Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1926

[p. 191]

Vergadering van 17 Maart 1926

Waren aanwezig: Prof. Dr. L. Scharpé, bestuurder, Prof. Dr. A. Vermeylen, onderbestuurder, Dr. L. Goemans, bestenlige secretaris;

de heeren: K. de Flou, Dr. L. Simons, Kan. Dr. J. Muyi.-dermans, Kan. Am. Joos, Is. Teirlinck, Frank Lateur, Prof. Dr. J. Mansion, O. Wattez, Prof. Dr. L. van Puyvelde, Prof. J. Vercoullie, Mr. Leonard Willems, Prof. Dr. A.J.J. Vandevelde, J. Jacobs, Prof. Karel van de Woestyne, Mej. M.E. Belpaire en J. Salsmans, werkende leden;

de heer Aloïs Walgrave, briefwisselend lid.

Lieten zich verontschuldigen: de heeren G. Segers en Prof. Dr. M. Sabbe, werkende leden.

_**_*

Bestuur der Academie. - Bij brieve van 17 Februari laat de heer Minister van Wetenschappen en Kunsten aan de Academie drie afschriften geworden van het Koninklijk Besluit van 30 December 1925 (Staatsblad van 19 Februari 1926), waarbij de verkiezing wordt goedgekeurd van de HH. Scharpé en Vermeylen, wederkeerig tot bestuurder en onderbestuurder der Academie voor het jaar 1926.

Aangeboden boeken

Door de Regeering:

Rapports relatifs à l'exécution de la loi..... sur la réparation des dommages résultant des Accidents du travail pendant les années 1921-1922-1923.

Revue belge des livres, documents et archives de la guerre 1914-1918. Septembre-décembre 1925.

Annuaire de l'Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique. 1926. 92^e année.

Bulletijn der Maatschappij van Geschied- en Oudheidkunde te Gent. 27^ste en 28^ste jaar, N^rs 2-3; 29^e jaar; 30 en 31^ste jaar, N^r 1-2; 32^ste j. N^r 1; 33^e jaar.

Handelingen id. Dl. XVI, 2^de afl. en Dl. XVII, 1^ste afl.

Revue Néo-Scolastique, N^o 9; février 1926.

[p. 192]

Door de Koninklijke Akademie van Wetenschappen te Amsterdam:

Jaarboek 1924-1925.

Verhandelingen. Afdeeling Letterkunde. Nieuwe reeks. Dl. XXIV, N^o 2: Das Srautasutra des Apas tamba. Achtes bis fünfezhntes Buch aus dem Sanskrit übersetzt, von W. Caland. - Dl. XXV, N^o 1 Phonetische beschrijving van de klanken der Schiermonnikoogsche taal, door L.P.H. Eijkman. - Dl. XXV, N^o 2: Arabic New-Year and the Feast of Tabernacles, by A.J. Wensinck

Mededeelingen. Afdeeling Letterkunde. Dl. 57, Serie A, N^rs 1-6: Dl. 58, N^rs 1-8.

Door de Rijksuniversiteit te Groningen:

Jaarboek 1924-1925.

De volgende proefschriften:

Borleffs (J.G.P.), De Tertulliano et Minucio felice.

Fabriek (P.), La Construction Relative dans Chrétien de Troyes.

Heemstra (Joh.), Ueber den Gebrauch der Attributiven Partizipial-Konstruktionen in der niederländischen und hochdeutschen Proza.

Huizenga (K), Groningen en de Ommelanden onder de Heerschappij van Karel van Gelder (1514-1536).

Knap (H.W.), Subrogatie en verhaal op medeschuldenaren.

Meijer (W.), Pyrazolonen.

Post (V.-W.), Les tentatives de Réforme orthographique du Père Monet, S.J.

Door de Maatschappij voor Nederlandsche Letterkunde te Leiden

Tijdschrift voor Nederlandsche Taal- en Letterkunde. Dl. 44, Afl. 2-4.

Handelingen en Levensberichten 1924-1925.

Door het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen te Middelburg:

Archief. Vroegere en latere mededeelingen voornamelijk in betrekking tot Zeeland. 1925.

Door de ‘Société historique et archéologique dans le Limbourg à Maestricht’:

Publications. Tome LXI. Quatrième série. Tome VI, 1925.

Door de Bibliotheek der Gemeente Rotterdam:

Lijst der Aanwinsten. N^o 30, 31 Dec. 1925.

