landhuishoudkunde geschiedt alleen bij Groningen op eene meer grondige wijze, en daar is de zeer aanbevelenswaardige landbouwkundige school te Haren nog in hare geboorte.
Om die reden gelooft Ref., dat dit werk voor Nederlanders eenen te systematischen vorm heeft en niet bevattelijk, of, om het zoo eens te noemen, niet populair genoeg is geschreven; want wij staan in dat opzigt met onze naburen niet gelijk. - Als eene handleiding bij het onderwijs kan het zeer te stade komen; doch dáártoe was de vertaling minder noodig.
Beschouwt hij de wijze waarop de Heer enklaar de vertaling heeft volbragt, dan zegt hij, met leedwezen, vruchteloos naar eenigen grond tot lof gezocht te hebben; en slechts hulde te kunnen doen aan de waarheid op het titelblad, volgens welke 't is ‘in het Nederduitsch bewerkt’, en dus niet volstrekt uit het Hoogduitsch vertaald. Maar die bewerking draagt een aantal bewijzen in zich, dat de Heer e. op het gebied der scheikunde niet genoeg te huis is, hetgeen toch een eerst vereischte was in den bewerker. Zoo vinden wij b.v. het onderscheid tusschen potasch, potassa en kali; tusschen salmiak, ammonia en vloeibare ammonia niet begrepen; zoo leest men van verpoederde wijnsteen, van bronafzetzure ammonia enz. Ook in de botanie heeft hem de genoegzame kennis ontbroken; immers op blz. 229 alleen vindt men: Ipicacuanha, Hiosciamus, Aconitum stapellus.
Tegen de vervoeging en verbuiging is 't aantal zonden legio, en niet minder talrijk zijn de zonden tegen het geslacht. Zoo komen b.v. kalk, wortel, steen, bast, nagenoeg altijd voor als vrouwelijk; zoo is Morphine dan eens vrouwelijk, dan weder onzijdig; zoo komt ook opium als vrouwelijk voor. Verder vindt men alkaliën en alcaliën; roggestroo en roggenstroo enz. Het ontbreekt ook meermalen aan het regte begrip van scheikundige termen, zoo vindt men b.v. blz. 435: ‘Naar derzelver gedrag (!) in de hitte onderscheidt men’ enz. De stijl is eveneens volstrekt Hoogduitsch en somtijds stootend; b.v. ‘aan de buitenste blaauwe vlam der blaasbuis blootgesteld’ enz. Het getal der Germanismen is buitengemeen groot en dat der drukfouten niet te tellen, want men ontmoet die bij elken blik in het boek; zelfs op den omslag ziet men: Staathushoudkundgen, dus twee fouten in één woord.