| |
| |
| |
Vergadering van 17 December 1924
Zijn aanwezig: de heeren Mr. Leonard Willems, onderbestuurder, wn. bestuurder, en Dr. L. Goemans, bestendig secretaris;
de heeren: Dr. L. Simons, Gustaaf Segers, Kan. Dr. J. Muyldermans, Kan. Am. Joos, Is. Teirlinck, O. Wattez, Prof. Dr. L. van Puyvelde, Prof. Dr. L. Scharpé, Prof. J. Vercoullie, Prof. Dr. A. Vermeylen, Prof. Dr. A.J.J. Vandevelde, J. Jacobs, Prof. Karel van de Woestyne en Dr. J. Persyn, werkende leden.
Lieten zich verontschuldigen: Prof. Dr. J. Mansion, bestuurder en Karel de Flou, werkende leden; Prof. Dr. Frans Daels, en F.V. Toussaint van Boelaere, briefwisselende leden, en Prof. Dr. H. Logeman, buitenlandsch eerelid.
⋆⋆⋆
De Bestendige Secretaris leest het verslag over de November-vergadering, dat zonder aanmerkingen goedgekeurd wordt.
⋆⋆⋆
Afsterven van Prof. Ad. de Ceuleneer, werkend lid. - Bij brieve van 26 November berichtte de heer Pol de Ceuleneer aan de Academie het overlijden te Oude-God van zijn vader Prof. Adolf de Ceuleneer, werkend lid der Academie; de begrafenis heeft plaats gehad den Vrijdag 28 November, te 10 uur, te Oude-God. - De plechtigheid werd bijgewoond door den Heer Mr. Leonard Willems, onderbestuurder der Academie; de Bestuurder en de Bestendige secretaris waren belet, de eerste door ziekte, de tweede door dringende ambtsbezigheden.
De Heer Willems nam bij de begrafenis het woord uit naam der Koninklijke Vlaamsche Academie. Tot teeken van rouw werd de nationale vlag halfstok geheschen aan het Academiegebouw. Een brief tot kennisgeving van het overlijden werd aan de werkende en briefwisselende leden der Academie gestuurd.
Bij het openen der vergadering brengt de heer onderbestuurder Mr. Leonard Willems, in afwezigheid van den heer Bestuurder, eene eerbiedige hulde aan den afgestorvene,
| |
| |
en geeft vervolgens lezing van de lijkrede door hem in het sterfhuis uitgesproken. - Die lijkrede zal in de Verslagen en Mededeelingen verschijnen.
Op voorstel van den heer onderbestuurder beslist de vergadering dat een brief van rouwbeklag aan Mevrouw de Ceuleneer zal gezonden worden.
| |
Aangeboden boeken.
Door de Regeering:
Académie Royale de Belgique. Commission royale d'Histoire. Correspondance des Ministres de France accrédités à Bruxelles de 1780 à 1790. Dépêches inédites publiées par Eugène Hubert, recteur de l'Université de Liége, membre de l'Académie Royale de Belgique et de la Commission royale d'Histoire. II.
Id. Classe des Lettres et des Sciences morales et politiques. Mémoires. Collection in 8o. T. XIX, fasc. 1: Un fragment de Naos Saïte, par Jean Capart, correspondant de l'Académie royale de Belgique. - Fasc. II: L'Octavius de Minucius Felix et l'Apologétique de Tertullien, par Georges Hinnisdaels, docteur en Philosophie et Lettres.
Biographie nationale, publiée par l'Académie royale de Belgique. Tome 23, 2me fasc.: Sporckmans-Stevin.
Door de Ceská Akademie Vèd a Umèni, te Praag:
Bulletin international. XXIIIe année (1923).
Filosofická Bibliotéka. Rada I. Císlo 6.
Rozpravy. Trída I. Císlo 68. - Trída II. Rocnik XXXI.
Door de Commissie ter Redactie van den Groningschen Studenten-Almanak:
Groningsche Studenten-Almanak 1925.
Door Kan. Dr. J. Muyldermans, werkend lid:
Catalogue de la Bibliothèque de feu M. Paul Cogels.
Jaspaers (G.). Les Belges en Hollande. 1914-1917.
Engelbert van Bevervoorde (Jonkvr. Treussart van Rappard). Indrukken en Ervaringen in en om de Fransche hospitalen.
Cuypers (J.T.) B.N.A.C.B. ing. De Wederopbouw van België.
Algemeene Catalogus van Nederlandsche Boeken uit Noord en Zuid. (1906.)
Belgische Vaderlandsche Bond ‘Herdenken om te Strijden’. Standregels.