Door het ‘Smithsonian Institution’ te Washington:

Annual Report of the Board of Regents of the Smithsonian Institution, showing the operations, expenditures, and condition of the Institution for the year ending June 30, 1923, 1924.

Door de ‘Kungl. Universitetets i Uppsala Bibliothek’:

English place-names and rivernames containing the primitive Germanic roots vis, vask. An essav on comparative place-name study by R.E. Zachrisson.

Door de Académie des Sciences de Russie:

Bulletin. 1923, I-18; 1925, 12-17: 1926, 1-2.

Door de ‘Société d'Emulation’:

[p. 193]

Chartes anciennes de l'Abbaye de Zonnebeke, par la chanoine C Callewaert, president du Grand Séminaire de Bruges.

Door Dr. L. Goemans, bestendig secretaris:

Lingua. Een beknopt leer- en handboek van Algemeene en Nederlandsche taalkennis, meer bepaaldelijk bestemd voor leeraren en onderwijzenden in moderne en oude talen, door Dr. J.M. Hoogvliet.

Door Kan. Dr. J. Muyldermans, werkend lid:

Kardinaal Lavigerie herdacht, door Kan. Dr. J. Muyldermans, leger-aalmoezenier.

Door den E.H.A. Geerebaert S.J.:

Grieksche en Latijnsche Schooluitgaven. Grieksch leesboek met Inleidingen en Aanteekeningen door A. Geerebaert S.J. IV Thoekudides I^e deel: Tekst.

Door den heer P.Th. Justesen, te Banjoewangi (Java):

The Homeric ‘Noos’.

Le mot ‘Galimatias’.

Door den heer G. Sengers, hoofdschoolopziener, te Hasselt:

Virgilius in de Nederlanden of AEneas Heldendicht. Nederduytsche verkleedinge door Victor-Alexander-Christianus Le Plat, strekkende tot een skitze van onze tijd-geschiedenissen. Brussel, 1802.

Door de Redactie:

Abendland. Heft 6, 1. März 1926.

Mededeelingen door den Bestendigen Secretaris.

1^o) Geneeskundige Dienst bij het Leger. - Bij brieve van 26 Februari 1926, verzocht de heer Minister van Landsverdediging hem een driedubbele lijst voor te stellen van burgerlijke geneesheeren, die als ondervragers voor het Vlaamsch, zouden kunnen geroepen worden om deel uit te maken van de Jury, belast met het afnemen van het examen der militaire geneesheeren (Juni 1926) wat de practische Vlaamsche proef betreft.

Worden aangewezen de heeren: Prof. Dr. Fr. Daels, te Gent, Dr. Sano, te Gheel, en Dr. Terlinck, te Brussel.

2^o) Vijftigjarig Jubelfeest van de Société Scientifique de Bruxelles. - Brief van 13 Maart waarbij de ‘Société Scientifique de Bruxelles’ de Academie uitnoodigt zich te laten vertegenwoordigen op de plechtigheid van haar Vijftigjarig Jubelfeest. De heer Dr. L. Goemans, bestendig secretaris, wordt aangeduid om de Academie te vertegenwoordigen.

[p. 194]

3^o) Wetenschappelijke Vlaamsche Congressen. - Brief van 17 Maart, uitgaande van de Gezamenlijke Regelingscommissie der Wetenschappelijke Vlaamsche Congressen, waarbij gevraagd wordt dat de Academie zich officiëel zou laten vertegenwoordigen op de congressen (het XXIV^e voor Genees- en Natuurkunde, het XIII^e voor Rechtsgeleerdheid, het 8^e voor Philologie en het III^e voor Economische Wetenschappen) die den 10-11-12 April ek. te Gent zullen gehouden worden. De HH. Scharpé; bestuurder, Vercoullie en Willems, werkende leden, worden aangeduid om de Academie te vertegenwoordigen.

Mededeelingen namens commissien

1^o) Bestendige Commissie voor Geschiedenis, Bio- en Bibliographie. - De heer Prof. Dr. J. Mansion, secretaris, legt verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden.

Waren aanwezig de heeren: Mr. L. Willems, voorzitter, Prof. Dr. L. van Puyvelde, ondervoorzitter, K. de Flou, Kan. Dr. J. Muyldermans, Dr. L. Simons, Is. Teirlinck, Dr. L. Goemans, leden, en Prof. Dr. J. Mansion, lid-secretaris.

