Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1909

[p. 118]

Bestendige Commissie voor Nieuwere Taal- en Letterkunde.
4^e Verslag over de Van de Ven-Heremans' stichting
(1908)

Bij art. 4 van het Koninklijk Besluit van den 18ⁿ Mei 1905 is bepaald, dat de Bestendige Commissie voor Nieuwere Taal- en Letterkunde jaarlijks verslag zal uitbrengen over de werkzaamheid en den geldelijken toestand van dat Fonds; tevens dat de Koninklijke Vlaamsche Academie, na kennisneming en goedkeuring van het Verslag, het telkens aan den bevoegden heer Minister zal overleggen.

_* * _*

In den loop van 1908, werd eene 2^e mededeeling: Onderzoekingen over de Gisting van het Brooddeeg door Dr. A.A.J.J. Vakdevelde, bestuurder van het Gemeentelijk Laboratorium, leeraar aan de Beroepsschool voor voeding en aan het Hooger Instituut voor gistingnijverheid, te Gent, en G. Bosmans en A. Revijn, bakkers, leerlingen aan de Beroepsschool voor Voeding (afdeeling Bakkerij) te Gent, gedrukt in de Verslagen en Mededeelingen der Koninklijke Vlaamsche Academie (blzz. 493-525).

Van denzelfden geleerde, werd ter uitgave, aangeboden als n^r 5 van het Fonds: Het water in het dagelijksch leven.

Hoogleeraar Dr. J. Mac Leod bracht allergunstig advies uit over het werk; volgens den heer Is. Teirlinck is: Het water in het dagelijksch leven het werk van een zeer geleerd man, die door en door het onderwerp kent, dat hij heeft willen behandelen, en naar Dr. Eug. van Oye, - den 3^e verslaggever -, zal het een zeer nuttig boek zijn voor mannen van het vak, voor hoogeschoolstudenten en zelfs voor het publiek in het algemeen. (Zie Verslagen en Mededeelingen, blzz. 869-872.)

Het werk van Dr. A.J.J. Vandevelde, die zich door zijne uitgaven op wetenschappelijk gebied allerverdienstelijkst maakt, is thans ter pers en zal in den loop van 1909 het licht zien.

Tevens ontvingen wij de heuglijke tijding, dat een geleerd geneesheer een werk voorbereidt, dat binnen kort aan de Koninklijke Vlaamsche Academie ter uitgave zal worden aangeboden.

[p. 119]

Geldelijke toestand.

Ontvangsten.

Saldo van het jaar 1908	Fr. 1183.91
Ontvangen: 1908, 1 Juli (Rente 1^e halfjaar 1908)	Fr. 300.91
Ontvangen: 1909, 14 Januari (Rente 2^e halfjaar 1908)	Fr. 300.91
Ontvangen: 5 rentebriefjes: 3 Luik 1905: 1 Juli 1908	} Fr. 10.91
Ontvangen: 2 Gent 1896: 2 Jan. 1909	} Fr. 10.91
	_____
Te zamen	Fr. 1793.91

Uitgaven.

In den loop van het jaar 1908 werden geene uitgaven gedaan.

Toestand van de Kas op 14 Januari 1909.
1^o)	Twee loten Stad Gent 1896 (N^rs 12962-12 en 17139-24), aangekocht tegen fr. 92.50	Fr. 185.50
2^o)	Drie loten Stad Luik 1905 (N^rs 4896-5 en 6, en 4900-12), aangekocht tegen fr. 98.50	Fr. 295 50
3^o)	In speciën	Fr. 1313.41
		_____	_____
	Te zamen	Fr. 1793.91	1793.91

_* * _*

Aldus voorgelezen in de Commissie-vergadering van den 17 Februari 1909, en goedgekeurd door de Bestendige Commissie voor Nieuwere Taal- en Letterkunde.

Namens de Commissie:

De Leden,

Julius Obrie,

Dr. J. Mac Leod,

J. Teirlinck.

De Voorzitter,

Willem de Vreese.

De Ondervoorzitter,

J. Muyldermans.

De Secretaris, Th. Coopman.

Goedgekeurd door de Koninklijke Vlaamsche Academie:

De Onderbestuurder,

A. de Ceuleneer.

De Bestuurder,

Willem de Vreese.

De Bestendige Secretaris,

Edw. Gailliard.