Waarom viert gij den sterfdag van Jezus? Overdenking op goeden Vrijdag door W.D. Statius Muller, Ev. Luth. Predikant te Schiedam. - (Te) Schiedam, (bij) H.A.M. Roelants, 1859, klein 8vo 99 bladz.
Op den titel afgaande meenden wij in dit boekje een betoog te zullen vinden rakende de kwestie van de viering van den goeden vrijdag. Bij nadere kennismaking zagen wij echter dat het geheel iets anders bevatte, en wel eene verhandeling over het merkwaardige en belangwekkende van jezus' dood. De schrijver wil in het licht stellen ‘welk verband er is tusschen jezus dood en onze zaligheid.’ Daartoe wil hij I. De aanleiding tot den dood van jezus, voor zooverre zij in Hem zelven gelegen was, onderzoeken; II. De omstandigheden nagaan, welke den dood van jezus vergezelden; III. De oogmerken van dien dood opsporen.
De beide eerste deelen worden in 26 bladz. afgehandeld en bevatten ook niets dat breedvoeriger ontwikkeling vereischte; immers niets anders dan de gewone algemeene denkbeelden en bekende opmerkingen, die zeker bijna overal eene plaats vinden in de jaarlijksche lijdensprediking. Het derde deel is veel uitvoeriger, maar daarom niet belangrijker. Waarlijk wie zulk een onderwerp in onzen tijd wil behandelen voor de gemeente, behoort zijne taak niet zoo ligt op te vatten, als hier door den schrijver is gedaan. Dit derde deel en vooral de eerste onderafdeeling bevat eigenlijk het cor der geheele verhandeling, daarin zal de bijbelsche uitdrukking verklaard worden: jezus stierf tot vergeving der zonden. En wat vinden wij nu? Dat wil zeggen: ‘Hij stierf om ons in zulk eene betrekking tot God te plaatsen, dat wij bij een opregt berouw en daarop gevolgde verbetering, wegens onze zondigheid geene