Van Nu en Straks. Jaargang 1(1893)– [tijdschrift] Van Nu en Straks– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina *2] [p. *2] Phototypie E. Aubry, BruxellesX. Mellery, Invenit et Delineavit [pagina 1] [p. 1] Van Geluk. Hooger dan schijn van 't menschen-zijn in grijze guurheid droef neêrgebogen, - vèr bóven logen van levensbanden, wìlde ik gebouwd een hemel voor mijn puurheid, als prinsekind van langverloren landen. O ijsglanzige wijdte mijner landen, ijslichtend licht doorschijnend als goudraggen bevend! o recht, en bleek van kuischheid herléven kind! mijn krystallen ziel in mijn handen! Over mijn stille handen gevouwd in offerande glijden lichtwaduwingen... - verre herinneringen suizelen rond mijn oogen volzalig neêrgeloken... [pagina 2] [p. 2] De zilvrige misten langs 't uitgewischte hel verregezicht, en 't water, en 't maagdenaakt morgenlicht dat bloesemt in hemelsche lelieperken, het straalt al uit mij als innige bede, 't weerkaatst mijn ziel van zondagsvrede. - stil opengeruischt, als engelenvlerken... Stoeten blankvoetige droomen, zingend, gaan voorbij naar omhoog, met lange gewiegel... Zij schouwt, mijn Ziel, in de ziel aller dingen, lachend en kalm, als in wondre Spiegels. Vorige Volgende