eerste tegenover het tweede gedeelte verklaren?
Wie het dubbel auteurschap aanneemt, zal gereedelijk dan ook het oorspronkelijk karakter van het eerste gedeelte kunnen aannemen, dat onvoltooid gebleven, door den tweeden auteur bijgewerkt werd. Zoo gebeurde het ook met den Walewein van Penninck en Vostaert. Zoo bleef de Eneït van Veldeke, door een toeval, jarenlang onvoltooid. Onwaarschijnlijk is dat, zoo de eerste auteur vertaalde, hij zijn vertaling niet zou hebben afgewerkt: een 300-tal verzen van de Fransche branche.
Het aandeel van Arnout en Willem: E.P. Van Mierlo
| |
| |
meent dat Willem het onvoltooid gebleven gedeelte ook in zekere mate omgewerkt zal hebben, om er zijn eigen voortzetting bij aan te sluiten; de ongelijke verhouding van het anthropomorphisme in de twee gedeelten, waarvan het tweede onder den invloed van het Fransch gedicht stond, is aldus best te begrijpen.
Aan de echtheid van de vermelding van Arnout in den Proloog valt niet te twijfelen, en de emendatie, zelfs: Die Perrot hevet volscreven, baat niet. Arnout valt niet uit te schakelen als mede-auteur; en de hypothese, dat Arnout enkel de auteur zou zijn van een ander, ouder, nu verloren Reinaert-gedicht, biedt geen voldoende waarschijnlijkheid; ook na de argumenten van den heer Delbouille, is het niet mogelijk de ‘vite’ op te vatten als het verloren werk van Arnout.
De onmogelijkheid eindelijk, om v. 6 van den Proloog te schrappen, pleit voor de oorspronkelijkheid van het onvoltooide Arnout-gedicht. Volstrekte zekerheid bestaat totnogtoe niet in dit even moeilijke als belangrijke vraagstuk.
De heer L. Willems werpt op, in verband met de verhouding tusschen den Isengrinus en de Fransche branches, dat de vraag wellicht verkeerd gesteld wordt: er bestaan redenen om aan te nemen dat de Fransche branches teruggaan op een vroeger Fransch archetype van 1145 ongeveer; indien dat blijkt, zal moeten onderzocht worden in hoeverre onze Reinaert van dat archetype afwijkt, waarover hij, daartoe verzocht door de Commissie, een eigen lezing belooft te houden.
De Commissie besluit tot opneming van de lezing van E.P. Van Mierlo in de Verslagen en Mededeelingen.
2o) Bestendige Commissie voor nieuwere Taal- en Letterkunde. - Prof. Dr. M. Sabbe, secretaris, legt verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden.
Waren aanwezig de heeren: G. Segers, voorzitter, O. Wattez, ondervoorzitter, Is. Teirlinck, Dr. L. Simons, Frank Lateur, Prof. Dr. L. Scharpé, Prof. Dr. A. Vermeylen, Prof. Dr. J. Persyn, leden, en Prof. Dr. M. Sabbe, lid-secretaris.
| |
| |
Aan de dagorde staat:
1o) Verkiezing van Voorzitter, Ondervoorzitter en Secretaris der Commissie, voor 1929-1930 (22e Bestuur).
De heer O. Wattez wordt tot voorzitter, en de heer F. Lateur tot onder-voorzitter verkozen. De heer M. Sabbe wordt opnieuw tot secretaris aangesteld.
2o) De legende van de marteldood der H. Dimphna in de dichtkunst (16e en 17e eeuw), door Dr. A. van Doninck, ter opneming in de Versl. en Meded. aangeboden.
De verslaggevers, M. Sabbe en F. Lateur, zijn van oordeel, dat de ingediende bijdrage door den auteur dient herzien en dan opnieuw ter beoordeeling kan aangeboden worden.
3o) Helmontiana, II. - Prof. Dr. A.-J.-J. Vandevelde, deelt belangwekkende bijzonderheden mede over J.-B. van Helmont en vooral over zijn zoon Franciscus Mercurius, die zonder zoo hoog te staan als zijn vader, toch een figuur van werkelijke beteekenis was.
Verder besprak Prof. A.J.J. Vandevelde de werken: De magnetica vulnerum curatione, - Supplementum de Spadanis fontibus, - Febrium doctrina inaudita, - Opuscula medica inaudita, verschenen gedurende J.B. Van Helmont's leven, en Ortus medicinae en Opera omnia, na den dood van den schrijver door zijn zoon Franciscus Mercurius uitgegeven.
De Commissie besluit tot de opneming van deze bijdrage in de Verslagen en Mededeelingen.
4o) De moderne spelling van onze gemeentenamen.
De bespreking van dit vraagstuk wordt ingeleid door Prof. Dr. H.J. Van de Wijer. Hij herinnert aan het voorstel van de Commissie voor Toponymie en Dialectologie, aangesteld door de toenmaligen Minister C. Huysmans. Het komt er op neer de plaatsnamen in de De Vries en Te Winkel-spelling om te zetten en in alle officiëele stukken te doen gebruiken. De heer H.J. Van de Wijer stelt voor, dat de Commissie zich ten gunste van dien maatregel zou uitspreken.
Na een gedachtenwisseling, waaraan deel namen de heeren Prof. J. Mansion, Is. Teirlinck, G. Segers, Mr. L. Willems en
| |
| |
Prof. Van de Wijer, wordt door de Commissie de volgende motie gestemd:
De Commissie voor Nieuwe Taal- en Letterkunde, na uiteenzetting van het voorstel van de Commissie voor Toponymie en Dialectologie de officiëele Nederlandsche spelling toe te passen op de Vlaamsche gemeentenamen, drukt den wensch uit dat de Koninklijke Vlaamsche Academie haar instemming met dit principe zou betuigen en tot de Regeering het verzoek zou richten de moderne spelling der plaatsnamen in alle staatsdiensten in te voeren.
| |
Dagorde.
1o) Lidmaatschap der Academie. - Verkiezing van twee werkende leden tot vervanging van de heeren. Prof. Karel van de Woestyne en Kan. Dr. J. Muyldermans, beiden overleden. Worden verkozen: Prof. Dr. Frans Daels, briefwisselend lid te Gent, en Mr. J. Muls, briefwisselend lid te Antwerpen. De uitslag van de verkiezing zal aan den Heer Minister van Kunsten en Wetenschappen worden medegedeeld met verzoek hem ter bekrachtiging aan Z.M. den Koning te willen voorleggen.
2o) Lezing door Prof. Dr. A.-J.-J. Vandevelde, bestuurder: Het oneindig Kleine. - Op voorstel van den Heer Persyn, onderbestuurder, beslist de vergadering dat de lezing in de Verslagen en Mededeelingen zal opgenomen worden.
|
|