Broederhand; de heer Mathot,voor het Nederduitsch Overzicht.
Verder werd, na beraadslaging, voor de uitgave beslist:
de naamloos uitgegeven schriften te bespreken in een Aanhangsel, op het einde van het werk;
den echten naam op te sporen der schrijvers, die hun werk lieten verschijnen onder eenen verdichten naam;
de alphabetische orde in acht te nemen, ook voor de doopnamen, gelijk gedaan werd in het Biographisch Woordenboek der Nederduitsche Dichters, door Witsen Geysbeeck; in het Vervolg op dit werk door A.-J. van der Aa, alsmede voor de Levensberichten van verdienstelijke Zeeuwen, uitgegeven door het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen enz. enz.