Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1892
(1892)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 5]
| |
Zitting van 20 Januari 1892.Aanwezig de heeren J. Micheels, bestuurder, P. Génard, onderbestuurder, Fr. de Potter, bestendige secretaris; de heeren H. Claeys, jhr. N. de Pauw, E. Gailliard, G. Gezelle, A. Snieders, P. Willems, P. Alberdingk Thijm, L. Mathot, J. Obrie, Th. Coopman, A. de Vos, J. Broeckaert, J. Bols en H. Sermon, werkende leden. Door de heeren E. Coremans, S. Daems, C. Hansen, F. van der Haeghen en J. van Droogenbroeck is bericht gezonden, dat zij verhinderd zijn de zitting bij te wonen. De bestendige secretaris leest het verslag over de vorige zitting, hetwelk goedgekeurd wordt. | |
Aangebodene boeken.Vanwege den heer Minister van Binnenlandsche Zaken en Openbaar Onderwijs: Biographie nationale, XIe deel, 3e aflev. Bulletin de l'Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1891, Nr 11. | |
[pagina 6]
| |
De Werken van J. van den Vondel, 1657-1660. Mémoires couronnés et autres mémoires publiés par l'Académie royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique. 8o, 45e deel.
Door den heer J. Bols: Verschil in uitspraak tusschen de zuivere (zachtlange) en gemengde (scherplange) e en o. 1891, 8o.
Door den heer F. van der Haeghen: Notice sur Jean-Baptiste David, par F.-A. Snellaert, 12o.
Door den heer J.-B. Vervliet: Ons Volksleven. Antwerpsch-Brabantsch tijdschrift voor Taal- en Volksdichtveerdigheid enz. 3e jaar, 10e, 11e en 12e aflev.
Door de Maatschappij der Bouwmeesters van Antwerpen: Redevoering door den heer Eug. Geets, voorzitter, uitgesproken op het feestmaal van 12 December 1891.
Door den heer C. de Wulf, leeraar te Oostende: Grondbeginselen van Staat- of Nijverheidshuishoudkunde, door L. Leroy, vertaald door C. de Wulf. Nieuwe uitgaaf. 1891.
Door het Historisch Genootschap te Utrecht: Documents concernant les relations entre le | |
[pagina 7]
| |
Duc d'Anjou et les Pays-Bas (1576-1583), publiés par P.-L. Muller en A. Diegerick. IIIe deel.
Door den heer J. Lammens, senator: Het jubelfeest van het werk der Vlamingen te Parijs. 1862-1887, 8o. | |
Briefwisseling.Bij brief van 8 Januari 1892 meldt de heer Minister van Binnenlandsche Zaken en Openbaar Onderwijs, dat vijf der candidaten, hem door de Academie voorgesteld om de werken te beoordeelen, ingezonden voor den driejaarlijkschen Staatsprijskamp van Nederlandsche tooneelletterkunde, hem verzocht hebben niet in aanmerking te komen bij de samenstelling van den keurraad; er zijn derhalve vijf andere candidaten aan te bieden, wat de heer Minister verlangt in de zitting van heden gedaan te worden.
De Academie heeft een antwoord ontvangen op de vierde der door haar uitgeschreven prijsvragen voor 1892: ‘Huiselijk leven, zeden en gewoonten in eene Vlaamsche gemeente gedurende de 2e helft der XVIIIe eeuw, bepaaldelijk vóór de Fransche omwenteling.’ Het daarbij behoorend briefje draagt tot kenspreuk: Sola virtus nobilitas.
Het bestuur heeft den 12 Januari bericht ontvangen van het overlijden des heeren J. Scherpenseel, buitenlandsch eerelid der Academie. | |
[pagina 8]
| |
De heer Bestuurder, het nieuwe verlies betreurende dat de Academie onderstaat, brengt hulde aan de verdiensten van den afgestorvene, die te Brussel, gedurende vele jaren, ijverig werkzaam is geweest voor de verdediging der Vlaamsche belangen, en die, nu eens door ambtsbezigheden, dan uit hoofde van uitlandigheid, tot zijn leedwezen, de gelegenheid niet gehad heeft de vergaderingen der Academie bij te wonen. Een brief van rouwbeklag zal aan de weduwe des heeren J. Scherpenseel worden gezonden. Op voorstel van den heer Bestuurder gelast zich de heer Obrie met het opstellen der levensschets van den heer Scherpenseel voor het Jaarboek van 1893. |
|