Geeske van den Elzenpas. Een verhaal op waarheid gegrond. Door M.A.A. Böeseken, schrijfster van ‘De Pleegzuster.’ (Te) Amst. (bij) P.N. van Kampen, 1862. In 8vo met titelplaat in steendruk, 142 blz. Prijs ƒ 1,25.
Het eenvoudig naïve verhaal van een landmeisje, dat uit liefde misdadig wordt voor de wet, en door de hardheid der menschen aan den straffenden arm dier wet wordt ter prooi gegeven, om de tijdelijke beschikking, ten behoeve van een ander, over eene betrekkelijk kleine, doch haar niet toebehoorende geldsom. Hoe gering dit onderwerp sommigen moge voorkomen, het kleine boekske van Mej. Böeseken is in ons oog vrij wat meer waard dan menig hoogdravende roman, ja zelfs dan menig zoogenaamd ‘wetenschappelijk’ werk, ware 't ook eenige professorale verhandeling over zielkunde of iets dergelijks. Dat de S. het mede doet strekken om het verkieslijke van het cellulaire stelsel te doen uitkomen, zal wel niet bevreemden; maar ook in dit opzigt is het welligt betere pleitrede, en zeker aangenamer te lezen en daardoor meer ingang vindende, dan de meest doorwrochte verhandeling. De S. vinde vele lezers, goedkeuring op haar edel streven, en vooral opene harten, zulke als met Geeske van den Elzenpas kunnen mede lijden, mede gevoelen, en zich over hare hervonden kroone zoo innig hartelijk kunnen verheugen. Het zal wel niet meer noodig zijn opzettelijk te zeggen, dat wij de verspreiding van dit boekske allezins aanbevelen.