Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1896
(1896)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdMarbaron, treurspel.Men kent een groot getal programma's van dramatische voorstellingen, welke in vroegere eeuwen door Kamers van rhetorijke van den buiten werden gegeven. Ze bestaan meestal uit een enkelen korten inhoud, die maar een flauw denkbeeld geeft van het vertoonde stuk. Zeldzamer, veel zeldzamer zijn de stukken zelven, daar de meeste ongedrukt bleven, en na 't afschaffen of wegsterven der Kamers aan honderden gevaren van vernietiging waren blootgesteld. Daarom ook zal het misschien niet ongepast zijn terloops de aandacht te roepen op een dergelijk handschrift, dat onlangs op een zolder op de Hoogpoort te Gent werd teruggevonden, en door den eigenaar, den heer De Meulenaere, vrijgevig aan de Bibliotheek der Gentsche Hoogeschool werd geschonken. Het handschrift verkeert niet in den besten staat. Het heeft door tijd en vochtigheid veel geleden. Het schrift, op sommige bladzijden verbleekt, is echter zeer zelden onleesbaar geworden. De | |
[pagina 452]
| |
randen zijn hier en daar beschadigd. Op enkele plaatsen zijn op den kant of in het midden van het blad, door verrotting, brokjes weggevallen, waardoor in den text leemten zijn ontstaan. Verder is blad 12 half weggesneden, zoodat men van 26 lijnen maar de eerste helft van het vers heeft, en van 24 andere maar de laatste helft met het rijm, Het stuk, een soort van treurspel, is getiteld Marbaron, naar de hoofdpersonnage, den heidenschen koning Marbaron, wiens dochter christen was. Deze naam kwam mij nog niet voor, en ondanks mijne opzoekingen heb ik niet kunnen vinden of wij vóór ons een oorspronkelijk stuk hebben ofwel eene navolging naar het Fransch. Aan het einde der tragedie leest men: Dit spel is geschreven desen 26 Januarij 1743, Joannes de Munter, f9 Geeraer, tot Masseme op de plaetse. Oogenschijnlijk is dit van de hand van den copist, en moet de tragedie zelve ouder zijn. De laatste bladzijden van het handschrift bevatten, in kroniekstijl, eenige historische aanteekeningen loopende over de jaren 1740 tot 1743: Over eenige geschiedenissen tsedert den jaere 1740 voorgevallen in dese landen. |
|