Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1853
(1853)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 192]
| |
de Voorrede. Ook 't Register, dat het gebruik zeer gemakkelijk maakt, is niet daaronder begrepen. Het is niet wel mogelijk over een ‘Magazijn’ van dezen aard in bijzonderheden te treden, daartoe is het getal der onderwerpen te groot, en ook de wijze van behandeling te speciaal. Bij vorige Afleveringen zijn een paar aanmerkingen gemaakt op de plaatjes, maar bij dezen moet Ref. erkennen, dat de plaatjes gewonnen hebben naarmate het werkje is vooruitgegaan. Kanarievogels leggen doorgaans 2, 3 of 4 eijeren. Ref. gelooft dat het leggen van 6 eijeren bij hen tot de zeldzaamheden behoort. Zulke kleine misstellingen vindt men hier en daar; doch zij beletten niet dat het werkje alle aanbeveling verdient. De onbeduidende gebreken die 't bevat zijn te verschoonen wijl ze onschadelijk zijn. Zij die voor eene verdere beoefening der dierkunde niet zijn bestemd, hebben genoeg aan eene algemeene kennis; terwijl de beoefenaar der dierkunde welhaast grootere werken bestudeert, die zijne kennis uitbreiden en zuiveren. Intusschen is deze Polycarpus meer vertaald dan oorspronkelijk, en het ware bescheiden geweest wanneer de bewerker van den Nederduitschen tekst dat op den titel had doen blijken; liever dan 't te erkennen in de laatste Aflevering. Stijl en correctie, druk en papier zijn goed. Het werkje is ongemeen geschikt tot een geschenk op feest- of verjaardagen, en allezins berekend om de jeugd, als ware het spelende, met de dierenwereld in hare geaardheid en inrigtingen bekend te maken. v. |
|