Aan de dagorde staat:

1^o) Nota's over den Sydrac: 1. Is Jan van Boendale de schrijver van den Sydrac? 2. De Sydrac als bron van den Lucidaris. - Lezing door Mr. L. Willems.

1. Tegen Nap. De Pauw's bewering dat de schrijver van den Sydrac Jan van Boendale zou geweest zijn, oppert spreker verschillende bezwaren. Het zwaarst weegt in dezen het feit dat Boendale verschillende malen in den Leekenspiegel den Sydrac als zijn bron aanhaalt, dat werk met lof noemt, als een boek dat hij gelezen heeft. Nergens echter laat Boendale vermoeden dat hij er de schrijver van zou kunnen zijn. Verder past de datum niet goed met dien van Boendale. De schrijver van Sydrac is een vijftigjarige, reeds versleten man naar eigen verklaring, en die veel gedicht, d.i. geschreven heeft. Daarentegen was Boendale rondom 1323 aan het begin van zijn werkzaamheid als schrijver.

2. De bron van de ‘Fontaine de toute science du philosophe Sydrac’. G. Paris had met behulp van E. Renan naar eene Oostersche bron van het genoemde werk gezocht, dat voorgeeft uit Boctrië (Bactriana), over Syrië en Spanje naar Frank-

[p. 195]

rijk gekomen te zijn en door verschillende vertalingen ten slotte in het Latijn en in het Fransch overgezet te zijn geweest. De Fransche geleerden vermoedden met eene vervalsching te doen te hebben maar konden die niet bewijzen. Mr. Willems is er in geslaagd het betoog te leveren. De Fra. Sydrac is bewerkt naar het Elucidarium van Honorius van Autun. De overeenkomst is in vele gevallen woordelijk of zoo treffend dat toeval uitgesloten is.

3. De Middelnederlandsche Lucidaris, die evenals de Sydrac naar het Elucidarium bewerkt is, gebruikt, gelijk de Leekenspiegel, den Antwerpschen Sydrac als zijne bron. Hiervan geeft spreker talrijke voorbeelden. Daar nu de Sydrac gedagteekend is van 1323 en de Lucidaris niet later dan 1353 kan geschreven zijn (een handschrift er van in 1353 was in het bezit van den Gentenaar Jan de Beer), is de datum van den Lucidaris door deze ontleeningen op dertig jaar na bepaald, tusschen 1323 en 1353.

De Commissie stelt voor deze lezing op te nemen in de Verslagen en Mededeelingen. - Aangenomen.

2^o) Bestendige Commissie voor het Onderwijs in en door het Nederlandsch. - De heer O. Wattez, wn. secretaris, legt verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden.

Waren aanwezig de heeren: Prof. Dr. A.J.J. Vandevelde, voorzitter, J. Jacobs, ondervoorzitter, Kan. Dr. J. Muyldermans, Kan. Amaat Joos, Dr. L. Goemans, Omer Wattez, Prof. Dr. L. van Puyvelde, Prof. J. Vercoullie, leden.

De heer G. Segers afwezig zijnde, zal de heer Wattez het ambt van secretaris waarnemen.

Aan de dagorde staat:

1^o) Bepalingen. - Lezing door Prof. Dr. A.J.J. Vandevelde.

Prof. Vandevelde heeft het over de bepalingen die, in den loóp der eeuwen, van de chemie werden gegeven. Al die bepalingen, gemaakt naar den toestand der wetenschap in de verschillende tijdperken, blijken nu onvolledig, of onjuist te zijn.

Vele dingen in de wetenschap laten zich moeilijk bepalen.

Daarom, zoo besluit spreker, moet de man der wetenschap zeer zuinig zijn met bepalingen, of ze maar geven wanneer de studeerenden in staat zijn deze te begrijpen. Bepalingen mogen aan het einde van het werk komen, niet aan 't begin.

[p. 196]

De Commissie stelt voor de lezing van Prof. Vandevelde op te nemen in de Verslagen en Mededeelingen. - Aangenomen.

Dagorde

Lezing door den heer Aloïs Walgrave, briefwisselend lid: Een Vlaming uit den Middelstand.

Op voorstel van den heer Bestuurder, beslist de vergadering dat de lezing in de Verslagen en Mededeelingen zal opgenomen worden.