mede te spreken en te oordeelen. - Zij moeten den lezer zoo bezighouden, dat hij zich als het ware voelt aangetrokken om meer van een onderwerp te weten, dat hij vroeger meende geheel boven zijn bereik te wezen. - Er behoort dus veel toe als een populair geschrift aan de gestelde eischen zal voldoen, en niet alle pogingen mogen in dit opzigt als geslaagd beschouwd worden.
Het vak dat in boven aangekondigden Atlas is gekozen, is de natuurkunde. Een uitgebreid veld, en niet minder belangrijk. - In twaalf losse bladen vindt men de figuren en afbeeldingen, en in een kwarto boekje van 32 bladz. den geleidenden tekst, te zamen in een sierlijken omslag, zoodat alles den schijn heeft van een zeer geschikt feestgeschenk te zijn.
Bezien wij de zaak wat meer van nabij en beginnen wij met de afbeeldingen, dan kunnen wij de HH. binger onze tevredenheid betuigen over de nette uitvoering; trouwens dit was van hen met een dergelijk werk wel te verwachten. De keuze der afbeeldingen en teekeningen, alsmede de wijze waarop zij worden voorgesteld, droeg niet altijd onze goedkeuring weg. Nu eens vonden wij er die met de werkelijkheid in strijd waren, of waarvan de onderdeelen of de omgeving verkeerde begrippen doen ontstaan, zooals onder anderen de duikerklok met twee buizen, die hellende rots, die wagen met dat aantal zakken of balen, het wind-as, de wig in den nog staanden boomstam, de watermolen, die balans in twee stukken, die metaalschaar met zulk een excentriek, het waterrad met emmers, bij ons te lande niet in gebruik, de brandspuit in een bij ons ongebruikelijken vorm, de windbuks met den zuiger in den loop, de wijzer-barometer. - Dan weder troffen wij teekeningen aan, die den knaap minder aantrekken, omdat zij bloot moeten dienen om iets op te helderen en dus in een eigenlijk leerboek te huis behoorden. Pl. I, fig. 13, 16, 28, 32, 33 en 34. Pl. II, fig. 20 en 21. Pl. VII, fig. 2, 3, 8, 9 en 2b (eene zeer slechte teekening van eene parabolische kromming), enz. Zulke teekeningen behooren eerder in den tekst dan in de platen. Eindelijk beviel ons niet die broksgewijze voorstelling van vele onderdeelen van anders bekende werktuigen, zoo als: de onrust, de compensatie-slinger en de regulateur in stoommachines op Pl. I, de veer, de snek, de excentriek en de kruk op Pl. III. Eerst eene voorstelling van het geheel, zooals het zich den beschouwer