Raymond (R.P.), dominicain. Le Soldat français.
Fedozzi (P.). De opzegging van het verdrag van de ‘Triple Alliance’.
Fa'iz El-Ghusein. Gemarteld Armenië.
Journal d'Agriculture, d'Economie rurale et des Manufactures du Royaume des Pays-Bas. 2e série, tome 1er (1825); VII (1828), X (1829); 3e série, tomes II (1831) et VI (1833).
Catalogue de la Bibliothèque de M.C.P. Serrure. 1ere et 2e partie. 1872-1873.
| |
| |
Door Dr. J. te Winkel, buitenlandsch eerelid:
De Ontwikkelingsgang der Nederlandsche Letterkunde, door Dr. J. te Winkel. 2de druk. V Geschiedenis der Nederlandsche Letterkunde van de Republiek der Vereenigde Nederlanden. 3de druk. Haarlem, 1924.
Door de Schrijvers:
Neylen (W. van) & A. van den Dries. Beknopte Geschiedenis der Nederlandsche Letterkunde, met Bloemlezing uit Schrijvers van vóór de 19e eeuw. 5e omgewerkte uitgave. 1924.
⋆⋆⋆
Voor den August-Beernaert (1924-1925) zijn ingekomen:
Kleine Keuze. Onuitgegeven gedichten van Lambrecht Lambrechts.
Neylen (W. van) en A. van den Dries. Beknopte Geschiedenis der Nederlandsche Letterkunde. 5e, omgewerkte uitgave.
| |
Mededeeling door den Bestendigen Secretaris.
1o) Te Deum op 27 November. - Brief van 15 November, waarbij de Weled. Heer Gouverneur der provincie Oost-Vlaanderen de Academie uitnoodigt het Te Deum bij te wonen dat op Donderdag 27 November, te 11 uur, ter gelegenheid van het Patroonfeest des Konings, in de hoofdkerk van Sint-Baafs zal gezongen worden. - Hebben de plechtigheid bijgewoond, de heeren: Mr. Leonard Willems, onderbestuurder, Prof. Dr. A.J.J. Vandevelde, werkend lid, en Dr. L. Goemans, bestendig secretaris.
2o) Rechtspersoonlijkheid. - Het Staatsblad van 13 December 1924 kondigt de wet af van 2 Aug. 1924, houdende toekenning van de rechtspersoonlijkheid aan de Koninklijke Vlaamsche Academie. De tekst der wet luidt als volgt:
ALBERT, Koning der Belgen,
Aan allen, tegenwoordigen en toekomenden, Heil.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt:
Artikel 1. - De Koninklijke Academie der Wetenschappen, Letteren en Schoone Kunsten van België, de Koninklijke Vlaamsche Academie, de Koninklijke Academie voor Fransche Taal en Letterkunde en de Koninklijke Academie van Geneeskunde worden met rechtspersoonlijkheid bekleed.
Art. 2. - Deze genootschappen worden ten overstaan van derden door hun bestuurscommissies vertegenwoordigd.
| |
| |
Hun organiek reglement verschijnt in de bijlagen van het Staatsblad. Hetzelfde geldt voor de namen, voornamen, beroep en woonplaats der leden van de Bestuurscommissie. Deze laatste bekendmaking wordt hernieuwd in de eerste helft van de maand Januari.
Art. 3. - Bedoelde genootschappen mogen in eigendom, noch anderszins, andere onroerende goederen bezitten dan die noodig tot het volbrengen hunner taak.
Te hunnen voordeele gedane giften en legaten kunnen maar worden aanvaard voor zoover zij daartoe gemachtigd zijn overeenkomstig artikel 910 van het Burgerlijk Wetboek. Deze machtiging wordt nochtans niet gevergd voor het aanvaarden van louter roerende giften en legaten, waarvan de waarde 5,000 frank niet overtreft en voor zoover daarbij geen last wordt opgelegd.
De machtiging wordt niet verleend wanneer de schenker van de giften en legaten dezen laatsten een bestemming heeft gegeven die het doel niet beoogt waarvoor de begiftigde academie werd ingesteld.
Het besluit houdende machtiging tot het aanvaarden van een gift of legaat, waarin een onroerend goed is begrepen, bepaalt desnoods den termijn binnen denwelken dit onroerend goed dient te gelde gemaakt.
Art. 4. - De Bestuurscommissie maakt telken jare de begrooting en de rekeningen op betreffende de eigen bezittingen van de academie en onderwerpt ze aan de goedkeuring van den Koning.
