Vaderlandsch museum voor Nederduitsche letterkunde, oudheid en geschiedenis. Deel 1
(1855)–C.P. Serrure, [tijdschrift] Vaderlandsch Museum– Auteursrechtvrij
[pagina 267]
| |
Despauterius.De werken van twee zuid-nederlanders werden, te rekenen van de eerste helft der zestiende eeuw, waerin zy van de pers kwamen, tot in de vorige toe, niet alleen in ons vaderland, maer ook in Duitschland, in Frankrijk, in Engeland, en elders algemeen als schoolboeken voor het aenleeren der oude talen gebruikt. Ik bedoel namelyk de grieksche spraekkunst van Cleynaerts of Clenardus, van Diest, en de latijnsche van Despauterius, van Ninove. De namen van die mannen waren zoo beroemd, dat iedereen ze in den mond had. La Fontaine zelf verhaelt van: Un écolier qui ne s'amusait guère
à feuilleter Clénard et Despautère.
In welk jaer Despauterius ter wereld kwam schijnt onbekend; doch men leestGa naar voetnoot(1), dat hy te Leuven in de pedagogie de Borcht of het Castrum, studeerde, aldaer Jan Custos of De Coster, van Brecht, tot leermeester had, en in 1501, als vierde in den wedstrijd der wijsbegeerte werd uitgeroepen. Daerna werd hy professor, eerst in de pedagogie de Lelie, te Leuven, vervolgends te 's Hertogenbosch en te St.-WinoksbergenGa naar voetnoot(2), eindelyk opende hy eene school te Comene, in Vlaenderen, en vormde aldaer talryke | |
[pagina 268]
| |
leerlingen, welke later door hunne schriften beroemd werden. Hy stierf binnen deze stad ten jare 1520. Zijn graf werd met het volgende distichon versierd, waeruit men verneemt dat hy slechts een oog had: Hic jacet unoculus, visu praestantior Argo,
nomen Joannes cui Ninivita fuitGa naar voetnoot(1).
By Foppens vindt men verder de lijst der werken, welke men aen Despauterius verschuldigd is, terwijl men aldaer, zoowel als hy De ReiffenbergGa naar voetnoot(2), eenige inlichtingen over 's mans leven en schriften aentreft. Indien hy wezenlyk ten jare 1520Ga naar voetnoot(3) stierf, dan kon hy geenen hoogen ouderdom bereikt hebben. Uit het boven gezegde blijkt, dat hy zyne studiën slechts ten jare 1501 eindigde. Men zou dus mogen veronderstellen, dat hy rond het jaer 1480 geboren werd. Te Ninove zelf schijnt er heden omtrent Despauterius niet veel meer te ontdekken. Alleen vond men op het archief dier stad een stuk, dat wel waerschijnlyk op de ouders van dien geleerde betrekking heeft. Het is eene verzoening ten jare 1487, bewerkt en uitgesproken door den bailliu en schepenen van | |
[pagina 269]
| |
Ninove, tusschen zekeren Jan Hoobosch en Lijsbet tSagers, zijn wijf, van eene zyde, en Jan de Espouter en Margriet sVoghels, zyne huisvrouw, ter andere zyde. Uit die akte zou volgen, dat Joannes Despauterius, eigenlyk in onze moedertael Jan Espouter of de Espouter moet heeten. De heer greffier Van Varenbergh, van Ninove, maekte my met dit stuk bekend en zond my er eene kopy van af. Ik betuig hem hiervoor mynen dank. Het luidt als volgt: Ten verzoucke van Joosse Hoobosch ende van Lisbetten tSagers, zynen wive, zo es de bailliu met scepenen ghegaen ten huyse van Janne de Espouter, ende heeft daer gehaelt eenen heerlijcken vrede tusschen den voors. partyen, ende heeft ghelast ende bevolen Margarieten sVoghels, tvoors. Jans Espouters wijf, mits dat hy Janne, haren man, niet thuys en vant, dat hy, noch zy, Joosse Hoobosch, noch Lijsbette, zynen wive voors., niet misdoen en zouden, doen misdoen, noch laten misdoen, op de verbuerte van live ende goede ende op zoennisbrake; ende dat zijt Janne, haren man, zeggen zoude, daeraf zy den last an nam. Ghedaen by Pieter an Tortelboome, als bailliu, Janne Cabbiliau, Joos Vanden Hecke, Jan XXhoogheGa naar voetnoot(1) ende Adriaen Vander Vekene, als scepen, op den VIIIen dach van Octobere, anno LXXXVIIGa naar voetnoot(2). Jammer is het dat men ook op gemeld archief niet gevonden heeft waerom die veete tusschen Joos Hoobosch, en Jan Espouter bestond, en die aenleiding gaf tot deze verzoening. |
|