De Economist. Tijdschrift voor alle standen, tot bevordering van Volkswelvaart, door verspreiding van eenvoudige Beginselen van Staathuishoudkunde, onder Redactie van Mr. J.L. de Bruyn Kops. Zevende Jaargang. 1858. 12 Nommers. Amsterdam, J.H. Gebhard en Comp. In gr. 8vo. 424 bl. f 3-80 per Jaargang.
Het Bijblad van De Economist, enz., door Mr. J.L. de Bruyn Kops. Jaargang 1858. Bij denzelfden. In gr. 8vo. 456 bl. f 3-80.
Meermalen had ons Tijdschrift de gelegenheid om zijne lezers op De Economist en Het Bijblad te wijzen. De strekking van beiden behoeft dus evenmin te worden verklaard als de lof voor den Redacteur herhaald. De ons toegezonden Nommers van den jaargang 1858 liggen voor ons, en de vraag of het Tijdschrift zijn reeds lang gevestigden roem handhaaft, mag ons daarbij alleen bezighouden.
Wij aarzelen geen oogenblik bevestigend daarop te antwoorden. De keuze der onderwerpen, die behandeld zijn, zoowel als de wijze van behandeling zelve, verdienen allen lof. Het is niet altijd even gemakkelijk om op het zoo uitgestrekte gebied der staathuishoudkunde dat te kiezen, wat belang heeft en belang inboezemt. In die keuze slaagde De Economist in 1858 voortreffelijk. De belangrijke quaesties van de Landbouwtienden, de Post-hervorming, de Telegraaf-gemeenschap, de Doorgraving der Landengte van Suëz, de Handelscholen, de Scheepvaartregten en andere onderwerpen, bewijzen hoe de Redactie de algemeene belangstelling weet op te wekken door de belangrijke vragen van den dag in haar Tijdschrift te behandelen.
De wijze van bewerking dient ook geroemd. Wij kunnen hier het geheele werk niet van bladzijde tot bladzijde doorloopen. De lezers mogen dus den Referent vertrouwen en op zijn woord gelooven, wanneer hij verzekert dat duidelijkheid - het gevolg van kennis en studie - en naauwkeurigheid de bijdragen kenmerken. Hier en daar moge men iets veranderd wenschen, een onderwerp uit een ander oogpunt bezien, of eene bijvoeging begeeren, zooals bij elk werk het geval is,