verre de Schrijver zijne belofte (bl. 2) omtrent het opgeven der allerlaatste en beste verbeteringen heeft gehouden. Hijzelf, evenwel, schijnt op het eind van zijnen arbeid nog al voldoening te hebben gesmaakt, daar hij, blijkens bl. 76, in den waan verkeert, niets te hebben overgeslagen wat op deze kunst betrekking heeft. Wij zullen daarom en ter zijner herinnering nog eenige zaken opnoemen die alle, niettegenstaande haar groot belang, gemist worden.
Eene der heerlijkste vorderingen in de photographie, en die tevens zeer gemakkelijk in praktijk is te brengen, is de vergrooting van het lichtbeeld; - portretten, b.v., van eenige duimen tot op levensgrootte. Reeds in het begin des vorigen jaars is deze bewerking door onderscheidene photographen, zoo als mayall, skopall en heilmann, bekend gemaakt, en het daartoe dienstige apparaat is sedert dien tijd bij sommige Duitsche Optici verkrijgbaar. In dit voorjaar gaf Dr. schnauss te Jena in Dingl Journal, Bd. CXXXV, Heft 4, een zeer eenvoudigen toestel, welke men met uitstekend gevolg tot dit einde kan gebruiken, en bijna zonder kosten doen vervaardigen. Photophilus maakt van 't een noch van 't ander gewag. Wat hij op bl. 72 zegt van eene dergelijke vergrooting der portretten door middel van den zonmikroskoop, is zeer onpraktisch, en kan alleen betrekking hebben op de opvanging van het tot zekere mate vergroote beeld van uiterst kleine voorwerpen, infusie-dieren, plantendeeltjes, enz. Gesteld al, dat men het portret met behoud van al zijne fijne détails tot eene zoodanige kleinte konde brengen, om in zijn geheel door de objectieflens van een zonmikroskoop te worden opgenomen (de zekerheid van welke operatie wij sterk betwijfelen), dan zoude toch de alsdan enorme vergrooting steeds eene flaauwe afbeelding voortbrengen, bovendien met al de naar dienzelfden maatstaf vergroote gebreken, welke in den verkleinden vorm aan het gezigt ontsnapt waren.
Verder:
Wat vóór dezen de vervaardiging van lichtbeelden op collodion zeer in den weg stond, was de lastige omstandigheid, dat de bereide plaat, onmiddellijk na de sensibilisering in het zilverbad, moest worden gebruikt, daar anders door de snelle verdamping van den aether de gevoeligheid van het collodion voor het licht afneemt. De uitvinding van een middel,