men zegt en vraagt: ‘wie is die fröbel en wat wil die man?’
Wij hebben hier de ruimte niet, om onzen lezers eene uitvoerige beschrijving te geven van het leven en de leerwijze van den man, aan wien de tegenwoordige ouders en het toekomend geslacht zooveel te danken hebben, maar we zullen alleen zeggen, dat het voorname, het eenige doel van fröbel daarin bestaat, om de ligchamelijke ontwikkeling door die van den geest tot stand te brengen.
Wanneer meer ouders zich wat meerdere moeite wilden geven, om zich met hunne kinderen te bemoeijen, vooral in de eerste levensjaren, dan zouden zoovele onderwijzers zich later niet over de stompheid en de geringe ontwikkeling der kinderen behoeven te beklagen. 't Is zoo gemakkelijk om te zeggen: die kinderen moeten den geheelen dag maar rondloopen, leeren kunnen ze later nog genoeg.
Dat woord leeren wordt zoo verschillend opgevat.
Wij houden niet van kinderen, die op hun 5de of 6de jaar al eene massa versjes kunnen opdreunen en als een wonder voor den dag gehaald worden, zoodra er visite is; och neen! we hebben diep medelijden met die hooggeleerde schepseltjes en we zien die bleeke wangetjes aan en vragen: wat zal er van hen worden?
Maar we juichen aan den anderen kant elke poging, hoe gering ook, toe, die wordt aangewend, om het kind al spelende te ontwikkelen, en daarom kunnen wij het ouders niet genoeg toeroepen: ‘maak u bekend met die leerwijze van fröbel; 't is een pligt, dien gij te vervullen hebt!’
Het voor ons liggend boekske was ons niet vreemd, daar we het in 't Duitsch kenden. Na al het boven gezegde lijdt het geen twijfel, of we zijn met dit werkje zeer ingenomen; en we hopen, dat de uitgever, die van dit eerste reeds een tweeden druk mogt bezorgen, daardoor zal worden opgewekt, om de verdere spelen van fröbel, op dezelfde nette en duidelijke wijze verkrijgbaar te stellen.
Wij wenschen hem een ruim debiet toe en geven hem de verzekering, dat wij, waar we slechts kunnen, onze pogingen zullen aanwenden, om het in veler handen te brengen.
Uit belangstelling willen wij den heer plantenga in vertrouwen mededeelen, dat sommigen den prijs nog al hoog