De Tolquestie van het Zwolsche Diep nogmaals toegelicht door de binnenschipperij van Zwolle, Hasselt, Zwartsluis, de Dedemsvaart, Meppel, Hoogeveen en de Smilde. Te Assen, bij J.O. van Houten. 1852. In gr. 8vo. VI en 32 bl. f :-30.
Op den titel is nog het volgende bijgevoegd: ‘Vervolg op de toelichting der tolquestie, in 1849 door die binnenschipperij uitgegeven, in antwoord op eenige ‘Opmerkingen van den Heer b.p.g. van diggelen, naar aanleiding van de Tolquestie van het Zwolsche Diep. Regtskundig toegelicht door Mr. l. oldenhuis gratama, Plaatsvervangend Kantonregter en Procureur te Assen.’ - Wij hebben hier dus het vervolg van de repliek, of liever de tripliek van den Heer gratama voor de binnenschipperij.
De questie-zelve is te bekend om er lang bij stil te staan: men weet reeds vooraf, wat men hier betoogd en wederlegd zal vinden. Onder de Bijlagen vindt men ook eene opgave van de geheele literatuur van het onderwerp, met inbegrip van alle artikelen in tijdschriften en dagbladen; waaruit onder anderen blijkt, dat reeds tweemaal vóór dezen in dit Maandschrift er over is gehandeld: 1849, No. XIII en 1850, No. VII. Wij kunnen dus daaraan refereren; terwijl wij ten slotte de literatuur aanvullen met de vermelding van een brief en opstel van den Heer Mr. f.l. rambonnet, fz., geplaatst in het Alg. Handelsblad van 6 Junij, Zondags-Editie.