aandacht aan de Vlaamsche, d.i. Nederlandsche wetenschap schonken en dat zij alzoo een belangrijk deel van de Vlaamsche Beweging zouden hebben verwaarloosd.
Naar onze bescheiden meening is dit verwijt, indien het niet gansch ongegrond is, toch grootendeels overdreven. Zij, die onze voorgangers daarom hard vallen, zien geheel de omstandigheden voorbij waarin de taalbeweging vroeger verkeerde. Zij verliezen daarbij uit het oog dat de grondslagen, waarop alleen aan het tot stand brengen eener Nederlandsche wetenschap kon worden voortgebouwd, te eenenmale ontbraken. De kennis onzer taal liet hier te lande, op enkele zeer schaarsche uitzonderingen na, ontzaglijk te wenschen over en deze toestand was ook gemakkelijk te verklaren door het gebrekkige, onvaderlandsche onderwijs dat overal aan de Vlaamsche kinderen werd verstrekt.
Een andere hinderpaal, die de ontwikkeling en verspreiding der wetenschap door middel der Nederlandsche taal in den weg stond, was de bijna volslagen onbekendheid, waarin men te onzent verkeerde met de uitstekende werken, die op elk gebied der wetenschap in Noord-Nederland het licht hadden gezien. Aan dien toestand hadden in eene niet geringe mate schuld zij, die door hun ambt geroepen waren om anderen in de wetenschap in te wijden of voor te lichten, en uit onkunde of uit vijandigheid zelfs het bestaan eener Nederlandsche wetenschap niet eens lieten vermoeden.