Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1856

Preken uitgegeven om Evangelisch licht te verspreiden en Christelijk leven aan te kweeken. Te Koevorden, bij D.H. van der Scheer. 1855. In gr. 8vo. f 1-25.

Naar het ons voorkomt gaat deze onderneming niet vooruit. Reeds werden er in den laatsten Jaargang twee leerredenen opgenomen van dezelfde hand niet alleen - maar ook de onderwerpen die behandeld worden, lijden aan groote eentoonigheid; zoodat de inteekenaren op deze preken hier weinig vinden dat zij in vroegere Jaargangen niet reeds even goed en beter kunnen lezen. Wij zullen misschien langzamerhand nu nog wel hier een geheel magazijn van bid- en dankdagspreken voor het gewas krijgen. De Heeren boon en swiers schijnen van dergelijke preken veel heil te verwachten; de eerste verschijnt er met bid- en dankpreek, en de laatste, die

[p. 209]

vroeger al meer in dat genre had geleverd, treedt nog eens met eene biddagspreek op. Nu moge menigeen het nut van dergelijke dagen erkennen - het lezen, en nog eens, en nog eens lezen, van leerredenen hierop gehouden, die daarenboven zoo weinig zich onderscheiden door degelijken inhoud of boeijenden vorm, moet natuurlijk afschrikken. Dr. p.a. koppius gaf voorts nog eens eene preek over Ps. lxxiii: 28^a, waarover swiers er eene had gegeven in 1852; - Dr. c.h. van herwerden behandelde nog eens Joh. xiv: 6^b, insgelijks reeds behandeld door swiers in 1846; terwijl over éénen tekst, Joh. xvii: 17, waarover van herwerden er eene schonk in 1850, door g.j. brandt wijsmuller nu weêr eene leerrede geleverd wordt, welke daarenboven, met vier andere, gesteld moet worden onder de gelegenheids-redenen, die voor het kleinste gedeelte der lezers slechts bijzonder belang hebben. Het zou ons niet verwonderen dat de uitgave van Evangelische Preken, uitgegeven ten voordeele van het algemeene Weduwenfonds van Predikanten der Ned. Herv. Kerk, bij scholtens te Groningen, voor een gedeelte door vroegere en tegenwoordige mede-arbeiders aan van der scheer's Preken, aan deze laatsten geen voordeel doet. Niet alleen om het doel dat zich de Heer scholtens voorstelt, maar ook om den inhoud, staat voor ons de derde Jaargang der Groningsche preken zeer hoog boven die welke te Koevorden werden uitgegeven, ofschoon de geest dan ook dezelfde moge wezen, en de naam van ‘stichtelijk’ gewis ook toekomt aan het werk der verdienstelijke Predikanten dat wij hier hadden aan te kondigen.

f.