daad stond hij iedereen ter zijde, die tot hem zijne toevlucht nam, en honderden oudleerlingen zijn daar, om in dit opzicht onvoorwaardelijk zijnen lof te verkondigen.
Zal het wel noodig zijn aan de leden dezer vergadering den dierbaren doode nader te doen kennen? Sedert jaren hebt gij hem aan het werk gezien, en zijne arbeidzaamheid op meer dan éen gebied, welke slechts door zijne nederigheid, zijne zedigheid geëvenaard werd, heeft hem U als een degelijk mensch doen waardeeren. Met hoeveel nauwgezetheid woonde hij de vergaderingen der Academie bij! Met welken tact wist hij, als Bestuurder, de zittingen te leiden! Zijn vredelievend karakter maakte hem ieder lid tot een vriend; zijne dienstvaardigheid werd door elkeen op hoogen prijs gesteld.
Wij mogen het luidop verklaren, en wij overdrijven geenszins wanneer wij zeggen, dat de Academie, door het afsterven van M.H. Sermon, een gevoelig verlies heeft geleden.
Maar, ook buiten deze vergadering heeft hij de hulde en den dank zijner medeburgers verdiend. Van jongsaf stond hij in de eerste gelederen der strijders voor Vlaanderens taal en rechten, en tot aan zijnen dood bleef hij een moedige kampioen voor de ontvoogding en verheffing van zijn volk.
Reeds in 1857 liet hij een vlugschrift verschijnen: De Vlaming en de Staat, en in 1861 trok hij manmoedig te velde tegen de verguizers