Art. 5. - Alle roerende goederen welke zij ook zijn, alle waarden die tot hiertoe bestemd werden hetzij voor de diensten der academie, hetzij voor het versieren der lokalen welke zij betrekt, hetzij voor het betalen der stichtingen welke zij beheert, zullen van rechtswege haar eigendom worden te rekenen van het in werking treden van deze wet.
Art. 6. - Een koninklijk besluit zal de toepassingsmaatregelen van deze wet regelen.
Kondigen de tegenwoordige wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel bekleed en door den Moniteur bekend gemaakt worde.
Gegeven te Brussel, den 2n Augustus 1924.
ALBERT.
Van 's Koningswege:
De Minister van Wetenschappen en Kunsten.
P. Nolf.
| |
| |
De Minister van Binnenlandsche Zaken en Volksgezondheid,
P. Poullet.
Gezien en met 's Lands zegel gezegeld
De Minister van Justitie,
F. Masson.
| |
Mededeelingen namens commissiën.
1o) Bestendige Commissie voor Middelnederlandsche Taalen Letterkunde. - De heer Prof. Dr. L. Scharpé, secretaris, legt verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden
Waren aanwezig, de heeren: Kan. Am. Joos, Is. Teirlinck, Dr. L. Goemans, Dr L Simons, Prof. J. Vercoullie, Mr I. Willems, J. Jacobs, leden, en Prof. Dr. L. Scharpé, lid-secretaris.
Aan de dagorde staat:
1o) Tekstkritiek op de Oudvlaemsche Gedichten uitgegeven door Kan. Carton. - Lezing door Mr. L. Willems.
Mr. Willems deelt enkele verbeteringen mede, op den tekst van de ‘Oud-Vlaamsche Liederen’ zoo slordig door Kan. Carton uitgegeven. Die verbeteringen geven aanleiding tot bespreking in verband met den tekst van het handschrift. Mr. Willems zal in een volgende zitting zijne lezing voortzetten.
2o) Het thema van Elckerlyck in de Oudvlaemsche Gedichten. - Lezing door Prof. Dr. L. Scharpé.
In het tweede gedeelte van den Bundel ‘Oudvlaemsche Gedichten’ uitgegeven door Kan. Carton komt het begin voor van een gedicht in strofen, waar het thema van Elckerlyk in behandeld werd (blz. 380, 5 strofen). Door een leemte in het Hs. ontbreken de verdere strofen. In verband hiermede wijst Prof. Scharpé op de treffende overeenkomst in velerlei opzicht, tusschen dezen Brugschen bundel uit de eerste helft der vijftiende eeuw, en het allegoriseerend dichtwerk van Jan Praet, uitgegeven door Bormans, naar het Hs. in het bezit van G. Gezelle, nu berustend bij den heer K. De Flou: speciaal op het daarin uitvoerig behandelde thema van den Dood. Dat gedicht van Jan Praet zal dienen bestudeerd te worden in verband met den bundel der Oudvlaemsche Gedichten en schijnt wel uit denzelfden tijd te zijn, en in dezelfde omgeving ontstaan.
| |
| |
2o) Bestendige Commissie voor Nieuwere Taal- en Letterkunde. - De heer O. Wattez, secretaris, legt verslag ter tafel over de morgenvergadering door de Commissie gehouden.
Waren aanwezig, de heeren: Dr. A. Vermeylen, voorzitter, Is. Teirlinck, Kan. Dr. J. Muyldermans, Dr. L. Simons, G. Segers, Prof. Dr. L. Scharpé, Dr. J. Persijn, leden, Dr. A.J.J. Vandevelde, hospiteerend lid, en O. Wattez, lidsecretaris.
Aan de dagorde staat:
1o) Walter Scott's ‘Ivanhoe’ en de liefde tot de moedertaal. - Lezing door den heer Gustaaf Segers.
Na eene inleiding over Walter Scott en zijn werk. Ivanhoe, dat wereldberoemd werd en in alle talen overgezet, ontleedt spreker het gedeelte van het werk, waarin de strijd voorkomt tusschen de overwinnaars, de Normandiërs van Willem te Hastings, en de overwonnene Angelsaksers, vertegenwoordigd vooral door Cedric, den held van het werk.
De overwinnaars dringen overal waar zij kunnen het Normandische Fransch op, de taal van het hof, van de edelen en van het gerecht. De inwoners, de lagere standen en de boeren, blijven hun landstaal getrouw. Uit dien toestand werd het Engelsch geboren, een mengsel van Germaansche en Latijnsche talen met Germaansche uitspraak.
2o) ‘Snideriana’, bijzonderheden over Snieders: Dorp, geboorteplaats en voorgeslacht. - Lezing door Dr. J. Persyn.
