Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1860
(1860)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 532]
| |
eenigzins vertraagd en ook nú kunnen wij er niet dan met een paar woorden verslag van geven. Tot eene eigenlijk gezegde beoordeeling toch, levert het geen genoegzame stof. ‘Alle dingen’ zegt paulus, ‘zijn mij wel geoorloofd, maar alle dingen stichten niet.’ - Men kan vele, op zich zelve goede en nuttige dingen, met eene hoogst loffelijke bedoeling ter neder schrijven en er een heel boekdeel mede vullen, zonder nogtans met de uitgave er van eenig werkelijk nut te bereiken. Elke tijd heeft zijne bijzondere eischen en behoeften en niet alles, wat voor vijftig jaren de menschen stichtte, doet zulks nog. Waarheid blijft zeker waarheid, hoe oud de wereld ook worden moge; ook de christelijke waarheid an und für sich kan wel niet verouderen, maar hare opvatting en voorstelling wisselt toch gedurig af en wordt gewijzigd door den geest, den aard, de behoefte der tijden, en wie nu met eenige opmerkzaamheid en belangstelling den gang van het wetenschappelijk onderzoek in de jongste jaren op schier ieder gebied, vooral ook dat der godgeleerdheid heeft gadegeslagen; wie niet geheel onbekend is met de verrassende uitkomsten daardoor aan het licht gebragt, die den Natuurbeoefenaar, Geschiedvorscher en Godgeleerde onzer dagen nopen een geheel anderen weg dan vroeger te bewandelen, en eene volslagen omkeering in onze denk- en beschouwingswijze, omtrent vele der gewigtigste punten, die tot het veld van het godgeleerd onderzoek behooren, hebben te weeg gebragt; wie in één woord (in den goeden zin) eenigzins een kind van zijnen tijd is, zal in de stichtelijke spijze die hem hier op de schotelen eener verouderde en verschimmelde dogmatiek wordt aangeboden, zeker even weinig behagen kunnen vinden als de hedendaagsche letterkundige in de lezing van hoogvliet's Abraham of den David van van merken. Wij zeggen dit geenszins om de waarde van het vele goede en schoone, 't welk in dit lijvige boekdeel ('t is een vrucht van des schrijvers hóóggeklommen leeftijd) is bijeengebragt, te verkleinen, maar blootelijk om, aan onzen pligt als Rec. getrouw, aan te stippen welke soort van lezers hier, onzes inziens, iets van hunne gading zullen vinden. | |
[pagina 533]
| |
Het zou ons niet moeijelijk vallen, voor het zoo even gezegde, bewijzen in menigte bij te brengen. Doch waartoe? De verstandelijk en ook aesthetisch meer ontwikkelde, die, waar hij stichting zoekt, gewoon is naar ‘vaste spijze,’ om te zien, zal toch zijne keus wel niet ligt op dit boek laten vallen, of zoo hij het al doet, na het even te hebben ingezien, het spoedig ter zijde leggen. En de formulier-regtzinnige, die aan namen en klanken hecht en gewoonlijk op titel en uitgever afgaat...? welnu, die zal er daarom niet minder zijn bijval aan schenken. En het verdient dien bijval ook in hooge, zéér hooge mate. Eenmaal instemmende toch met de dogmatische zienswijze van den schrijver, - die telkens hoewel niet hinderlijk uitkomt - en vrede hebbende met uitdrukkingen, als: Jehovah-Jezus en over 't geheel met een standpunt, waarop nog de geheele Schrift als van God ingegeven, en het lijden van jezus als een voldoenend en borgtogtelijk wordt beschouwd; - een standpunt, waarop men zelfs de autoriteit van petrus afdoende rekent, ten bewijze dat jesaja werkelijk van christus (sic) heeft gepropheteerd; - eenmaal zeg ik, daarmede instemmende, zal men hier veel vinden dat overwaardig is om behartigd en overwogen te worden. Op praktikaal gebied vooral munt james boven velen uit. Treffend, diep menschkundig en geheel uit het leven gegrepen, zijn zijne schilderingen van geestelijke toestanden en van de vele vonden, die de wereldschgezinde mensch te baat neemt, om ten aanzien van de verwaarloozing zijner hoogste belangen zichzelven te misleiden. Trouwens zijn meesterschap in dit opzigt, is sinds lang reeds erkend en ook ten onzent genoegzaam gewaardeerd. - Of echter ook zelfs zijne grootste vereerders, dìt boek met dezelfde graagte en ingenomenheid zullen verslinden als de werken die vroeger van hem het licht zagen, is iets wat wij op goede gronden meenen te mogen betwijfelen. Men doet waarlijk eenen schrijver niet altoos dienst, door alles van hem te publiceren. Wij besluiten met den wensch, dat ook voor Engelands godgeleerdheid nog eens - en naar wij hopen spoedig - de ure der wedergeboorte moge slaan, waarin zij zich zal losmaken uit de windselen van het traditioneel gezag, dat nu - en tot haar groote schade - haar nog zoo jammerlijk houdt | |
[pagina 534]
| |
bekneld. Moderne beschaving toch en wetenschap zijn, op den duur met een standpunt als het hier aangegevene, onvereenigbaar. - Actie baart réactie; - en niet zonder voorbeeld is het in de geschiedenis, dat stuitend ongeloof en hopeloos materialisme, de vrucht waren juist van zulk streng vasthouden aan het overgeleverd gezag, als in Engeland geschiedt en helaas - ook bij ons - getuige weder de vertaling van dit boek, nog vele voorstanders telt. A. p.b. |
|