groote. markt een van 's dichters tooneelwerken, in de opene lucht, voor duizende nieuwsgierigen gespeeld. Het zij onmiddellijk gezegd, Ogier's opstel was niet geschreven om onder die voorwaarden opgevoerd te worden; daarenboven bestond het tooneel enkel uit eene stelling en eenige waarlijk niet schitterende schermen; welnu, niettegenstaande deze weinig gunstige omstandigheden heeft de vertooning, die door eene heldere en verkwikkende zon werd beschenen, grooten bijval genoten. Niet dat men alles kon verstaan, wat er gezegd werd; integendeel, zeer veel heeft van het gebaardenspel afgehangen. Maar Sprekers oordeel is, dat het laatste woord niet is gezegd over dat slag van vertooningen en er wellicht iets eigenaardigs, iets oorspronkelijks ligt in het openbaar spelen van Vlaamsche stukken, door eenen onzer befaamde componisten op muziek gebracht.
Wellicht komt Spreker op dit onderwerp terug.
De heer Bestuurder dankt den heer Génard voor deze mededeeling, en drukt het verlangen uit, hem het openbaar tooneelspel breedvoeriger le zien behandelen.