Programma van Teylers godgeleerd genootschap voor het jaar 1860.
De Leden van Teylers Godgeleerd Genootschap hebben besloten, de volgende Prijsvraag uit te schrijven:
‘Kan de volstrekte zondeloosheid van Jezus ook tegen de historische en wijsgeerige bedenkingen van den jongsten tijd worden gehandhaafd?
Is de erkenning van die zondeloosheid bestaanbaar met de onderstelling, dat de persoon van Jezus ten gevolge eener natuurlijke ontwikkeling uit de menschheid is voortgekomen?
Welk gewigt heeft het resultaat van dat onderzoek ook nog voor onzen tijd?
Het Genootschap verlangt, dat bepaaldelijk op de bedenkingen, door F. Pécaut (Le Christ et la Conscience, Paris 1859) tegen de volstrekte zondeloosheid van Jezus ingebragt, worde acht geslagen.’
De prijs voor het best en voldoend gekeurd antwoord van deze vraag is een gouden Eerepenning, op den stempel des Genootschaps geslagen, ter innerlijke waarde van vier honderd gulden.
De Verhandelingen moeten in het Nederduitsch, Latijn, Fransch, Engelsch of Hoogduitsch, met eene Nederduitsche letter, goed en leesbaar geschreven zijn door eene andere hand dan die van den opsteller. Ook moeten zij vóór den bepaalden tijd in haar geheel worden ingezonden, zullende geene