Dr. J. Persijn zegt dat hij zijne voordracht in twee deelen zal splitsen. dat hij in het 1e gedeelte zal behandelen: bijzonderheden over het dorp van Snieders, Bladel in Noord-Brabant. Spreker heeft het dorp bezocht, heeft met de inwoners gesproken, vooral met bloedverwanten van Snieders en met personen, die met hem in betrekking zijn geweest.
Hij treedt in bijzonderheden over zijne gesprekken met de menschen over de familie Snieders, over August en Renier, over hunne ouders, over den invloed der Snieders in de streek, hunne bekendheid, de rol die zij gespeeld hebben, enz.
Daarna heeft hij het over Bladel en zijne geschiedenis, die zeer belangrijk is en opklimt tot de 10e eeuw, onder de regeering van Karel den Eenvoudige, koning van Frankrijk.
De voorzitter Prof. Dr. Vermeylen bedankt beide lezers voor hunne belangrijke mededeelingen en stelt voor ze te laten opnemen in de Verslagen en Mededeelingen. - Goedgekeurd door de Academie.
| |
| |
| |
Dagorde.
1o) Wedstrijden voor 1925. - Ingekomen prijsantwoorden en Benoeming der Keurraden.
A. Folklore: Vlaamsche Volksspelen: Eene verzameling en nauwkeurige beschrijving van de oude en hedendaagsche ‘Volksspelen’ in Vlaamsch-België, met de daarbij gezongen liederen (woorden, en voor zoover mogelijk, de muziek).
Prijs: 1500 fr.
Verg. b.v. Ter Gouw, De Volksvermaken, Haarlem, 1871; A. de Cock en Is. Teirlinck, Kinderspel en Kinderlust in Zuid-Nederland.
Tot leidraad wordt navolgende, niet bindende, indeeling aanbevolen.
I. Loopspelen: eierenrapen, zeerloopen enz., enz.; Springspelen: hinkspelen enz.; Dansspelen: volksdansen, dansliedjes enz. - II. Werpspelen: bolspelen, balspelen, paletspelen, kegelspelen enz. - III. Gezelschapsspelen: ambachtsspelen, raadspelen, kaartspelen; domino-, bak-, haakspel enz. - IV. Spelen met speeltuigen: wapens, boog, geweer enz., slinger enz. - V. Mensch en natuur: dier, te paard rijden enz.; jagen, visschen; winterspelen (schaatsen enz.). - VI. Mensch en Kalender: kermisspelen; Driekoningen, Nieuwjaar enz., enz. - VII. Mensch en Muziek: blaasinstrumenten, snaartuigen enz. - Tergspelen enz., enz.
Een antwoord is ingekomen met kenspreuk: Volksleute is Volksleven.
Worden tot leden van den keurraad aangesteld: de heeren Prof. J. Vercoullie, Kan. Am. Joos en E.H.J. Jacobs.
B. Vak- en Kunstwoorden: Van het zaad tot den draad. - Men vraagt een lijst van de vakwoorden der Vlasnijverheid tot aan de Spinnerij, vooral wat de Leiestreek betreft: Leirote, veldrote, putrote, zwingelarij, verkoop.
Met vermelding der Waalsche, Engelsche, Fransche en Duitsche benamingen. - Inzonderheid worden gewenscht de Waalsche vakwoorden der streek Ath, Ghislengien, Meslin l'Evêque, Sylly, Bassilly, uit hoofde der nauwe verwantschap van veel woorden van dit Romaansch grensdialect met het Nederlandsch
Prijs: 1200 fr.
Een antwoord is ingekomen met kenspreuk: Vlasnijverheid.
| |
| |
Worden tot leden van den keurraad aangesteld: de heeren Prof. J. Vercoullie, Prof. Dr. L. Scharpé en Karel de Flou.
C. Letterkundige geschiedenis: Een onderzoek naar de bronnen van ‘De Biencorf der H. Roomsche kercken van Isaac Rabbotenu’.
Prijs: 1200 fr.
Een antwoord is ingekomen. Kenspreuk: Repos ailleurs.
Worden tot leden van den keurraad aangewezen: de heeren Mr. Leonard Willems, Dr. M. Sabbe en Prof. Dr. J. Mansion.
⋆⋆⋆
2o) Lezing door den heer Omer Wattez, werkend lid. - Emanuel Hiel herdacht. - Op voorstel van den heer Onderbestuurder beslist de Academie dat de lezing van den heer Wattez in de Verslagen en Mededeelingen zal opgenomen worden.
|
|